Slaagsleutels (10)

De drie weken na Matthias’ onverwachte bezoekje zorgt Joke ervoor dat ze niet meer te veel drinkt, naar alle lessen gaat en steeds op tijd is. Ze heeft al drie afspraken op rij geen slaag meer gehad en is daar best trots op. Matthias heeft haar tips and tricks gegeven voor het schrijven van papers en ze heeft nog twee uitstekende resultaten terug gekregen: een 13/20 en zelfs een 16/20.
“Ik weet niet hoe hij het doet, maar die studiebegeleider dringt duidelijk tot je door,” constateert haar moeder tevreden. Joke onderdrukt een grijns: ze moest eens weten…
De blauwe plekken van haar laatste pak slaag zijn intussen helemaal weggetrokken, vertrouwt ze Marie toe tijdens een van hun gezamenlijke etentjes. Nadat ze samen straf kregen, zijn de twee meiden alleen maar dichter naar elkaar toe gegroeid. Bijna geen enkel onderwerp is nog taboe en ze koken en eten vrijwel elke avond samen. Ze vergelijken hun notities en sporen elkaar aan om op tijd in de les te zijn. Af en toe komt er nog eens wijn aan te pas, maar nooit meer dan een fles per avond.
“Misschien moet ik me nog maar eens misdragen,” zegt Joke. “Ik mis het gevoel ergens een beetje. Is dat heel gek?”
“Nee hoor,” antwoordt Marie. “Maar dan kun je beter om een aanmoedingsspanking vragen. Dat doe ik ook. Dan gebruikt hij geen instrumenten, enkel z’n hand. En dan doet hij niet zo streng en gemeen. Veel beter dan wanneer het straf is.”
“Bij mij doet hij dat precies niet.”
“Nee, je moet er wel zelf om vragen.”
“Nu-uh. Echt niet. Dat doe ik nooit.”
“Zelf weten,” haalt Marie haar schouders op. “Toch is het wel fijn zo. Je opzettelijk gaan misdragen lijkt me geen goed idee. Zeker niet als hij erachter komt dat het opzettelijk was. En hij komt altijd overal achter, dat weet je inmiddels al wel denk ik.”
Met een pijnlijk gezicht denkt Joke terug aan haar “ziektedag”, intussen bijna drie weken geleden. De blauwe plekken zijn misschien vervaagd, de herinnering eraan niet.

“Drie weken op rij dat je alles netjes goed hebt gedaan!” glundert Matthias. “Ik ben trots op je!” Ze hebben net samen haar twee papers geëvalueerd. Matthias heeft nog wat extra tips gegeven voor de volgende keer, maar had er eigenlijk niet veel op aan te merken. Ook hebben ze een begin gemaakt voor een studieschema om alvast de examens wat voor te bereiden, zodat ze niet alles op het laatste moment moet doen, zoals vorig semester.
“Blijkbaar heeft je laatste straf echt indruk gemaakt,” knipoogt hij.
Joke bloost en knikt. “Dat was… best erg, ja.”
Matthias grinnikt. “Dat zal wel. Maar hé, het werkt. Kijk eens hoe goed je bezig bent. Doe zo verder!”
Joke wil al rechtstaan, maar met een handgebaar houdt hij haar tegen. “Volgende week is het praesidiumweek, of niet?”
Ze knikt. Praesidiumweek betekent een hele week activiteiten, gratis drank en gratis eten. Verschillende praesidia proberen elkaar te overtreffen in de hoop zoveel mogelijk stemmen te ronselen zodat zij het volgend jaar voor het zeggen zullen hebben. Joke is niet van plan om te stemmen, maar wel om ruimschoots te profiteren van alles wat praesidiumweek maar te bieden heeft. Er zal een springkasteel op het Ladeuzeplein staan, weet ze. En elke middag en avond zal er wel ergens iets van voedsel te krijgen zijn. En drank. Heel veel gratis vaten, dat ook.
“Ik verwacht dat jouw motivatie hier niet door aangetast wordt. Praesidiumweek biedt extra verleidingen, maar de examens komen eraan. Ik wil dat je naar alle lessen gaat, goede notities maakt en dat je géén kater hebt. Is dat begrepen?”
Oef, het is al een tijdje geleden dat ze die strenge blik van hem heeft gezien. In haar buik kriebelt het, terwijl ze haar blik neerslaat. Ze zegt niets.
“Geef antwoord, jongedame. Is dat begrepen?”
“Ja Matthias,” antwoordt ze met tegenzin.
“Goed zo. Denk je dat je dat hele week zult kunnen onthouden, of heb je wat extra aanmoediging nodig?”
Dit is haar kans. Dit is waar Marie het over had. Als ze nu ja zegt, krijgt ze vast een aanmoedigingsspanking. Maar ze krijgt het gewoon niet over haar lippen. Dus schudt ze haar hoofd.
Matthias kijkt haar nadenkend aan. “Als je hulp nodig hebt, mag je me er altijd om vragen,” zegt hij. Hij biedt haar nog een opening. Maar ze kan hem toch niet vragen om haar over zijn knie te leggen! Dat kan echt niet…
“Goed, ga dan maar,” zegt hij als het stil blijft. “En denk eraan: ik wil volgende week hetzelfde goede gedrag van je zien!

Er staat een gigantische rij voor het springkasteel. Joke en Stephanie sluiten helemaal achteraan aan.
“Dit gaat uren duren,” klaagt Stephanie.
“Hopelijk zijn we nog op tijd voor de les.” Joke klinkt bezorgd. Ze is Matthias’ waarschuwing niet vergeten.
“Vast niet. Ach, wat geeft het… Ik heb de laatste tijd zo weinig de kans gehad om tijd samen met jou door te brengen. Dat kunnen we nu inhalen. En we hebben bier!” roept Stephanie vrolijk uit. “Bier en een springkasteel!” Ze grijnst, maar ziet dan dat Joke bedenkelijk kijkt. “He, je gaat me toch niet weer laten stikken?” vraagt ze dan. “Ik had me er zo op verheugd om nog eens een middag met je door te brengen.”
“Ja, ik ook. Maar de les begint al over een uur en zo te zien gaat het hier nog wel wat langer duren.”
“Dan sla je een keertje een les over,” meent Stephanie. “Je bent dit semester volgens mij al naar alle lessen geweest,” gaat ze verder als Joke haar mond opendoet om te protesteren. “En je papers waren toch allemaal goed?”
Joke knikt.
“Wel dan, dan kun je nu best eens een les overslaan. Een keertje kan heus geen kwaad.”
Joke twijfelt. Ze kan moeilijk aan Stephanie gaan uitleggen dat ze zelfs voor één keertje een pak slaag gaat krijgen… En ze heeft wel gelijk: ze hebben de laatste tijd maar weinig dingen samen gedaan.
“Goed dan,” geeft Joke toe, terwijl ze een bierflesje van Stephanie aanneemt. “Bier en een springkasteel,” herhaalt ze Stephanies leuze van daarnet.

Ze is net klaar met eten als haar telefoon gaat. “Hallo?” antwoordt ze.
“Dag Joke, Matthias hier.”
Nee! In paniek kijkt ze om zich heen, ook al weet ze best dat hij niet in de buurt is.
“Hallo…” herhaalt ze.
“Ik wilde even horen hoe het vandaag gegaan is. Ben je naar al je lessen geweest?”
Shit. Hoe weet hij dat? Hoe kan hij dat weten? Ze had gedacht dat ze in elk geval tot volgende week de gevolgen zou kunnen negeren. Wat moet ze zeggen? Liegen? Nee… Eerlijk zijn. Hij komt er toch wel achter.
“Ik heb één les gemist,” geeft ze schoorvoetend toe, terwijl ze de neiging onderdrukt om haar tong uit te steken naar haar telefoon. Wel rolt ze met haar ogen. Hij kan het toch niet zien.
“Ik dacht al dat Praesidiumweek problemen zou opleveren.” Matthias’ stem klinkt nog steeds neutraal. Joke weet niet of dat haar moet geruststellen of net niet.
“Ja, ehm, de rij voor het springkasteel was iets langer dan gedacht en eh…” Ze ratelt.
“Je hebt vandaag geen lessen meer, toch?” vraagt Matthias dan.
“Nee,” antwoordt Joke aarzelend. Ze vreest dat ze wel een idee heeft waar hij heen wil. “Maar ik was van plan om nog een aantal teksten door te nemen voor de lessen van morgen,” voegt ze er daarom snel aan toe.
“Ik denk dat het een beter idee is als je nog even hierheen komt,” hoort ze.
“Moet dat?” vraagt ze voor ze er erg in heeft. Ze bijt op haar tong.
“Nee, ik kan ook naar daar komen,” komt het antwoord meteen.
“Nee nee, ik ben al onderweg.” Ze legt de telefoon neer en vloekt luid. HOE wist hij dat? Dan belt ze Marie.
“Heb jij ook telefoon gehad van Matthias?” valt ze met de deur in huis.
“Wat? Hoe weet jij dat? Hij belde daarnet om te vragen of ik naar alle lessen ben geweest. Gelukkig wel.”
“Ik moet nu meteen naar hem toe,” zegt Joke.
“O jee…”
“Zeg dat wel… Dat springkasteel gaat me wat kosten vrees ik.”
“Succes ermee…”
“Dank je, ik zal het nodig hebben,” zucht ze. “Ik kan maar beter vertrekken, straks vindt hij dat ik te laat ben.”
“Ga dan maar snel,” raadt Marie haar aan. “En nogmaals veel succes!”
Klonk daar een lach door in haar stem? Misschien een beetje wel. Ach, Joke kan het haar niet kwalijk nemen. Ze was tenminste zo vriendelijk om niet “Zie je wel” of iets dergelijks te zeggen. Want ze had haar immers gewaarschuwd dat Matthias er deze week kort op zou zitten. Dat het zo kort zou zijn, had Joke alleen helemaal niet verwacht.

Onderweg voelt ze de bekende kriebels in haar buik. Wat zou Matthias voor haar in petto hebben? Vast iets wat pijn zou gaan doen…
Als ze binnenkomt, staat de deur naar zijn bureau open. Hij kijkt op en wenkt haar naar binnen. “Ga zitten,” zegt hij, terwijl hij verder typt op zijn laptop.
Onhandig friemelt ze aan de rits van haar jas om hem uit te trekken en over de stoel te hangen.
“De kapstok is daar.” Hij wijst naar de muur achter haar.
Als een kind dat een standje heeft gekregen, hangt ze haar jas op de aangewezen plek. Hoe moest zij dat nu weten? De vorige keren had ze geen jas aan gehad…
Opnieuw gaat ze zitten. Matthias typt onverstoorbaar verder. Pas na enkele minuten klapt hij zijn laptop dicht en kijkt hij haar aan.
“Zo.” zegt hij. “Praesidiumweek he… Ik had je nog gewaarschuwd.”
Matthias zwijgt even, maar Joke antwoordt niet: alles wat ze zegt, zal het alleen maar erger maken. Zo goed kent ze Matthias wel al.
“Ik heb je een kans gegeven om toch naar alle lessen te gaan, maar die heb je verspeeld. Daarom kom je de rest van de week elke avond om 19u naar hier.”
“Wat?” roept Joke uit. “Maar…”
“Maar wat?” onderbreekt Matthias haar. “Maar dan moet ik elke dag verantwoording komen afleggen? Dat klopt. En dat heb je aan jezelf te danken. Je hebt getoond dat ik je deze week niet kan vertrouwen, dus dat ga ik dan ook niet meer doen.”
“Ik…” begint Joke nog een keer, maar ze zwijgt snel als ze Matthias’ blik ziet.
“Geen discussie, jongedame.”
Ze zwijgt.
“Het is je eigen schuld dat je hier zit. Ik had je gewaarschuwd om geen lessen over te slaan, maar je vond het springkasteel belangrijker. Een springkasteel dat er ook na je lessen nog wel had gestaan, zou ik daaraan willen toevoegen.”
“Dat is waar, maar Stephanie wilde per se over de middag gaan en toen was de rij zo lang en… en… Ik verloor de tijd uit het oog!” roept Joke uit. Dat laatste is natuurlijk niet waar, maar Matthias doet zo onredelijk!
“En wiens schuld is dat?” vraagt Matthias haar.
Joke kijkt hem even verbluft aan.
“Wel?” dringt hij aan. “Wiens schuld is het dat je de tijd uit het oog verloor?”
Joke zwijgt. Ze ziet zijn punt, maar ze wil het niet zeggen.
“Niet mijn schuld in elk geval,” gaat Matthias rustig verder. “Aan wie ligt het dan wel?” Hij kijkt haar doordringend aan.
“De mijne,” mompelt ze dan.
“Wat zeg je?”
Boos kijkt ze hem aan. Ze weet zeker dat hij haar gehoord heeft. “Mijn schuld,” zegt ze dan iets luider.
“Ja, dat dacht ik ook. Je weet wat dat betekent. Sta maar recht en doe je broek en onderbroek uit.”
Onwillig doet ze wat hij zegt. Ze heeft hier helemaal geen zin in, maar Matthias maakt het vrij duidelijk dat ze geen keuze heeft.
“Ga maar even in de hoek gaan staan. Dan kun je overdenken wat er vandaag verkeerd is gegaan en hoe je dat de komende dagen gaat vermijden.”
Ze werpt hem een boze blik toe en doet dan met tegenzin wat hij zegt. Met opzet houdt ze haar handen langs haar lichaam terwijl ze haar rug naar hem toedraait.
“Handen op je hoofd.” Zijn stem klinkt nog steeds even onverstoorbaar. Is hij dan echt niet van zijn stuk te krijgen?
Ze reageert niet. Even kijken wat hij eraan denkt te doen. Hij is ook zo onredelijk! Het is niet eerlijk dat ze hier nu staat. Ze wil hier helemaal niet zijn.
Met grote stappen komt hij dichterbij. Dan neemt hij haar linkeroor tussen zijn duim en wijsvinger. Auw! Hij knijpt hard!
“Handen op je hoofd zei ik.” Nog steeds klinkt zijn stem even onverstoorbaar. Joke leunt naar links om de pijn in haar oor tegen te gaan. Matthias knijpt nog wat harder. Snel legt ze haar handen op haar hoofd. Nog twee seconden lang voert Matthias de druk op haar oor op, dan laat hij los. Ze zou willen wrijven, maar besluit om haar handen toch maar gewoon op haar hoofd te laten liggen. Haar oor klopt en brandt en de tranen van woede en machteloosheid staan in haar ogen.

Naar haar gevoel staat ze al een eeuwigheid in de hoek. Ongeduldig verplaatst ze steeds haar gewicht van haar ene naar haar andere been.
“Kom hier,” hoort ze eindelijk.
Ze draait zich om en loopt naar Matthias toe.
“Dan mag je me nu even vertellen waarom je hier vanavond bent.”
“Omdat jij niet genoeg geduld had om een week te wachten,” flapt ze eruit. Fout antwoord, weet ze als ze zijn blik ziet.
Ze deinst achteruit als hij opstaat van zijn stoel, maar hij heeft al een vuist om haar haar geklemd. Zonder iets te zeggen duwt hij haar voorover over het bureau. Met zijn andere hand geeft hij haar vier snelle, harde klappen op haar billen. Dan laat hij haar haar los. Geschrokken blijft ze liggen. Dit had ze even niet zien aankomen. Niet zo… Dan voelt ze hoe hij haar billen uit elkaar trekt en iets kouds tegen haar anus drukt.
“Hé,” roept ze. “Wat…?”
Haar gezicht vertrekt terwijl de buttplug naar binnen glijdt.
“Dat gaan we nog eens opnieuw proberen,” zegt Matthias. “Ga maar in de hoek gaan staan.”
Verbaasd en diep vernederd komt ze overeind. Matthias is duidelijk niet in de stemming om er een spelletje van te maken. Pijnlijk bewust van de buttplug in haar binnenste gaat ze in de hoek staan en legt ze haar handen op haar hoofd. Ze is te hard geschrokken van zijn snelle actie om nog tegen te werken.
Na opnieuw een naar haar aanvoelen erg lange tijd, mag ze eindelijk weer bij hem komen. Ditmaal komt ze eerder schuchter voor hem staan, haar blik naar de grond gericht.
“Kun je me nu vertellen waarom je hier bent?” vraagt Matthias nogmaals.
“Omdat ik niet naar de les ben geweest,” antwoordt ze stil.
“En waarom niet?”
“Omdat de rij voor het springkasteel te lang was.”
“En waarom vond jij dat op het springkasteel gaan belangrijker was dan naar de les gaan?”
Ze slikt even. “Ik weet het niet.”
“Je weet het niet.” Matthias klinkt teleurgesteld. “Je hebt twee keer tien minuten de tijd gehad en je weet het niet.”
Ze schudt haar hoofd. “Het spijt me, ik had naar de les moeten gaan.”
“Aha, dan zijn we het daar toch over eens.”
Nog steeds kijkt Joke naar de grond.
“Dan mag je me nu aankijken en me vragen om je te straffen.”
Van schrik kijkt ze inderdaad op, recht in zijn strenge ogen. Meteen slaat ze haar blik weer neer. Moet ze echt…? Moeizaam richt ze haar blik op, tot ze naar zijn kin kijkt. “wiljemealsjeblieftstraffen,” mompelt ze snel, terwijl ze haar blik afwendt.
“Dat heb ik niet verstaan,” zegt Matthias beslist. “En kijk me aan.”
Opnieuw kijkt ze naar zijn kin. “Wil je me alsjeblieft straffen?” vraagt ze, iets luider nu.
“Met twee woorden spreken meisje.”
De wanhoop moet op haar gezicht te lezen zijn. Ze wil dit echt geen derde keer herhalen.
“Wil je me alsjeblieft straffen, Matthias?” zegt ze braaf.
“Waarvoor moet ik je straffen?”
Is deze beproeving nog niet over? Ze wou dat ze al over zijn knie lag. Alles liever dan dit vragenspel.
“Omdat ik niet naar de les ben geweest.”
“Nog een keer, ditmaal in één keer.”
Boos kijkt ze hem aan. “Wil je me alsjeblieft straffen omdat ik niet naar de les ben geweest, Matthias?” komt het er bijna sissend uit.
Matthias kijkt haar even bedenkelijk aan, maar besluit dan blijkbaar dat het toch goed genoeg was.
“Kom maar hier,” zegt hij en hij tikt op zijn knie.
Met een zucht van opluchting gaat ze liggen, maar die opluchting verdwijnt snel als ze zijn hand over haar billen voelt gaan. Even duwt hij tegen de buttplug, als om er haar nog even aan te herinneren. Niet dat ze het al vergeten was: het voelt… vol. Het schaamrood stijgt haar opnieuw naar de wangen, maar gelukkig kan hij dat in deze positie niet zien.
Dan landen de eerste klappen al. Hij slaat hard, maar ze had het ook niet anders verwacht. Ze doet een poging om stil te liggen, want bij elke beweging voelt ze de buttplug mee bewegen, maar dat is al snel een hopeloze zaak.
Als haar hele achterwerk in vuur en vlam staat, mag ze recht gaan staan.
“Om ervoor te zorgen dat je hier morgen nog aan herinnerd wordt, krijg je er nog vijftien met de grote paddle,” kondigt Matthias aan. “Buig maar over het bureau, benen wijd.”
Ongemakkelijk doet ze wat hij vraagt. Nu heeft hij vast vol zicht op alles. Wellicht heeft hij het al allemaal eerder gezien, maar toch voelt ze zich heel erg tentoongesteld.
“Jij telt.”
Hij wacht niet op een bevestiging, maar haalt meteen vol uit.
“Ow! Eén!” roept ze.
Meteen volgt de tweede klap.
“Twee!”
In een reflex trappelt ze met haar benen.
“Die telt niet,” zegt Matthias rustig. “Benen weer wijd. Houd de positie aan.”
Opnieuw haalt hij uit. Ditmaal blijft ze wel stilstaan, net als bij de volgende klappen, zij het met veel moeite.
Bij elf slaat hij niet op haar billen, maar op haar bovenbenen. Ze kan er niets aan doen: opnieuw verbreekt ze de positie.
“Deze moet opnieuw,” kondigt Matthias onverstoorbaar aan. “De volgende komen allemaal op je bovenbenen, zodat je het morgen zeker nog goed zult voelen.”
Joke grimast en treuzelt voor ze opnieuw haar positie inneemt.
“Elf!” roept ze, als Matthias op exact dezelfde plek slaat.
Ook de volgende drie komen op dezelde plek terecht. Joke schreeuwt en huilt, maar ze weet haar positie aan te houden.
“De laatste,” hoort ze hem eindelijk zeggen. “Deze is zoals altijd het hardst, zet je schrap.”
Even wacht hij, terwijl Joke gespannen haar adem inhoudt. Eindelijk, als ze het bijna al niet meer verwacht, slaat hij dan toch toe. Ze moet even naar adem happen eer ze “Vijftien!” eruit kan stoten. Ze heeft haar positie behouden. Ook nu het voorbij is, durft ze niet recht te komen.
Dan voelt ze hoe Matthias over haar billen aait. “Ja, dit zul je morgen nog wel voelen,” concludeert hij. Dat denkt ze zelf ook. Alles brandt. En ze had een spijkerbroek aan, tof. Doordat het telefoontje zo onverwacht kwam, had ze geen tijd gehad – en was ze trouwens te overdonderd geweest om eraan te denken – om zich om te kleden.
Even voelt ze Matthias vingers tussen haar bilspleet, dan wordt de buttplug uit haar getrokken. “Owww,” kreunt ze.
“Je mag rechtkomen en je aankleden,” zegt Matthias.
Dat laat ze zich geen tweede keer zeggen. Voorzichtig hijst ze zich in haar spijkerbroek.
“Morgen ga je naar alle lessen. Als je aan activiteiten van Praesidiumweek wil deelnemen, doe je dat maar buiten je lesuren.”
“Ja Matthias,” knikt Joke gedwee.
“En morgenavond om 19u kom je weer hierheen.”
Opnieuw knikt ze.
“Goed, dan heb jij geloof ik nu nog wat voorbereidingswerk voor je lessen van morgen.”
Dat was ze al helemaal vergeten. Toch is ze van plan om eerst nog even bij Marie langs te gaan, die zit vast al te wachten om te horen hoe het ging.

Slaagsleutels (9)

“Waar ben je? De les is net begonnen!!!!!”
Maries berichtje haalt Joke uit haar slaap.
“Ik voel me echt niet goed, heb Matthias al laten weten dat ik niet naar de les kom,” typt ze als antwoord.
“Te veel wijn :D” krijgt ze even later terug. En daarna: “Ik kom straks wel langs met mijn notities.”
“Je bent een engel!”
Soezend blijft Joke nog even in bed liggen. Haar hoofd doet pijn en ze weet dat ze eigenlijk wat zou moeten drinken, maar ze kan het niet opbrengen om recht te staan om een glaasje water te halen.
Ze moet weer in slaap gevallen zijn, want plots gaat de bel. Zou Marie daar nu al zijn? Snel klautert ze in bed en neemt ze de telefoon van de intercom op.
“Ik kom je een overlevingspakketje brengen,” hoort ze een vrolijke mannenstem zeggen. Matthias! Wat doet hij hier?
“Eh, uh, ok… Kom maar naar boven, eerste verdieping.” Ze duwt op de knop om hem binnen te laten. Dan zoekt ze snel haar pyjama en trekt die aan. Ze is nog aan het worstelen met een van de mouwen als ze al een klopje op de deur hoort.
“Momentje!” roept ze.
Paniekerig kijkt ze in het rond. Haar kot is een slagveld: de etensresten van gisteren staan nog op tafel, net als de lege flessen wijn. Bovendien liggen er lege bierflesjes en zakken chips op de grond. Maar ze heeft geen tijd om op te ruimen.
“Alles ok?” hoort ze Matthias door de deur heen vragen.
Ze heeft de deurbel beantwoord, dus hij weet dat ze thuis is. Zich doof houden zal dus niet werken. Er zit niets anders op dan hem binnen te laten.
“Hoe gaat het met de zieke?” Matthias heeft een lach op zijn gezicht, maar die sterft snel weg als hij naar binnen kan kijken.
“Eh, het gaat wel…” antwoordt Joke. “Ik heb vooral erg veel hoofdpijn.”
“Ja, dat zal wel,” merkt Matthias op. “Maar zo te zien komt het niet van een virus of bacterie.”
Joke kijkt beschaamd.
“En ik kwam je nog wel een ziekenzorgpakketje brengen.” Matthias wijst naar de zak met kippensoep, beschuiten en appelsapjes. “En dan blijkt dat je helemaal niet ziek bent, maar gewoon een kater hebt!”
O jee, hij lijkt echt boos te zijn.
“Ik voel me wel echt niet goed,” probeert Joke nog, “mijn hoofd…”
Intussen heeft Matthias de deur achter zich dichtgedaan. “Maak je maar geen zorgen, ik zal ervoor zorgen dat je straks geen last meer hebt van die kater.”
“Wat ga je…” begint Joke, maar ze zwijgt snel als ze Matthias gezicht ziet. Dan volgt ze zijn blik naar de tafel achter haar. Tussen alle eetspullen ligt een blad met een tekening. Het is een karikatuur van Matthias, met opgetrokken wenkbrauw en opgestoken vinger. “Ga naar de les!” staat er in een tekstballon. Het ziet er belachelijk uit. Marie heeft het getekend toen het al laat op de avond werd en alles grappig leek. Op dit moment vindt Joke het helemaal niet grappig. Ze kan wel door de grond zakken.
Met twee grote passen staat Matthias bij de tafel. Hij neemt het blad op en bekijkt het zwijgend.
“Wat is dit?” vraagt hij. Zijn stem klinkt gevaarlijk zacht.
“Een tekening.”
Fout antwoord. Nu is het niet het moment voor sarcasme.
“Dat zie ik, ja. Ik wist niet dat je zo goed kon tekenen.”
Joke heeft het niet getekend, maar ze besluit om dat niet te zeggen. Ze wil Marie niet in de problemen brengen.
“Ga jij maar even in de hoek staan, jongedame.”
Even aarzelt ze, maar Matthias kijkt zo streng, dat ze niet durft tegenspreken. Langzaam loopt ze naar de aangewezen hoek.
“Handen op je hoofd,” zegt Matthias. “En waag het niet om achterom te kijken.”
Dit is zo mogelijk nog erger dan vorige keer dat ze in de hoek stond bij Matthias op kantoor. Nu is het in haar eigen omgeving. Dit is normaal haar plekje. Hier is zij eigen baas. En nu heeft Matthias de leiding overgenomen. Ze voelt zich diep vernederd en weet zeker dat ze deze hoek nooit meer normaal zal kunnen bekijken.
Achter zich hoort ze gerommel. Is Matthias door haar lades aan het gaan? Wat denkt hij te vinden?
Plots gaat de bel. O nee! Dat is waar ook: Marie zou langskomen. Joke maakt een beweging om de deur te beantwoorden, ze wil Marie op een of andere manier waarschuwen, maar Matthias is haar voor.
“Hallo?” zegt hij in de intercom, terwijl hij Joke met een strenge blik terug de hoek in dwingt.
“Joke? Ik kom je notities brengen! Dan kan Matthias daar al niet meer moeilijk over doen.”
Joke kreunt.
“Is dat zo?” antwoordt Matthias. Hij klinkt geamuseerd.
“Wie is dit?” vraagt Marie.
“Kom maar naar boven.” Hij duwt op de knop om haar binnen te laten en opent dan de deur van Jokes kot om Marie op te wachten terwijl ze de trap oploopt. Die verschiet van kleur als ze Matthias in de deuropening ziet staan. Even twijfelt ze of ze weer weg zal lopen, maar hij heeft haar natuurlijk al lang gezien.
“Het spijt me, Marie,” zegt Joke. “Ik kreeg niet de tijd je te waarschuwen.”
“Mond dicht,” zegt Matthias. “En kijk voor je.”
Joke schrikt van de barse toon van zijn stem. Moet ze nu echt in de hoek blijven staan terwijl Marie hier ook is? Toch durft ze niet protesteren en doet ze wat hij zegt.
“Zo…” zegt Matthias, nadat hij de deur achter Marie heeft gesloten. “Jullie kennen elkaar dus.”
Marie knikt. “Ja, ik, ehm. Sorry van wat ik zei… Dat was niet echt voor jou bedoeld.”
“Net zoals deze tekening niet voor mij was bedoeld zeker?” Matthias houdt het blad omhoog. Erop rekenend dat hij op Marie gefocust is, draait Joke zich wat om stiekem te kunnen kijken. Marie is vuurrood geworden en staart naar de grond.
“Maar jij bent wel naar de les geweest, meen ik te begrijpen?”
Ze knikt.
“Jij had geen kater?”
“Maar een beetje,” piept ze. Joke heeft Marie nog nooit zo stil en timide weten spreken.
“En wie van jullie heeft deze tekening gemaakt?”
“Ik…” zegt Marie na een korte aarzeling.
“Ik, Matthias,” corrigeert ze zichzelf haastig bij het zien van zijn opgetrokken wenkbrauw. De gelijkenis met de karikatuur is onmiskenbaar en even flikkert er een grijns over haar gezicht, die ze snel probeert te onderdrukken. Te laat.
“Blijkbaar vind je het grappig,” constateert Matthias op ijzige toon. “Ik stel voor dat je je vriendin even gezelschap gaat houden. Ga jij maar in de andere hoek gaan staan, terwijl ik beslis wat ik met jullie ga doen.”
Snel draait Joke zich terug en kijkt ze weer naar de muur.
Daar staan ze dan. Allebei in de hoek gezet, terwijl Matthias door haar kot rondstruint. Wat zou hij toch aan het doen zijn? Plots wordt Joke zich er erg van bewust dat ze enkel een pyjama aanheeft. Met niets eronder. Het zweet breekt haar uit. Wat is Matthias van plan? Wat het ook is, het zal vast pijn gaan doen… Bij zichzelf moet ze toegeven dat ze het ook wel verdiend heeft. Hij was nog wel zo lief om haar een overlevingspakketje te brengen en dat terwijl ze helemaal niet geveld was door een virus, maar een kater had door haar eigen schuld. Het is haar eigen schuld dat haar hoofd zoveel pijn doet en dat ze zich zo rot voelt. En nu komt daar nog het schuldgevoel bovenop. Zachtjes begint ze te huilen. Ze hoopt dat Matthias en Marie het niet merken.
“Joke, kom maar hier,” hoort ze Matthias dan zeggen.
Ze haalt haar handen van haar hoofd en veegt snel de tranen uit haar ogen. Maar natuurlijk heeft Matthias het toch gezien. Hij zit op de rand van haar bed. Naast hem liggen haar haarborstel en een stel houten lepels. Daar was hij daarnet natuurlijk naar op zoek geweest.
“Vertel eens meisje?” vraagt hij.
Ze schudt haar hoofd. “Niet? Ok, moet je zelf weten. Kom dan maar over de knie liggen.”
“Mijn hoofd doet al zo’n pijn,” klaagt ze.
“Dat geloof ik best. Daar ga ik je zo meteen mee helpen. Als ik met je klaar ben, zal het niet langer je hoofd zijn dat pijn doet. En nu over de knie.”
Aarzelend doet Joke wat hij zegt.
Zonder omhaal trekt hij haar pyjamabroek naar beneden en begint hij haar te slaan met zijn vlakke hand. Pets pets pets pets pets, klinkt het luid door de kamer. Joke voelt zich diep vernederd als ze bedenkt dat Marie zomaar alles kan horen, inclusief haar pijnkreetjes.
“Weet je waarom je hier ligt?” vraagt Matthias zonder te stoppen met slaan.
“Auw, ja!” roept ze.
“Vertel maar.” Steeds opnieuw komt zijn hand hard op haar billen neer.
“Omdat ik gisteren te veel gedronken heb en daarom vandaag niet naar de les ben geweest.”
“En?” vraagt Matthias.
Het blijft stil, op het luide gepets na. Matthias gaat nog wat harder slaan. “En wat nog?” herhaalt hij.
“Ik weet het niet!” roept Joke uit. “Auw auw auw!”
“Omdat je in je berichtje naar mij liet uitschijnen dat je echt ziek was en dat je zo hoopte op medelijden. Je wilde me manipuleren in de hoop dat ik je niet zou straffen omdat je niet naar de les was geweest, of niet?”
Joke zwijgt bedremmeld. Het is waar wat hij zegt. Ze had hem inderdaad proberen te manipuleren. Nog steeds landen de slagen hard op haar billen.
“Auw!” kan ze niet binnenhouden bij een paar gemene klappen op de overgang tussen haar billen en bovenbenen. Hij slaat er verdorie niet naast!
“Ja,” antwoordt ze dan.
“Ja wat?” vraagt Matthias, zonder het tempo of de intensiteit van het pak slaag naar beneden te halen.
“Ja Matthias.”
“Dat is al beter, maar ik wil je horen zeggen waarom je gestraft wordt.”
“Omdat ik je probeerde te manipuleren!” Ze roept het bijna, zo erg wil ze dat hij ophoudt met slaan.
Nog even gaat hij door en dan houdt het inderdaad plots op.
“Ga maar terug in de hoek gaan staan,” zegt hij dan.
Ze komt overeind en probeert haar pyjamabroek terug aan te trekken.
“Die heb je niet nodig,” houdt Matthias haar tegen.
Beschaamd en met vuurrode, blote billen loopt ze terug naar de hoek en legt ze haar handen op haar hoofd.
“Jouw beurt,” hoort ze Matthias tegen Marie zeggen. “Maar denk maar niet dat ik al met je klaar ben, Joke. Dit wordt straks nog verder afgehandeld.”
Ze slikt. Ze kan zich wel voorstellen wat voor zicht Matthias en ook Marie nu hebben. Ze schaamt zich diep.
Intussen is ook het pak slaag van Marie begonnen. Joke krimpt ineen terwijl ze naar het luide gepets luistert. Bewonderd merkt ze dat Marie geen kik geeft.
“En waarom denk je dat jij hier ligt?” vraagt Matthias uiteindelijk.
“Omwille van die tekening?” Het klinkt meer als een vraag dan als een antwoord. In haar stem klink door dat het toch wel pijn doet.
“En wat nog?” vraagt Matthias.
“Omdat ik te veel gedronken heb?” Weer een vraag.
“Goed zo,” antwoordt Matthias, terwijl hij verder blijft slaan.
“Maar ik ben wel naar de les geweest,” protesteert Marie.
“En hoe goed zullen je notities zijn, als je daar zat met een kater?” komt het antwoord meteen. Nu zwijgt Marie.
“Dat dacht ik al,” zegt Matthias dan. “We kunnen ze zo dadelijk meteen even bekijken, aangezien je zo vriendelijk bent geweest om ze mee te nemen.”
Marie geeft geen antwoord meer. Dat begrijpt Joke wel. Wat valt er verder nog te zeggen? Voor haar moet dit even vernederend zijn als voor Joke.
Plots wordt het stil.
Dan wordt Marie opnieuw in de hoek gesommeerd. Stiekem kijkt Joke even vanuit haar ooghoeken. Ze schrikt. Maries billen zien er echt rood uit! Zouden de hare even rood zijn?
Achter zich hoort ze gestommel en het gerinkel van glas.
“Kom allebei maar even hier,” klinkt het dan.
Schuchter komt Joke uit de hoek, zich erg bewust van haar naaktheid. Nu is het niet enkel Matthias die haar zo ziet, maar Marie ook! Het helpt wel wat dat Marie in exact hetzelfde schuitje zit, ook al voelt ze zich schuldig omdat ze hierbij betrokken is geraakt. Als zij gisteren niet zoveel had gedronken of als ze vanochtend wel naar de les was geweest, was dit allemaal niet gebeurd.
Op tafel staan alle lege drankflessen verzameld. Twee flessen wijn en acht flesjes bier, telt Joke. Ernaast liggen haar haarborstel en de houten lepels.
“Zo dames,” begint Matthias. “Jullie hebben gisteren flink gedronken. Geen wonder dat jullie met een kater zitten. Wat denken jullie: 10 klappen met de haarborstel per bil per fles. De wijnflessen tellen uiteraard dubbel, want daar zit twee keer zoveel in.”
“Dat is niet eerlijk,” piept Joke. Gaat ze dit echt zeggen? “Ik heb veel meer gedronken dan Marie, je kunt haar niet even hard straffen als ik. Die ene wijnfles heb ik bijvoorbeeld in mijn eentje leeggedronken.” Ze kijkt naar de grond terwijl ze dit toegeeft. Nu ze het zichzelf hoort zeggen, hoort ze ook hoe erg het is. Zeker als je bedenkt dat ze die fles op nog geen uur tijd heeft leeggedronken. Misschien duurde het zelfs geen uur… Het is inderdaad niet gek dat ze zich vanochtend helemaal niet goed voelde.
Matthias denkt even na, terwijl Marie Joke dankbaar aankijkt.
“Maar ze heeft je ook niet tegengehouden,” antwoordt hij dan.
“Wel geprobeerd,” protesteert Marie.
“Niet heel erg overtuigend dan toch.”
Nu zwijgt Marie. Joke kijkt bedremmeld. “Sorry,” beweegt ze onhoorbaar met haar mond.
“Ik weet het goedgemaakt,” zegt Matthias. “Joke krijgt eerst nog een extra opwarming met de houten lepels. Ik denk dat die te dun zijn om veel schade aan te richten, maar ik wil ze toch even uittesten. Buig maar voorover.”
Joke staart hem aan.
“Ik ga het geen twee keer zeggen,” waarschuwt Matthias haar.
Snel buigt ze voorover en steunt ze met haar handen op de tafel.
“Zet je schrap,” klinkt het, terwijl hij de eerste lepel vastneemt. “Ik wil je niet zien bewegen. Je krijgt met elke lepel tien klappen.”
Er zijn drie lepels. Dertig klappen. Joke bijt op haar tanden terwijl de eerste slag landt. De impact is niet heel groot, maar veroorzaakt wel een vrij bijtende pijn. Met moeite blijft ze gedurende de eerste tien stilstaan.
“Volgende lepel,” kondigt Matthias aan. Marie kijkt met grote ogen toe hoe haar vriendin onder handen genomen wordt. Ze heeft nog nooit gezien hoe iemand anders geslagen werd en weet niet goed hoe ermee om te gaan. Enerzijds wil ze wel wegkijken, maar anderzijds kan ze haar blik er niet van losrukken. Ziet zij er ook zo uit als Matthias haar slaat? Zo kwetsbaar? Zo… bloot?
Na tien klappen stampt Joke met haar voeten.
“Stilstaan,” waarschuwt Matthias haar. “De laatste tien volgen nog. Van de opwarming dan. De echte straf moet nog komen.” Hij grijnst even naar Marie. Ze kan hem wel wat doen! Maar in plaats blijft ze gewoon staan, met haar blik naar de grond gericht.
Als de laatste pets weggestorven is, wil Joke overeind komen.
“Neenee, blijf maar staan. De echte straf moet nog komen, zei ik toch.” Marie moet naast haar gaan staan, aan haar linkerkant.
“Goed, de eerste fles. Dat is een wijnfles, dus twintig klappen per bil. We beginnen met de eerste bil.” Hij is nog nauwelijks uitgesproken of de eerste klap landt al op Maries linkerbil. Joke knijpt haar ogen stijf dicht in een poging het geluid van hout op vlees buiten te sluiten, maar daar wordt het net alleen maar erger van. Verbazingwekkend genoeg geeft Marie nog steeds geen kik.
“Jouw beurt,” hoort ze Matthias zeggen. Meteen landen de klappen al op haar linkerbil. Twintig klappen, allemaal op ongeveer dezelfde plaats. Joke danst heen en weer, maar houdt haar handen wel op de tafel. Wat doet dat verschrikkelijk veel pijn! Nog veel erger dan als hij elk om beurt op dezelfde bil slaat. Daarna is haar rechterbil aan de beurt. Na vandaag gaat ze een andere haarborstel kopen, neemt ze zich voor. Deze is veel te pijnlijk. En zal voor altijd verbonden zijn aan deze herinnering.
Ook de volgende flessen worden afgewerkt in hetzelfde patroon: eerst Marie, dan Joke, telkens eerst de linkerbil en vervolgens de rechterbil. Voor elke fles kiest Matthias een ander plekje op hun billen, waar hij vervolgens alle klappen op dezelfde plek geeft. Op die manier werkt hij de volledige oppervlakte van hun zitvlak af. Alles doet pijn. Het zal wel een tijdje duren eer ze weer normaal kunnen zitten.
“De laatste fles,” kondigt Matthias eindelijk aan. Opnieuw is Marie als eerste aan de beurt. Intussen kan ook zij al lang niet meer stil blijven. Als Joke opzij kijkt, ziet ze zelfs een traan over haar wang rollen. Snel neemt ze Maries hand vast in een bemoedigend gebaar. Marie kijkt niet op, maar knijpt stevig in haar hand. Ze laat pas los als de laatste klap gevallen is.
“Joke, nu jij nog. Dit is geloof ik de fles die je in je eentje hebt leeggedronken.”
Joke schrikt. Dit gaat de verkeerde kant op.
“Daarom krijg jij deze dubbel: veertig klappen op elke bil. En je weet: de laatste zijn de hardste…” Matthias laat de dreiging even stil in de lucht hangen. Dan legt hij zijn linkerhand op Jokes rug en brengt hij zijn rechterhand met de haarborstel naar achteren.
“Je handen blijven op de tafel,” waarschuwt hij.
Nu is het Marie die Jokes hand bemoedigend vastneemt. Ze kijkt haar even aan. Je kunt dit, seinen haar ogen. In die van Joke leest ze alleen paniek. Het doet al zoveel pijn en nu dit…
“Je hebt dit dubbel en dik verdiend, onderga je straf.”
Bij die woorden breekt ze. Het is waar. Het is allemaal haar schuld: haar schuld dat ze zoveel gedronken heeft, haar schuld dat ze een kater had, haar schuld dat ze niet naar de les is geweest en haar schuld dat Marie hierbij betrokken is geraakt. Terwijl de tranen over haar wangen stromen, neemt ze zich voor om de laatste ronde dapper te ondergaan. Ze zet zich schrap.
Ze had gedacht dat Matthias al hard aan het slaan was, maar de eerdere klappen waren niets in vergelijking met degene die hij nu geeft. Ze benemen Joke letterlijk de adem. Deze keer slaat hij niet elke keer op dezelfde plek, maar werkt hij systematisch, van links naar rechts, van boven naar onder, haar volledige bil af. Als hij klaar is met haar linkerbil, staat Joke te hijgen. Alles is verdwenen: haar kot, Marie, zelfs de tafel waar ze zich aan vastklampt. Enkel Matthias, de haarborstel en de pijn zijn er nog.
“Je doet het goed,” hoort ze hem als van ver zeggen. “Hier komen de laatste.”
Haar linkerbil ondergaat dezelfde behandeling. Eindelijk is het klaar. Huilend blijft Joke staan, terwijl Marie nog steeds haar hand vasthoudt.
“Mag ik overeind komen?” vraagt ze na een paar minuten kleintjes.
“Ja hoor,” antwoordt Matthias. Hij neemt haar vast in een stevige omhelzing. Dan laat hij haar los en geeft hij Marie ook een knuffel.
Even kijken ze elkaar ongemakkelijk aan.
“Ik wed dat je nu geen kater meer hebt,” grijnst Matthias dan.
Het is nog waar ook. Ze heeft helemaal geen hoofdpijn meer. Blozend schudt Joke haar hoofd.
“Tja, ik heb nu voor dat verzorgingspakketje gezorgd. Zal ik toch maar wat kippensoep maken? Om te bekomen?”
Dat lijkt hen een goed idee. Matthias loopt naar het fornuis, terwijl Marie snel haar broek terug aantrekt en Joke kleren bij elkaar gaat zoeken, aangezien ze nog steeds enkel het shirtje van haar pyjama aanheeft.
Even later zitten ze met drie rond de klein tafel, elk met een kom soep voor zich.
“Dat was eens wat anders,” concludeert Matthias, terwijl hij de twee meiden elk om beurt aankijkt.
Marie knikt: “Zeker.”
“Bij volgende bijeenkomsten om over mij te roddelen zullen jullie de drank wellicht achterwege laten.”
“Absoluut!” roept Joke uit.
“En geen tekeningen meer van mij maken.” Matthias trekt zijn wenkbrauw op en knipoogt dan naar Marie.
“Dat kan ik niet beloven,” lacht ze. Matthias lacht mee en daarna volgt Joke ook.
“Jullie zijn me wel een stelletje… Ik heb zo het gevoel dat ik nog lang niet met jullie klaar ben.”

Slaagsleutels (8)

Joke neemt haar telefoon erbij om te kijken hoe laat het is: 17u57. Ze heeft pas om half zeven afgesproken met Marie om samen te koken. Mooi. Er is nog genoeg tijd om wat wijn te gaan kopen. Na het gesprek met Matthias van daarnet, kan ze wel wat alcohol in haar bloedbaan gebruiken.
Een halfuurtje later staat Marie bij haar voor de deur. Ze kijkt verrast als Joke de flessen wijn omhoog houdt. “Was het zo erg bij Matthias?” vraagt ze. “Zal ik maar een kussentje op je stoel leggen?” Ze grijnst.
“Nee, niet nodig,” antwoordt Joke. “Hij heeft niets gedaan. Alleen gepraat.”
“Dan is het een heftig gesprek geweest,” zegt Marie, “als je zoveel wijn nodig hebt om het te boven te komen.”
“Het is om te delen hoor!” protesteert Joke. “Ik heb wel geen wijnglazen, dus we zullen uit de fles moeten drinken.”
“Goed voor mij.” Marie haalt haar schouders op.
“Even kijken of ik een kurkentrekker kan vinden,” zegt Joke. Ze rommelt in de lades met bestek. “Als ik er geen vind, kunnen we nog altijd de flessen sabreren,” lacht ze, terwijl ze een groot broodmes in de lucht houdt.
“O ja, goed plan,” lacht Marie mee. “Dan zitten we straks allebei op de spoedafdeling van het ziekenhuis.”
“Aha, hebbes!” De kurkentrekker zat verstopt in een hoekje van de lade, onder een aantal houten lepels.
“Jij mag koken, dat kun jij beter dan ik. Dan doe ik de flessen wijn wel open.”
Met enkele snelle bewegingen vanuit haar polsen haalt Joke de kurk eraf. Ze zet de fles meteen aan haar mond en neemt een paar flinke slokken.
“Wil je ook wat?” vraagt ze, terwijl ze Marie de fles aanreikt.
“Straks, eerst even de currysaus afwerken.”
“Kan ik helpen?”
“Dek jij de tafel maar. Ik weet hier niet waar alles zit.”
Joke neemt nog een flinke slok van de wijn en zet de fles daarna als eerste op tafel. Dan haalt ze borden en bestek uit, net als een paar onderleggers om de potten op te zetten. Net op tijd, want Marie kondigt al aan dat het eten klaar is. Ze zet de potten op tafel en trekt een wenkbrauw op als ze ziet dat Joke de fles intussen al bijna halfleeg gedronken heeft.
“Zo erg, hé?” herhaalt ze haar vraag.
Joke giechelt. “Nu zie je er net uit als Matthias, met die opgetrokken wenkbrauw.”
Daar moet Marie zelf ook om lachen. “Vréselijk, als hij dat doet,” bevestigt ze.
“Die blik van hem he… Daar krijg ik gewoon de kriebels van,” geeft Joke toe. “Alsof hij dwars door je heen kijkt.”
“Ik kan nooit terugkijken,” vult Marie aan.
“Jij ook niet?” Joke kijkt opgelucht. “Ik dacht dat het aan mij lag.”
“Nee hoor. Die man kan gewoon zo eng kijken. Zo… intens.”
Joke knikt heftig.
“Pffff,” ze zucht diep en neemt nog een grote slok van de fles. “Ik heb hem gezegd dat ik ermee op wilde houden,” zegt ze dan.
“Wat?” Marie was net wat van de wokschotel op haar bord aan het scheppen, maar staat nu stokstijf stil. Een sliertje paprika valt van de lepel naast haar bord. “Waarom? En hoe reageerde hij?”
Joke haalt haar schouders op. “Ik weet niet goed waarom. Eigenlijk wil ik er niet mee stoppen. Maar ik wil ermee willen stoppen.” Ze ratelt. “En toen stak hij een hele preek af over dat het normaal is dat het verwarrend is. En toen gaf hij me nog een knuffel en mocht ik vertrekken.” Ze haalt even diep adem. “En nu ben ik nog meer in de war.”
“Waarom?”
Joke schudt haar hoofd.
“Had je liever wel een pak slaag gehad?”
Ze zwijgt, maar wordt vuurrood.
“Je had het hem kunnen vragen, hij had het vast gedaan. Met alle plezier zelfs,” voegt Marie er grijnzend aan toe.
“O ja, vast. Maar ik kan er toch niet zomaar om gaan vragen? En al helemaal niet als ik vijf seconden eerder nog had gezegd dat ik ermee op wilde houden.”
“Ach, dat meende je niet, dat weet hij ook wel.”
“Ergens meende ik het wel. Altijd maar naar de les moeten gaan en alle opdrachten moeten maken en nooit te laat mogen zijn… Pfff… Ik heb nauwelijks meer tijd om uit te gaan! Hoe doe jij dat? Jij lijkt er geen problemen mee te hebben.”
“Ik vind het soms ook moeilijk hoor. Zeker in het begin, toen was het nog veel erger. Maar ik heb gemerkt dat sinds ik naar Matthias ga, mijn resultaten veel beter zijn. En ik ga wel nog af en toe uit, alleen niet meer als ik de dag erna om 9u les heb, of dan ga ik toch niet zo lang uit.”
Joke zucht en drinkt de rest van de fles wijn leeg.
“Misschien kun je maar beter wat eten,” merkt Marie verstandig op. “Het is trouwens koud aan het worden.”
Joke knikt en steekt een vork vol eten in haar mond.
“Je had beter om een pak slaag gevraagd, je bent echt jezelf niet,” grapt Marie.
“Ik ga er echt niet om vragen hoor… Dan kan ik beter met opzet wat te laat komen in de les of zo. Of een paper niet op tijd indienen of een les gewoon helemaal overslaan.”
“Dat zou ik niet doen, als ik jou was. Als hij erachter komt dat het met opzet was, dan maakt hij het nog veel erger. En hij komt er sowieso achter.”
“Ja… Ik weet het. Hé, heb je nog wat aan mijn notities gehad?”
Marie vertrekt haar gezicht. “Weet je nog dat ik je notities meenam vlak voor ik een afspraak had?”
“Ja?”
“Ik ben zo stom geweest om hem jouw notities te tonen alsof ze de mijne waren. Maar hij had natuurlijk meteen door dat het niet hetzelfde handschrift was als de notities die ik eerder al had overgeschreven. Dus toen moest ik wel opbiechten dat ik jouw notities had gekopieerd. Dat op zich vond hij niet erg, want het zijn goede notities, zei hij. Maar ik had er niet over mogen liegen…”
“Ai…” Joke trekt een meelevend gezicht. Ze kan zich haar eigen caning nog maar al te levendig herinneren.
“Ja, precies. Ai is wel de goede omschrijving.”
Ze lachen allebei.
“Zullen we die tweede fles ook maar openmaken?” vraagt Joke.
“Heb jij niet al genoeg gehad?” Marie trekt haar wenkbrauw op en gebruikt dezelfde strenge toon als Matthias.
Joke grijnst. “Ik wel, jij nog niet.”

Als Marie een paar uur later naar huis gaat, staan de twee lege wijnflessen op de onafgeruimde tafel. Joke had ook nog een paar bierflesjes gevonden, die liggen leeg op de grond. Dat ruimt ze morgen wel op, bedenkt ze. Nadat Marie is vertrokken, doet ze een halfslachtige poging om haar pyjama aan te trekken. Alles draait. Misschien heeft ze toch wat te veel gedronken. Uiteindelijk besluit ze dat het te veel werk is om haar benen in haar pyjamabroek te wurmen en laat ze zich naakt op het bed vallen. Ze trekt het deken over zich heen en valt in slaap.

Ze heeft zeker weten te veel gedronken. Haar wekker klinkt alsof er een volledig orkest in haar kamer het beste van zichzelf aan het geven is. Kreunend zoekt ze in het rond tot ze haar telefoon op de vloer naast haar bed vindt. Moet ze echt nu al opstaan? Haar hoofd doet pijn en zelfs het kleinste beetje licht is te fel. Zo kan ze onmogelijk naar de les.
Met dichtgeknepen ogen tegen het licht stuurt ze Matthias een berichtje. Dan kan hij haar achteraf niet verwijten dat ze hem niet gewaarschuwd heeft omdat ze niet naar de les gaat.

Matthias zit in zijn bureaustoel op zijn kantoor. Joke ligt over zijn knie. Ze is naakt. Haar billen zien al flink rood, toch laat hij zijn hand nog een paar keer hard neerkomen op het zachte vlees.
“Auw!” jammert ze.
“Doet het pijn?” vraagt Matthias.
“Ja!”
Hij kneedt haar billen met beide handen.
“Is dit beter?”
“Hmmm, ja.”
Dan haalt hij zijn handen weg. Joke blijft netjes liggen. Hij reikt over haar heen naar het bureau, waar een aantal attributen klaarliggen. Hij neemt de tube glijmiddel en spuit een klein beetje rond haar anus. Even trekt Joke haar billen samen tegen de onverwachte koude, dan ontspant ze weer. Met zijn linkerhand kneedt hij haar ene bil, terwijl hij met de rechter een klein plugje anaal bij haar inbrengt. Ze biedt geen weerstand, maar laat hem gewoon doen.
Dan geeft hij haar twee felle klappen op haar rode billen en gebiedt hij haar recht te staan. “Handen op je rug,” geeft hij aan.
Snel gehoorzaamt ze, haar blik beschaamd naar de grond gericht. Wat is ze mooi, met die lichte blos op haar wangen. Hij veegt wat haar uit haar gezicht en stopt het achter haar oor. Dan laat hij zijn handen zakken langs haar hals en schouders, tot ze bij haar borsten uitkomen. Zachtjes glijden ze over haar borsten, waarbij hij ook vederlicht haar tepels aanraakt. Op haar huid verschijnt kippenvel. Ze bijt zachtjes op haar lip.
Nu neemt Matthias haar beide tepels tussen zijn vingers en hij rolt ze heen en weer. Heel even kijkt Joke op, maar meteen als ze zijn blik opvangt, richt ze haar blik weer naar de grond. Goed zo, ze durft hem niet aankijken. Zonder waarschuwing trekt hij hard aan de tepels terwijl hij ze fijn knijpt. Een kreetje ontsnapt aan Jokes lippen, maar hij is alweer bezig met masseren. Nog een paar keer wisselt hij knijpen af met masseren. Dan gaat hij achter haar staan. Ze probeert hem binnen haar zicht te houden door haar hoofd te draaien.
“Voor je kijken,” gromt hij.
Hij laat zijn hand over haar rug naar haar billen glijden, waarna hij er nog een paar flinke petsen op geeft. Joke snakt naar adem, maar hij geeft haar geen tijd om te bekomen. Meteen grijpt hij haar beide borsten vol in zijn handen en begint hij te kneden. Met duim en wijsvinger knijpt hij hard in haar tepels, terwijl de rest van zijn hand haar volle borsten plet. Pas na een tiental seconden laat hij los.
Joke hijgt. Hij besluit haar even wat respijt te gunnen en herneemt zijn verderlichte aanrakingen van eerder. Haar ademhaling blijft oppervlakkig. Het is duidelijk dat ze hiervan geniet. Opnieuw neemt hij haar tepels en borsten vast en knijpt hij hard. Joke zakt een beetje door haar knieën in de hoop aan zijn greep te ontsnappen, maar dat laat hij niet toe. Hij blijft de druk opvoeren en telt bij zichzelf tot tien voor hij overgaat tot een iets zachtzinnigere massage.
Intussen zakt Joke zowat door haar benen van genot. Hij laat haar los. “Ga maar even zitten.” Hij wijst naar een van de houten stoelen voor zijn bureau en grijnst als hij ziet hoe ze voorzichtig gaat zitten om de buttplug zo weinig mogelijk te belasten. Met een stuk touw bindt hij haar armen achter haar rug en haar voeten bindt hij aan de stoelpoten vast, waardoor ze geen andere keuze heeft dan haar benen te spreiden. Smekend kijkt ze hem aan terwijl hij de wasknijpers van zijn bureau neemt.
“Je tepels zijn nu wel genoeg opgewarmd,” denk ik.
“Nee…” kermt ze.
“Wil je nog wat meer opwarming?” Hij trekt zijn wenkbrauw op. “Dat kan hoor, omdat je het zo lief vraagt.” Gemeen neemt hij opnieuw haar beide tepels tussen zijn duim en wijsvinger en knijpt hij nog even hard.
“Is het zo goed voor je?”
Snel knikt ze.
“Ik vroeg je wat.”
“Ja Matthias,” antwoordt ze schor.
“Dat dacht ik al.”
Hij neemt uitgebreid de tijd om met zijn linkerhand haar linkerborst te omvatten en nog wat te aaien voor hij de eerste wasknijper op haar tepel zet. Ze knijpt haar ogen stijf dicht, maar opent ze weer als de initiële pijn wegtrekt en plaatsmaakt voor het constante zeurende gevoel. Hij doet hetzelfde bij haar rechterborst.
Hij loopt een metertje bij haar weg en bekijkt tevreden het resultaat. Ze zit recht op de stoel met haar benen wijd open. Doordat haar armen achter haar rug gebonden zijn, priemen haar borsten mooi naar voren. Hij kan het niet laten: hij tikt lichtjes tegen de wasknijpers om even een pijnscheut door haar tepels te jagen. Wat is ze mooi, zoals ze haar gezicht vertrekt, haar wangen minstens even rood als haar billen, haar haar dat in slierten om haar gezicht hangt, haar ogen beschaamd naar de vloer gericht.
Hij hurkt voor haar neer en stopt liefdevol een paar lokken haar terug achter haar ogen. “Je weet niet half hoe mooi je bent, meisje,” fluistert hij.

Het geluid van een binnenkomende sms haalt hem ruw uit zijn slaap. Even weet hij niet waar hij is. “Joke,” kreunt hij. Zijn erectie zorgt ervoor dat het laken als een tentje omhoog staat. Hij blijft nog even liggen. Waarom heeft hij nu zo van Joke gedroomd? Ze doet iets met hem, dat is duidelijk… Zeker, hij begeleidt meer meiden, maar niemand van hen laat zo’n indruk op haar na. Is het haar onschuld? Haar zachte blik die de zijne nooit kan weerstaan? De blosjes die op haar wangen verschijnen als hij haar de les leest? Toch moet hij professioneel blijven. Haar niet anders behandelen dan de andere meiden. Anders is het einde zoek.
Kreunend komt hij overeind. Het is toch tijd om op te staan. Hij kan maar beter even onder de douche springen. Hij kijkt naar beneden. Nog steeds staat zijn penis fier rechtop. Daar zal hij ook even wat aan moeten doen. Professioneel of niet, zo past hij nooit in zijn broek.

Pas nadat hij uit de douche komt, herinnert hij zich dat zijn telefoon was afgegaan. Het is een berichtje van Joke:
“Even laten weten dat ik vandaag niet naar de les kan. Ik ben ziek.” leest hij.
Hij glimlacht. Goed van haar dat ze het laat weten. Ondanks haar opmerking van gisteren dat ze ermee wilde stoppen, begint ze hem blijkbaar toch serieus te nemen.
Zou hij haar even een overlevingspakketje brengen? Studenten hebben meestal geen echt voedzaam eten in huis, laat staan pijnstillers en koortswerende middelen. Ja, dat is misschien wel een idee. Vanochtend heeft hij geen afspraken, dus hij kan meteen even langs de winkel en dan naar haar kot. Hij moet het adres hier ergens hebben liggen. Hij rommelt in zijn bureau tot hij haar “dossier” – een map waarin hij bijhoudt hoe ze het gedaan heeft en welke straffen hij heeft uitgedeeld – vindt. Op de eerste pagina staan haar persoonlijke gegevens en ook haar kotadres. Tiensestraat. Dan passeert hij langs genoeg winkels om even wat pijnstillers, kippensoep en broodjes te halen. Maar eerst zelf nog ontbijten. Neuriënd loopt hij naar de keuken.

Slaagsleutels (7)

Joke is ruim op tijd bij het lesgebouw. Ze ziet nog niemand die ze kent. Gelukkig, dat geeft haar even de tijd om naar de toiletten te lopen en wat koud water in haar gezicht te gooien. Haar ogen zijn nog wat rood en gezwollen van het huilen en ze wil niet dat er straks iemand vraagt wat er scheelt.
Zou ze even durven in de spiegel kijken wat de schade is? Schattend kijkt ze naar de deur. Hoe groot is de kans dat er iemand binnenkomt? De les begint pas over tien minuten… De spiegel hangt wel hoog. Maar als ze nu eens op een van de toiletten gaat staan, met de deur open, dan kan ze het vast wel zien. En dan is de kans ook kleiner dat ze betrapt wordt, als er toch iemand binnenkomt. In elk geval heeft ze dan genoeg tijd om haar jurk over haar billen te laten vallen, zodat die persoon niet ziet wat ze aan het doen was.
Ze neemt haar besluit en loopt het toilethokje in. Ze klapt het deksel neer en test even of het haar gewicht wel kan dragen. Dan stapt ze er ook met haar andere voet op. Snel trekt ze haar legging en onderbroek tot onder haar billen en terwijl ze haar jurk omhoog houdt, draait ze zich half om naar de spiegel. Zes vuurrode dubbele striemen staan scherp afgetekend op de bruin-gele achtergrond van haar billen. Geschokt slaat Joke een hand voor haar mond. Wat een slagveld. Letterlijk. Even grinnikt ze om haar eigen woordgrapje. Na nog een laatste geschrokken blik op de spiegel, trek ze haar onderbroek en legging weer omhoog, laat ze haar jurk los en springt ze van het toilet af. Als ze nu alvast naar de aula gaat en achteraan plaatsneemt, zal er hopelijk niemand zien dat ze gehuild heeft.

Geleidelijk aan druppelen de studenten de aula binnen. De zaal loopt al aardig vol als Joke eindelijk Marie aan de deur ziet staan. Ze zwaait om aan te geven dat ze een plaatsje voor haar bewaard heeft.
“Hehe,” zegt Marie. “Net op tijd. Het is maar beter, want ik moet straks naar Matthias.”
“Die heeft een drukke dag vandaag,” antwoordt Joke.
“Hoezo?”
“Ik kom net bij hem vandaan.”
“Huh? Moest je gisteren niet gaan?”
“Jawel…” Ze wil net aan Marie uitleggen wat er gebeurd is, als Stephanie aan de andere kant naast haar komt zitten.
“Ik leg het je later nog wel uit,” seint Joke met haar ogen.
“He Joke,” roept Stephanie. “Dat is al lang geleden!”
“Tja, we hebben enkel deze les nog samen hé,” zegt ze.
“Dat is waar, maar ik zie jou ook nooit meer op feestjes en zo.”
Net op dat moment kucht de professor in zijn microfoon om de aandacht op te eisen.
“Kom je vanavond niet mee? Er is een kotfuif bij Sebastiaan.”
“Ik kan niet,” fluistert Joke terug, terwijl de prof aan de les begint. Stephanie kijkt teleurgesteld, maar richt haar aandacht nu ook op de professor, na een laatste bedachtzame blik op Joke.

“Ga je echt niet mee vanavond?” vraagt Stephanie na de les.
“Ik kan niet, ik heb al iets anders,” herhaalt Joke.
“We missen je,” zegt Stephanie. “We hebben je nog nauwelijks gezien dit semester.”
“Ik weet het, maar ik probeer wat minder uit te gaan en wat meer mijn lessen bij te houden. Ik moet het dit semester echt beter doen, ik wil graag slagen.”
“Daar heb je de herexamens toch voor,” lacht Stephanie. “Kom je dan op z’n minst morgenavond langs? Het is zaterdag mijn verjaardag en ik geef morgen dus een feestje.”
“Klinkt leuk,” vindt Joke. Het is waar, ze is al twee weken niet meer uitgeweest met Stephanie en de rest van de groep. En als het haar verjaardag is, moet ze erbij zijn. “Ik zal er zijn!”
“Leuk, tot dan!”

Om 17u zit de laatste les er eindelijk op.
“Ik dacht dat hij nooit zou ophouden,” klaagt Marie, terwijl ze door de Leuvense straten fietsen. “Ik denk dat ik de helft van de les niets geregistreerd heb. Alles klonk als blablabla.”
“Vreselijk, hoeveel monotoner kun je praten?” is Joke het met haar eens.
“Denk je dat als we onze notities samenleggen, we er nog iets van kunnen maken?” Marie kijkt haar smekend aan.
“Vast wel,” knikt Joke.
“Dank je!” Marie knikt opgelucht. “Nu hopen dat Matthias ze niet nu meteen al wil zien.”
“Kom anders morgen na je lessen naar mijn kot, dan kunnen we ze samenleggen.”
“Dat is goed!”
“En succes bij Matthias!” roept Joke haar nog na, terwijl Marie de andere straat indraait.

Arme Marie, denkt Joke. Hopelijk is hij wat minder streng dan vanochtend… Ze doet haar fiets op slot en loopt de trap op naar boven. Even kijken of ze nog wat in de koelkast heeft liggen om te eten voor ze naar Stephanies feestje gaat. Een pakje salami en een halve komkommer. Daar komt ze niet ver mee, zeker aangezien ze geen brood meer heeft. Er ligt wel nog een fles witte wijn die ze kan meenemen naar Stephanie. In de kast vindt ze ook nog drie zakken chips. Ze moet voor morgen nog een case study bekijken. Als ze naar Stephanies feestje wil, dan heeft ze geen tijd meer om ook nog naar de winkel te gaan. Zou ze pizza bestellen? Als ze de levertijden bekijkt, ziet ze dat ze minstens anderhalf uur op haar pizza zal moeten wachten. Toch maar gewoon een zak chips, besluit ze.
Met de zak chips, een halflege fles cola en haar laptop ploft ze neer op het bed. Auw! Even vertrekt haar gezicht. Die cane was echt geen lachertje. Hopelijk is Matthias op dit moment wat milder voor Marie. Die ligt nu misschien met blote billen over zijn knie, terwijl zijn handen met lange vingers rake klappen uitdelen.
Joke spreidt haar benen en stopt haar vingers tussen haar schaamlippen. In haar gedachten is het niet Marie die over de knie ligt, maar zijzelf. Zijn slanke handen kneden haar gloeiende billen. Hoe zou Matthias in bed zijn? Even kordaat en vastberaden? Even… dominant? Ze beeldt zich in hoe zijn lange vingers ruw haar tepels masseren en dan over haar buik naar haar geheime plekje tussen haar benen glijden, terwijl hij haar met die intense blik van hem aankijkt. Even later komt ze schokkend klaar.
Beschaamd veegt ze haar vingers af aan haar lakens. Heeft ze nu echt… Terwijl ze aan Matthias dacht? Aan hoe ze over zijn knie ligt? Maar…
Nee, ze wil hier niet verder over nadenken. Snel opent ze haar laptop en zoekt ze de opdracht op via het studentenportaal.

Ze is verstrooid. Haar gedachten dwalen constant af. Het is al bijna 20u en ze heeft nog nauwelijks iets gedaan gekregen. Misschien kan ze de case study beter morgenochtend afwerken. De les is pas om 11u, dan is er nog tijd genoeg. Als ze maar op tijd opstaat. Snel neemt ze haar telefoon erbij en zet ze een wekker om 8u. Zo, dat moet haalbaar zijn.
Dan haalt ze de fles wijn uit de koelkast en loopt ze naar beneden. Haar fiets laat ze staan, Stephanie woont slechts twee straten verder.
“Alvast gefeliciteerd!” roept ze als de deur opengaat.
“Joke! Blij dat je er bent!” Enthousiast trekt Stephanie haar aan haar arm mee naar binnen. “Oeh, wijn, lekker! Dank je wel.”
“Hij is koel,” zegt Joke.
“Fantastisch, dan kunnen we hem meteen opendoen.”
“He, Tom, doe de wijn eens open!” Ze drukt haar vriendje de fles wijn in handen en verdwijnt dan om opnieuw de deur open te doen, aangezien de deurbel net gegaan is.
Er staan bier en chips op tafel en ook wat kaasjes en olijven. Joke neemt een biertje en gaat op het bed zitten, waar drie anderen druk bezig zijn met een wedstrijdje slechte moppen tappen. Jup, daar heeft ze alcohol bij nodig. Ze slaat het flesje achterover en drinkt het in één teug halfleeg.
“Ken je de mop van de twee pizza’s in de oven?” neemt ze deel aan het gesprek.

Tegen 23u zijn de meesten al goed zat.
“Joke! Ik ben zo blij dat je er nog eens bij bent!” roept Stephanie voor de zesde keer die avond. “We hebben je gemist.” Ze lispelt al een beetje door de drank. “Waarom kom je nooit meer mee met ons?”
“Omdat ik dan altijd zat word en de lessen mis. En dan slaag ik niet voor de examens.”
“Onzin!” roept Stephanie uit. “Naar de les gaan is echt niet nodig! Wat hadden we vanochtend nu ook aan die les? Die prof bleef maar leuteren over dat stomme echtscheidingsrecht. Nergens voor nodig. Je moet gewoon nooit trouwen!”
Tom buldert van het lachen. “Dat spaart me alvast een ring! Hoef ik geen bank meer te beroven.”
“Precies! Kijk, weer een rechtszaak gespaard!”
Nu lacht iedereen.
“Kom, laten we nog even naar de Oude Markt gaan.”
Iedereen staat op en begint zijn spullen bij elkaar te zoeken. Overal liggen lege flessen bier en wijn. Er is al flink gedronken. Joke heeft zelf ook een licht hoofd. Als ze haar trui wil nemen, stoot iemand tegen haar aan, waardoor ze met haar billen tegen de kast geduwd wordt.
“Auw!” roept ze uit, voor ze erbij na kan denken. Gelukkig is er niemand die op haar let. Maar de pijn in haar billen herinnert haar aan de wekker die ze daarnet gezet heeft. Misschien is het toch maar verstandiger om niet mee te gaan…
“Ik ga niet meer mee,” zegt ze daarom tegen Stephanie.
“Komaan, jawel! Doe niet zo saai!”
“Nee, sorry. Ik moet morgenochtend nog een case study afwerken.”
“Die loopt heus niet weg hoor!”
“Was het maar waar…” zucht Joke. “Dan was ik er tenminste van verlost!”
“Ga je echt niet mee?” pruilt Stephanie.
Joke schudt haar hoofd. Ze baalt zelf ook. Wat is verstandig zijn saai. Maar nu misschien even de best optie, vertellen haar billen haar.
Dus terwijl iedereen luid joelend naar de Oude Markt vertrekt, loopt Joke in haar eentje terug naar haar kot. Boos schopt ze tegen een leeg sprite-blikje op het voetpad. Stomme Matthias.

Ze heeft haar case study afgewerkt en er een 14/20 voor gekregen. Toch is ze nog steeds boos op Matthias als ze de week erna voor zijn deur staat voor de volgende afspraak.
Haar billen zijn intussen wel helemaal genezen, dus kan ze op de houten stoel neerploffen nadat Matthias haar zijn kantoor heeft binnengelaten.
“Hoe is het gegaan?” begint hij met zijn klassieke opening.
“Ik ben naar alle lessen geweest en ik ben geen enkele keer te laat gekomen,” antwoordt Joke kort.
“Goed zo!” Matthias glundert. “Geen addertjes onder het gras?” vraagt hij dan. “Geen dingen die je me zou moeten vertellen?”
Joke schudt haar hoofd. Vertrouwt hij haar dan echt niet? Ze wordt een beetje boos, ook al weet ze best dat dat onredelijk is. Hij heeft alle reden om haar dit te vragen, na haar stunt van vorige week.
“Al je opdrachten gemaakt?” vraagt Matthias nog.
“Jaha.”
Matthias trekt een wenkbrauw op, maar geeft geen commentaar. Dat maakt Joke bijna nog bozer. “Ik had zelfs een 14.”
“Echt? Goed zo!”
Hij hoeft niet zo verbaasd te klinken, denkt Joke. Ook al klonk het eerder belangstellend dan verbaasd.
“Zie je wel dat je het kunt, als je maar naar de lessen gaat! Haal je notities maar boven, dan kunnen we die samen even bekijken.”
Buiten Matthias’ zicht rolt Joke met haar ogen terwijl ze met bruuske gebaren haar notities uit haar rugzak trekt en ze op tafel gooit.
Opnieuw die stille, opgetrokken wenkbrauw. Ze wordt er wat ongemakkelijk van en kijkt toe hoe Matthias haar notities doorneemt. Ze heeft haar benen over elkaar geslagen en wipt met haar voet op en neer, waarbij ze soms de rand van het bureau raakt.
“Die zien er weer piekfijn in orde uit.”
“Mooi, dan heb ik geen studiebegeleiding meer nodig denk ik.”
“Joke, wat scheelt eraan?” Matthias’ stem klinkt zacht. “Je bent zo… nukkig… vandaag.”
Ze haalt haar schouders op. “Ik weet nu wat ik moet doen: gewoon naar de lessen gaan en notities nemen. Dat kan ik best zelf, daar heb ik geen studiebegeleiding voor nodig.”
“Denk je echt dat als mijn … begeleiding wegvalt, je nog naar alle lessen zult gaan?”
Er volgt geen antwoord.
“Je weet zelf ook wel dat dat heel onwaarschijnlijk is. En dan kijk je tegen hetzelfde resultaat aan als vorig semester. Je bent goed bezig, je bent goed op weg, ik vind niet dat je nu mag opgeven.”
“Het is niet opgeven, ik doe in mijn eentje wel verder.”
Even zwijgt Matthias, dan loopt hij om het bureau heen om naast haar op de stoel te gaan zitten. Joke zet zich schrap, maar hij legt enkel een hand op haar knie.
“Wat scheelt er echt?” vraagt hij dan. Als Joke geen antwoord geeft, gaat hij verder: “Ik zie heus wel dat er iets scheelt. Je bent ergens tegenaan gebotst. Ik wil weten wat het is, zodat ik je kan helpen.”
Nog steeds geen antwoord. Wat moet ze ook zeggen? Dat ze helemaal in de war is door al deze nieuwe gevoelens die hij bij haar oproept? Dat ze het eng vindt om te merken dat het haar goed doet om geslagen te worden? Geslagen! Dat kan toch niet… Dat ze haar vriendinnen mist? Dat ze met Stephanie en de anderen mee had willen gaan naar de Oude Markt? Dat snapt hij nooit…
Maar blijkbaar onderschat ze hem.
“Het is moeilijk hé, om je zo aan te passen,” zegt hij. “Om plots naar alle lessen te moeten gaan en je opdrachten te moeten maken, terwijl je vrienden dat misschien helemaal niet doen. Om wellicht daardoor ook niet altijd even lang te kunnen uitgaan als zij. En om hen niet helemaal te kunnen uitleggen waarom je dit doet, dat er gevolgen aan vasthangen als je het niet doet. Los van het niet slagen voor je examens dan,” voegt Matthias eraan toe.
Joke kijkt hem verbaasd aan. Hij lacht even. “Je denkt toch niet dat je de enige bent die hiermee worstelt? Dat ik niet weet hoe het is om student te zijn? Ik weet heus wel dat ik veel kan vragen van mijn pupillen. Dat het niet zo simpel is als gewoon naar elke les gaan. Er komt meer bij kijken dan dat, anders zou je het niet moeilijk vinden. En bovendien… Bij het soort… methoden dat ik gebruik, komen er zeker in het begin veel verwarrende emoties boven: waarom doe ik dit, is dit wel ok, ben ik niet gek omdat ik me zomaar laat slaan en…” Hier wacht Matthias even. “En dat misschien stiekem, heel diep vanbinnen een fijn gevoel vind omdat er iemand is die me helpt door me kort te houden. Los van alle endorfines die vrijkomen bij zo’n pak slaag, die je ook een goed gevoel bezorgen,” besluit Matthias.
“Ik vind het vooral veel pijn doen hoor,” zegt Joke. Opnieuw lacht Matthias. “Ja, dat is ook de bedoeling. Maar achteraf voelt het wel goed, is het niet?” Aarzelend knikt Joke. “Dat is dus het werk van de endorfines. En gewoon ook de zekerheid dat je er niet alleen voor staat, dat iemand je helpt om je doelen te bereiken. Want ik heb het je al gezegd: het zijn jouw doelen. Jij moet het willen.”
Nu kijkt Joke naar de grond. Haar opstandigheid is helemaal verdwenen. Verdampt onder Matthias’ woorden.
“Het is gewoon zo… verwarrend.”
“En moeilijk en lastig en frustrerend,” vult Matthias aan.
Joke lacht en knikt. Even trekt Matthias haar in een knuffel tegen zich aan. Het voelt fijn. Zeker. Veilig. Ze snuift zijn geur op. Hmm. Matthias drukt haar stevig tegen zich aan en laat dan weer los. Nu weet ze helemaal niet meer waar ze moet kijken.
“Maar het werkt wél,” zegt Matthias dan. “Heb je vorig semester ooit een 14 gehaald voor een opdracht?”
Ze schudt haar hoofd.
“Wel dan. En door naar de les te gaan heb je goede notities. Als je die gebruikt om te studeren, zullen je examens goed gaan, daar ben ik van overtuigd.”
Nu bloost ze helemaal. Ze hoopt maar dat het Matthias niet opvalt.
“Het zou zonde zijn om er nu mee te stoppen. Geef het nog wat tijd. Laten we er dit semester mee verder gaan en kijken hoe je resultaten dan zijn.”
Joke zwijgt.
“Wel?” vraagt Matthias.
Dan knikt ze.
Hij trekt een wenkbrauw op. Alweer. Bijna schiet ze in de lach. “Ja Matthias,” antwoordt ze braaf.
“Mooi zo. Dan zie ik je volgende week. Ik hoop dat je het dan even goed gedaan zult hebben als nu.”
Even later staat Joke weer op straat. Matthias’ woorden hebben haar goed gedaan. En het is wel waar: het helpt. Ze staat er dit semester al een stuk beter voor dan het vorige.

Slaagsleutels (6)

Matthias heeft zichzelf net een groot glas ice-tea uitgeschonken als hij de bekende “ping” hoort die aankondigt dat hij een mailtje heeft. Hij neemt een slok en loopt naar zijn computer. De mail is van Joke. Hij was zo trots op haar, gisteren, toen ze alles goed gedaan had. Eigenlijk had het hem niet heel erg verbaasd, na de straf die hij haar de week ervoor had gegeven, maar je weet maar nooit met die meiden. Ja, hij had Joke hard aangepakt. Hij was er zelf een beetje van geschrokken, maar tegelijk wist hij dat het zo moest zijn. Dat dit was wat ze nodig had.
Niet alle meiden die bij hem aanklopten voor studiebegeleiding hadden het. Maar Joke wel, dat had hij intuïtief aangevoeld. De manier waarop ze hem niet goed durfde aankijken terwijl hij haar aansprak op haar studiegewoonten, hoe ze met haar voeten had zitten schuifelen en haar blik neergeslagen had gehouden… Ze had… “iets”. Iets wat hem heel erg aansprak. Toen ze “jaja” had geantwoord nadat hij haar had opgedragen met twee woorden te spreken, niet uit baldadigheid, maar uit oprechte verwarring, toen had hij het erg moeilijk gehad om niet hardop te beginnen lachen. Dat doet hij nu wel, bij de herinnering. Best dat ze toen al over de knie lag en zijn gezicht niet kon zien. Hij betwijfelt of hij zijn gezicht in de plooi had kunnen houden. Daarom had hij haar maar even op weg geholpen. Ze was het nog een paar keer vergeten, maar dat was te verwachten. Een opgetrokken wenkbrauw of een tweetal harde klappen herinnerden er haar meteen aan. Dat bevestigde opnieuw zijn vermoeden dat er een rasechte spankee in haar schuilde. Ook al wist ze het zelf nog niet. Daarom had hij haar straf ook zo hard durven maken. Ze wist het misschien zelf nog niet, maar dit was wat ze nodig had. En kijk, het had zijn vruchten afgeworpen. Een hele week lang was ze op tijd gekomen!
Eens zien wat ze hem te zeggen heeft. Hij opent het mailtje, terwijl hij nog een slokje van zijn ice-tea neemt en laat zijn ogen over het scherm glijden.
Als hij klaar is met lezen, schudt hij zijn hoofd. Het was dus inderdaad te mooi om waar te zijn. Was die zware straf dan echt nog niet genoeg geweest om tot haar door te dringen? Hij heeft haar daarnet geen slaag gegeven, dus hij weet niet hoe het met de staat van haar billen gesteld was, maar hij kan zich niet voorstellen dat alle blauwe plekken al helemaal weggetrokken zijn. Nog eens zo’n harde spanking lijkt hem niet meteen een goed idee. Maar wat dan wel? Nadenkend loopt hij heen en weer in zijn kamer. Er zijn natuurlijk andere opties. Maar kan ze die al wel aan? Het is nog allemaal zo nieuw voor haar… In zijn hoofd begint zich een plannetje te vormen. Plots vastberaden gaat hij weer achter zijn computer zitten en schrijft hij een antwoord. Hij drukt op verzenden en sluit de computer af. Tijd voor ontspanning! Wat gaat hij vanavond eens eten?

Elke twee minuten kijkt Joke of Matthias al geantwoord heeft op haar mail. Na twintig minuten houdt ze het niet meer uit. Ze pakt haar sleutels en haar telefoon en rent de trap af.
Ze staat al bij Marie voor de deur, voor ze beseft dat zij nu les heeft. En daarna had ze ook nog wat te doen. Vanavond geen Marie om haar bij te staan dus. Wat nu? Waar kan ze afleiding vinden? Ze besluit om richting de winkelstraat te lopen. Niet dat ze iets wil kopen, maar ze kan even wat window shoppen. O, en ze moet nog een cadeautje vinden voor de verjaardag van haar zus, volgende maand.
Ze is net de Fnac binnengelopen als ze het mailtje hoort binnenkomen op haar telefoon. Snel gaat ze wat aan de kant staan en opent ze het.

“Dag Joke”, leest ze. “Ik denk dat wij hier even een goed gesprek over moeten hebben. Volgens je lessenrooster is je eerste les morgen pas om 11u. Ik verwacht je om 9u bij mij op kantoor. Tot dan, Matthias.”

Nog twee keer leest ze de mail door, maar ze kan er geen boosheid of andere emoties in ontdekken. Dat “goed gesprek” zal wel een eufemisme zijn, vreest ze. Ze is zwaar de klos. Tenzij… Ze kan net doen alsof ze de mail te laat gezien heeft? Nee, dat gelooft hij nooit.
Haar gedachten zijn er niet echt meer bij als ze een boek uitkiest waarvan ze hoopt dat haar zus het nog niet gelezen heeft. Met zo’n boekenwurm weet je het nooit, maar iets beters dan een boek weet Joke niet te bedenken. En nu al helemaal niet. Morgen om 9u. Dan moet ze wel haar wekker zetten, schrikt ze. Stel je voor dat ze zich morgen weer overslaapt. Dat zou echt niet goed zijn.

Maar daar had ze zich geen zorgen over hoeven te maken. De volgende dag is ze al om 7u wakker. Ze is pas laat in slaap gevallen, omdat ze nog lang had liggen piekeren. Niet dat er veel aan te piekeren valt, ze weet best wat er morgen gaat gebeuren, of dat denkt ze toch. In haar hoofd repeteert ze hoe ze Matthias zal uitleggen wat er gebeurd is. Zoveel mogelijk aan schadebeperking doen, dat is haar plan. En hopen dat hij haar zal geloven.
Om 7u30 besluit ze dat ze nu in elk geval niet meer zal kunnen slapen en rolt ze haar bed uit. Na een boterham met choco te hebben gegeten, gaat ze voor haar kleerkast staan. Geen broek met een dikke stof, dat is zeker. Maar het regent buiten, dus een rokje is ook niet ideaal. Of ze moet een jurk aantrekken, met een legging eronder. Dat is misschien nog de beste optie. Ja, dat gaat ze doen.
En nu? Hoe moet ze de tijd doorkomen tot het 9u is? Als ze een goede indruk op Matthias wil maken, moet ze misschien maar even iets aan haar studie doen. Ze heeft nog een paper te lezen voor verbintenissenrecht. Dat is pas tegen maandag, maar dan heeft ze dat maar gedaan.
Een halfuur later heeft ze de eerste pagina van de paper vijf keer gelezen, maar zou ze nog steeds niet kunnen zeggen wat erin staat. Ze heeft er haar gedachten niet bij. Het is 8u37. Als ze nu vertrekt, is ze ruim op tijd, maar dat is misschien net beter, gezien de omstandigheden.

Om 8u49 staat ze bij Matthias voor de deur. Haar hand trilt als ze de deur van Slaagsleutels openduwt. Kan ze niet beter gewoon wegrennen? Twijfelend blijft ze in het halletje staan. Maar blijkbaar heeft Matthias gemerkt dat ze er al is, want nog geen drie seconden later zwaait de deur van zijn kamer al open.
“Je bent vroeg,” begroet hij haar. Zijn blik staat niet onvriendelijk, maar hij glimlacht ook niet. Hij draagt een zwart hemd, dat hem heel goed staat. Het past bij zijn korte, zwarte haar en zijn donkere ogen. “Je weet de weg,” zegt hij, terwijl hij zijn arm naar achteren zwaait. Zwijgend loopt Joke de kamer in. Ze hoopt dat er een gat zal ontstaan in de vloer dat haar zal opzwelgen. Ze wil overal liever zijn dan hier. Toch gaat ze braaf op een van de stoelen zitten. “Ik moet nog even een paar dingen halen,” zegt Matthias. “Ik ben zo terug.” Dan is ze alleen. Weggaan is geen optie, niet nu Matthias haar al gezien heeft. Het lijkt alsof ze aan de stoel vastgelijmd zit. De zenuwen gieren door haar buik. Dit wordt erg. Heel erg.

Na wat een eeuwigheid lijkt, komt Matthias terug binnen. Hij heeft een paar mappen bij zich, die hij in een van de lades van zijn bureau stopt.
“Zo,” zegt hij dan. “Ik heb je mailtje gelezen en het leek me best als we het daar even over konden hebben.”
Zijn ogen doorboren de hare. Joke slikt en slaat haar blik neer.
“Wel?” vraagt hij genadeloos.
“Ik… Het was niet de bedoeling,” stamelt ze stilletjes. “Mijn wekker is niet afgegaan of zo en daardoor heb ik me overslapen.”
Het blijft stil.
“Het spijt me,” voegt Joke er dan aan toe. “Echt!”
“O, daar twijfel ik niet aan,” zegt Matthias. “En straks zal het je nog veel meer spijten, geloof me.”
Bij die woorden trekt er een kriebel door Jokes buik. Ze is bang. Echt bang. Voor de pijn. Voor de vernedering gestraft te worden. En het ergste is: ze weet dat ze het aan zichzelf te danken heeft.
“Wat ik wil weten,” zegt Matthias, “is waarom je het nodig vond om erover te liegen. Dat je je overslapen hebt, goed, daar ben ik niet blij om, maar dat kan gebeuren. Dat je erover liegt, dat kan echter ab-so-luut niet.” De laatste twee woorden worden langzaam en met veel nadruk uitgesproken. “Ik ben hier om je te helpen om je studiegewoontes te verbeteren, om je te helpen om te slagen. Als je tegen me liegt, dan heeft dat geen zin. Dan zit ik hier gewoon mijn tijd te verdoen.”
Oef. Dat is hard. Joke kijkt nog steeds naar het bureau.
“Kijk me eens aan.” Matthias’ stem klinkt plots zachter.
Joke wil alles liever dan hem aankijken. Op dit moment is ze zelfs klaar om gewoon over zijn knie te gaan liggen en hem maar zijn gang te laten gaan. Als ze hem maar niet moet aankijken. Toch richt ze haar blik op tot haar ogen de zijne ontmoeten. Meteen slaat ze haar ogen weer neer, zodat ze naar zijn kin kijkt.
“Kijk me aan,” zegt Matthias weer, strenger deze keer.
Bevend richt Joke haar blik weer op. Het vraagt alles wat ze heeft om in die strenge ogen te kijken en haar eigen ogen niet te sluiten.
“Verdoe ik mijn tijd met jou?” vraagt Matthias.
“Nee Matthias,” fluistert Joke, terwijl ze haar blik weer neerslaat.
“Kijk me aan,” herhaalt Matthias geduldig.
Opnieuw richt ze haar blik op. Een traan rolt uit haar rechteroog langs haar wang naar beneden. Joke veegt hem niet weg.
“Ik denk het ook niet. Ik hoop het niet. Maar dan wil ik niet… ik herhaal: NIET… dat je tegen me liegt. Is dat duidelijk?”
Joke knikt, terwijl er nu ook uit haar linkeroog een traan naar beneden rolt.
“Mooi zo,” zegt Matthias. “Doe dan nu maar die legging uit en ga in de hoek staan.”
Joke staat op en met trillende handen stroopt ze haar legging langs haar benen naar beneden. Ze legt hem over haar stoel en dan loopt ze naar de hoek. Even aarzelt ze. Wat moet ze met haar handen doen?
“Handen op je hoofd en waag het niet achterom te kijken,” redt Matthias haar uit haar dilemma.
Snel doet ze wat hij zegt. Dan voelt ze hoe hij achter haar komt staan. “Doe die jurk ook maar uit,” hoort ze.
Geen haar op haar hoofd dat eraan denkt om te protesteren. Snel trekt ze de jurk over haar hoofd en geeft ze die aan Matthias, die zijn hand uitgestrekt houdt. Daarna neemt ze haar positie weer in. Het geritsel achter zich vertelt haar dat Matthias haar jurk bij haar legging over de stoel heeft gelegd. Dan komt hij weer achter haar staan.
“Ik duld niet dat er tegen mij gelogen wordt. Je moet de verantwoordelijkheden voor je daden opnemen. Door ervan weg te lopen, gedraag je je als een klein kind. Dus word je nu gestraft als een klein kind.”
Intussen trekt hij haar onderbroek naar beneden, tot die rond haar enkels op de vloer hangt. Joke durft niet te bewegen, ook al heeft ze nu enkel nog haar beha aan. Matthias’ voetstappen verwijderen zich en enkele tellen later hoort ze de bureaustoel kraken ten teken dat hij is gaan zitten. Hij heeft vast mooi zicht, denkt Joke beschaamd. Daar staat ze nu: helemaal naakt op haar beha na, met haar handen op haar hoofd en haar gezicht richting de muur. Haar billen vertonen nog gele en een paar bruine plekken van het pak slaag dat ze vorige week gekregen heeft. Straks is daar vast een heel ander kleurenpatroon te zien.
Ze heeft geen idee hoeveel tijd er intussen verstreken is. Staat ze daar al vijf minuten, tien minuten of een halfuur? Dan roept Matthias haar bij zich. Hij is op een van de houten stoelen gaan zitten.
“Ga op je knieën voor me zitten,” zegt hij.
Joke neemt de gevraagde houding aan, waarbij ze ervoor zorgt dat haar handen haar kruis bedekken. Haar blik houdt ze op de grond gericht. Als ze daarnet al hoopte dat ze door de grond kon zakken en kon verdwijnen, dan hoopt ze dat nu nog honderd keer meer. Maar de vloer blijft solide. Het vloertapijt is niet onzacht, maar de korte haartjes prikken in haar knieën. Ze probeert wat te gaan verzitten, maar dat maakt het alleen maar erger.
Enkele seconden blijft het stil. Dan verschijnt Matthias’ rechterhand in haar blikveld. Hij neemt haar kin vast en dwingt haar zo om hem aan te kijken.
“Vertel me eens, waarom vond je het nodig om tegen me te liegen?” vraagt hij zacht.
Joke slikt. Hoorbaar. Ze is niet meteen in staat om geluid uit haar keel te krijgen, maar Matthias wacht rustig af, terwijl hij zijn strenge blik nog steeds in de hare boort.
“Ik was bang,” fluistert Joke uiteindelijk.
“Bang waarvoor?” vraagt Matthias. “Voor de pijn? Voor de straf?”
Joke knikt.
“Je krijgt enkel straf als je dat verdient, dat weet je toch?”
Opnieuw knikt ze.
“Had je de straf van vorige week verdiend?”
Joke knikt.
“Had je gisteren straf verdiend, omdat je niet naar de les geweest was?”
Weer knikt ze.
“Zeg het.”
“Ja Matthias.”
“Heb je nu straf verdiend, omdat je tegen me gelogen hebt?”
“Ja Matthias.” Het is niet meer dan een zacht gefluister. Ze is nog maar een paar centimeter groot. Matthias zit groot en dreigend voor haar. Nu wil ze echt heel graag verdwijnen, maar het is haar niet gegund.
“Kijk me aan,” zegt Matthias, als haar blik naar de grond afdwaalt.
Moeizaam richt ze haar blik weer op. Als ze weer in zijn ogen kijkt, wordt ze zo mogelijk nog kleiner.
“Ik ben hier voor jou. Maar jij moet het ook willen. Jij moet willen meewerken. En dat houdt in dat je niet tegen me mag liegen.”
Joke knikt. “Ja Matthias,” zegt ze.
“Wil je verder gaan met deze studiebegeleiding?”
De vraag komt compleet onverwacht. Is stoppen dan een optie? Even is Joke helemaal in de war. Dan schudt ze haar hoofd. “Nee Matthias, ik wil er niet mee stoppen.”
Wat zegt ze nu? Hier was haar kans om eronderuit te komen. Maar iets houdt haar tegen. Ze wil dit doorzetten. Hoe eng en vernederend ook. Hoe pijnlijk ook. Het werkt. En ze wil slagen. Voor zichzelf, maar ook voor Matthias. Ze wil hem trots maken.
“Dan mag je me nu vragen om je te straffen.”
Ze slikt hoorbaar en slaat haar blik neer. “Wil je me straffen?” mompelt ze tegen het tapijt.
“Dat kan beter.”
Wanhopig kijkt ze hem aan. Is het zo niet al erg genoeg?
“Wil je me alsjeblieft straffen Matthias?” zegt ze iets luider, terwijl ze langs hem heen naar de muur kijkt.
Gelukkig is het deze keer wel goed genoeg.
“Kom maar hier,” zegt hij, terwijl hij op zijn knie tikt. Haast opgelucht komt Joke recht en gaat ze over zijn knie liggen. Het gewicht van zijn rechterhand drukt zwaar op haar billen.
“Dit is voor het missen van de les nadat je je overslapen hebt,” kondigt Matthias aan. Dan begint hij te slaan. Hard, maar te doen. Het volledige oppervlak van haar billen wordt bewerkt door zijn rechterhand. Als alles gloeit, stopt hij.
“Ga maar over het bureau liggen.”
O nee… Niet weer die riem… Of de paddle. Alsjeblieft niet. Maar Joke is slim genoeg om niet te protesteren. Gedwee legt ze haar bovenlichaam over het bureau. Het gladde hout voelt koel aan op haar blote buik.
Matthias loopt naar de kast en haalt er een lange stok uit. Zou dit een cane zijn? vraagt Joke zich af.
“Dit is een cane,” zegt Matthias dan. “Dit werd vroeger gebruikt in Engelse scholen om stoute kindjes een lesje te leren. Heel effectief, dat zul je wel merken.” Hij gaat schuin achter haar staan. “Dit is je straf voor het liegen. Je krijgt er six of the best. Dit keer ga ik je niet helpen door je vast te binden. Je blijft zelf over het bureau liggen, anders beginnen we opnieuw.”
Six of the best. Zes maar. Dat kan ze wel. Ze neemt zich voor om heel stil te blijven liggen. Deze straf heeft ze tenslotte meer dan verdiend.
“Ben je er klaar voor?”
“Ja Matthias,” antwoordt ze. Ze zet zich schrap.
Het dunne hout tikt even zachtjes tegen haar billen. Dan volgt er een luide zwiep en landt de cane hard op haar billen.
Joke schreeuwt het uit. Ze bijt op haar tanden, terwijl de pijn erger en erger wordt voor ze eindelijk begint te zakken. En dit was nog maar de eerste. Ze krijgt er zes. Zes!
Opnieuw voelt ze de cane zachtjes tegen haar billen. Weer dat zwiepende geluid. En dan de pijn. Als ze had gedacht dat de riem en de paddle erg waren, dan wist ze nu beter. De cane is de hel.
Weer een zwiep, weer die pijn die erger en erger en erger wordt. De tranen lopen over Jokes wangen.
Even aait Matthias’ linkerhand over haar billen. “Halverwege,” kondigt hij aan.
Dit kan ze niet. Dit kan ze echt niet. Het is te erg. “Alsjeblieft…” smeekt ze.
“Dit is straf,” hoort ze Matthias zeggen. Zijn stem klinkt rustig. Meedogenloos. “Jij koos ervoor om tegen mij te liegen. Nu moet je de gevolgen dragen.” Joke snikt het uit. “Het spijt me,” roept ze. “Het spijt me!”
“Nog drie.”
Meteen volgt de volgende zwiep en weer die pijn. Joke bijt in haar linkerarm in een poging de pijn in haar billen te overstemmen. Het helpt niet. Weer een slag met de cane. Ze gilt het uit.
“De laatste,” hoort ze Matthias zeggen. “De laatste is altijd de hardste.” Ze registreert het nauwelijks. Nog harder?
Matthias neemt de tijd om rustig de plek op haar billen te bepalen waar de laatste slag met zal neerkomen. Dan verdwijnt de cane van haar billen, waarna hij met een luide zwiep en een harde krak terug neerkomt.
Pijn. Zoveel pijn. Het beneemt Joke de adem. De pijn wordt erger en erger en erger.
Geleidelijk aan wordt ze zich weer bewust van haar omgeving. Matthias is rond het bureau gelopen en aait met zijn handen door haar haar.
“Het spijt me,” huilt ze. “Ik zal niet meer liegen, het was niet de bedoeling. Ik wilde gewoon… Het spijt me zo enorm.”
“Ik weet het,” zegt Matthias. “Het is al goed. Het is je vergeven.”
“Echt?” vraagt Joke.
“Echt,” bevestigt Matthias. “Je hebt je straf gehad. En je hebt het goed gedaan. Heel goed. Je bent niet één keer van je plek gekomen. Ik ben trots op je.”
Joke glimlacht verlegen door haar tranen heen. Ze gloeit vanbinnen.
Na een tijdje kalmeert ze.
“Mag ik rechtkomen?” vraagt ze stilletjes.
“Ja hoor,” zegt Matthias. “Trek je kleren maar weer aan.”
Dat is waar ook… Ze was bijna vergeten hoe naakt ze was. Snel trekt ze haar onderbroek, legging en jurk terug aan. Intussen heeft Matthias een glas water voor haar uitgeschonken.
“Ga zitten en drink wat,” zegt hij. “Ja, je moet zitten,” beantwoordt hij haar onuitgesproken vraag met een glimlach.
Voorzichtig laat ze zich op de stoel zakken. “Ik zal echt nooit meer tegen je liegen,” zegt Joke nogmaals.
“Goed zo,” zegt Matthias. “Ik meende het: ik wil je echt helpen, maar dat kan alleen als je eerlijk tegen me bent.”
Joke knikt geestdriftig. “Ja Matthias,” zegt ze gedwee.
“Hoe laat is het?” schrikt ze plots.
“Bijna half elf,” antwoordt Matthias. “Je hebt nog genoeg tijd om op tijd in je les te zijn.”
Jokes gezicht betrekt als ze denkt aan de harde houten banken waar ze straks de rest van de dag op moet gaan zitten.
“Tja, dat hoort erbij,” lacht Matthias. Joke kijkt eerst zuur, maar moet dan toch ook lachen. “Jah,” zucht ze. “Ergens vind ik het ook wel fijn om het nog even te voelen, vind je dat gek?”
“Nee hoor. Het herinnert je eraan dat er iemand is die je helpt, dat je er niet alleen voor staat.”
“Precies,” knikt Joke. “Bedankt,” zegt ze dan stilletjes.
“Graag gedaan hoor. Maar nu kun je maar beter vertrekken. Anders ben je straks nog te laat. En dat lijkt me geen goed idee, jou wel?”
“Nee,” lacht Joke, terwijl ze opstaat.
“Tot volgende week dan maar.”
“Tot volgende week,” bevestigt ze.

Slaagsleutels (5)

Nee! Nee, nee, nee! Dit kan toch niet! Het is al halftien. De les is al een halfuur bezig. Ze heeft zich overslapen. Maar hoe dan? Ze had toch haar wekker gezet? Toch? Ze weet het bijna zeker. Dan is hij gewoon niet afgegaan. Of ze heeft hem afgelegd in haar slaap. Daar kan ze niets aan doen, toch? Maar een klein stemmetje in Jokes hoofd vertelt haar wat ze al weet: dat Matthias geen excuses aanvaardt. En ze is bont en blauw na de straf van gisteren. Want dat was het: straf. Ze voelde zich zo klein. En het deed zoveel pijn. Zo verschrikkelijk veel pijn. Maar ze had het verdiend. Dat had Matthias haar heel duidelijk gemaakt en ze wist dat hij gelijk had. Ze had zich zo hard voorgenomen om nooit meer te laat te komen. En meteen al de volgende dag overslaapt ze zich. Met een zucht draait ze zich op haar rug, wat haar protest van haar pijnlijke billen oplevert. Ow, hij heeft haar echt goed te pakken gehad. Wacht tot hij hoort dat ze zich nu meteen overslapen heeft… Gelukkig is de volgende afspraak pas volgende week, maar ze betwijfelt of de blauwe plekken op haar billen dan al helemaal genezen zullen zijn. Plots neemt ze een besluit: ze gaat gewoon niet naar deze les. Dan komt ze ook niet te laat. Met een diepe zucht sluit ze haar ogen weer. Vijf minuten later besluit ze om toch maar uit bed te komen. Dan kan ze nog naar de tweede les.

Stipt om 11 uur loopt ze de aula in. Marie heeft haar zien binnenkomen en zwaait naar haar. Joke loopt op haar af en laat zich voorzichtig op de houten banken zakken.
“Zo erg?” vraagt Marie.
Joke knikt.
“Wat had je gedaan? En waarom was je niet in de vorige les?”
“Ik was te laat,” mompelt Joke, terwijl de prof de aula binnenloopt. “Ik vertel het je straks wel.”
Marie kijkt haar nieuwsgierig aan, maar richt haar aandacht nu ook naar de prof.

“Goed, tien minuten pauze, tot straks,” kondigt de professor aan.
Eindelijk! Joke weet niet hoe vlug ze moet rechtstaan. Even haar billen wat rust gunnen.
“Ga je mee even naar de gang, benen strekken?” vraagt ze aan Marie.
Die kijkt haar grijnzend aan. “Geen zin meer om te zitten?” vraagt ze gemeen.
“Nee, liever niet…”
“Hij heeft je goed te pakken gehad zeg. Wat had je nu gedaan?”
Marie en haar vervloekte nieuwsgierigheid…
“Was je echt zoveel te laat?”
“Achttien minuten,” zegt Joke.
“Wat? Maar… Hoe?”
“Eh, tja,… Een boete gekregen voor tegen de richting rijden. In een poging op tijd te komen.”
Marie kan er niets aan doen: ze schiet in de lach.
“Sorry,” grinnikt ze. “Maar je moet toegeven dat het toch een beetje grappig is.”
Nu lacht Joke ook. “Als je het zo bekijkt… Een beetje wel. Helaas vond Matthias dat niet.” Haar gezicht betrekt weer. “Ik heb gezworen dat ik nooit meer ergens te laat zou zijn.”
“Maar je was niet in de eerste les vanmorgen,” merkt Marie op.
“Ik heb me overslapen… Mijn wekker is niet afgegaan of zo.”
“Ow…” Marie kijkt medelijdend.
“Maar he, ik was niet te laat!” Joke grijnst, ook al voelt ze zich een klein beetje misselijk als ze aan Matthias’ reactie denkt.
“Eh, tja, zo kun je het ook bekijken…” twijfelt Marie. “Ik vrees dat Matthias het anders zal zien…”
“Ik weet het… Gelukkig heb ik pas volgende week een nieuwe afspraak, zitten is nu al pijnlijk genoeg!”
“Heeft hij zijn cane gebruikt?” vraagt Marie nieuwsgierig.
“Zijn wat?”
“Cane. Een soort lange stok. Doet vreselijk veel pijn. Echt, erger bestaat niet.”
“Veel erger dan gisteren kan het niet worden,” meent Joke. “150 met zijn riem en dan nog 18 met de grote paddle.”
“Auw, pijnlijk,” leeft Marie mee. “En hij houdt zich ook nooit in hé, slaat nooit zacht.”
Joke schudt haar hoofd.
“Ik moet vanmiddag weer gaan, hopelijk is hij wat in een beter humeur dan bij jou gisteren!”
“Dat hoop ik voor je!”
“We kunnen beter terug naar binnen gaan,” zegt ze dan, met een knikje in de richting van de prof, die de aula opnieuw binnengaat.
“Nog een uurtje zitten, dan kan ik weer rechtstaan. Gelukkig heb ik vanmiddag geen lessen meer. Ik geloof dat ik liggend op mijn bed die papers voor Vanacker ga lezen.”
“Goed idee,” antwoordt Marie, terwijl ze terug plaatsneemt. “En denk dan even aan mij terwijl ik pijn lijd…”
“Aw, dat zal ik doen. Weet je wat, kom nadien naar mijn kot, dan kunnen we samen koken. Dan heb ik nog een excuus om even rond te lopen als ik boodschappen moet doen.”
Marie steekt haar duim op, want de prof heeft intussen de les weer aangevat. Dan richten beide meiden hun aandacht naar hun notities.

“Hoe ging het?” begroet Joke Marie als ze de deur opendoet. “Ik heb alvast twee kussens op de stoelen gelegd,” knipoogt ze.
Marie lacht. “Dank je, maar het valt mee. Ik had alle notities, maar hij vond dat ze beter konden. Dus we hebben dat samen even bekeken, hij heeft me wat tips gegeven en dan nog even over de knie als aanmoediging.”
“Niet te hard dan, hoop ik?” vraagt Joke. Ze is stiekem best nieuwsgierig naar hoe het tussen Matthias en Marie gaat. Is dat ongeveer hetzelfde als bij haar of doet hij dan andere dingen? Ze moet zichzelf bekennen dat ze het fascinerend vindt. Ergens voelt het fijn om pijnlijk te zitten, maar dat snapt ze niet van zichzelf. Wat is daar nu leuk aan? Waarom blijft ze naar Matthias terugkeren? Ja, omdat haar ouders anders de geldkraan dichtdraaien, maar het is ook wat anders. Het werkt en… het voelt niet verkeerd. Maar daar durft ze niet goed over nadenken.
“Gewoon met de hand,” zei Marie. “Maar zoals we vanmorgen al zeiden: hij slaat nooit zacht. Het gloeit dus wel.”
Marie lijkt het helemaal niet erg te vinden. Integendeel eigenlijk.
“Vind je het leuk?” flapt Joke eruit.
Marie bloost. “Raar om te zeggen, maar ja, eigenlijk wel. Als het gewoon zo is, als aanmoediging, niet als straf… Ik weet het niet, het voelt wel fijn.”
“Zelfs de straf vond ik… niet fijn, maar… ik weet het niet,” hakkelt Joke. Durft ze dit wel toegeven?
“Het is nu tenminste achter de rug,” zegt Marie. “Je hoeft je er niet meer schuldig over te voelen. Je hebt de straf gehad, nu kun je met een schone lei opnieuw beginnen.”
“Ja, dat,” antwoordt Joke opgelucht. “Alleen een beetje jammer dat ik me vanmorgen meteen overslapen heb.” Ze kijkt zuur. “Ik heb echt geen zin in nog zo’n straf…”
“Je hebt nog een week de tijd eer je weer moet gaan. Zorg gewoon dat je de rest wel helemaal goed doet, dan valt het hopelijk mee.”
“Tja, ach, het is gebeurd… Ik ga wel even de ontkenningsfase in tot volgende week. Dus… Zullen we koken?”
“Is goed,” antwoordt Marie opgewekt.
Samen snijden ze de groenten voor de wraps en braden ze spek- en kippenblokjes.
Tijdens het eten komt het gesprekt terug op Matthias.
“Zou ik jouw notities even mogen lenen?” vraagt Marie aan Joke. “Je zei toch dat hij er tevreden over was, hé? Over de mijne niet zo… Misschien helpt het als ik de jouwe even kan bekijken.”
“Ja hoor, geen probleem,” antwoordt Joke. “Neem ze straks maar even mee.”
“Dank je wel.” Marie glimlacht.
“Hé, samen sterk,” knipoogt Joke. “Wij zijn met twee en hij weet het niet eens, dan kunnen we hem toch wel aan!”
“Haha, ja!” roept Marie uit. “Twee tegen één, hij maakt geen schijn van kans!”
“Ik vraag me af of hij het zelfs zou merken als je mijn notities gewoon overschreef,” zegt Joke bedachtzaam. “Volgens mij wil hij toch enkel maar slaan en let hij nauwelijks op de rest.”
“Hm, nee, dat denk ik niet hoor,” antwoordt Marie. “Ik bedoel, het is duidelijk dat hij graag slaat, maar hij wil ook echt dat we het goed doen en dat we slagen voor onze examens.”
“Ja, dat weet ik wel. Maar zou hij door hebben dat hij die notities al eens gezien heeft? Ik betwijfel het.”
“Misschien moeten we dat eens uittesten,” lacht Marie.
Joke lacht mee. “Slaan doet hij toch, dan kunnen we beter zorgen dat hij een reden heeft, of niet?”
“Je zou niet zeggen dat je pijnlijk zit, als je jou zo bezig hoort.”
“Het kussentje helpt,” zegt Joke, wijzend naar haar stoel. “En ik weet nu al dat ik er volgende week toch weer aanhang, ik heb niets te verliezen.”
“Je kunt maar beter zorgen dat er niets meer bij komt,” waarschuwt Marie.
“Ik weet het, ik weet het.” Joke zucht.
“Hoop maar dat hij er de cane niet bijhaalt…”

De rest van de week slaagt Joke er elke dag in om op tijd uit bed te komen én om op tijd in de les te zijn. Ze houdt haar notities bij en doet het werk dat wordt opgegeven. Op die ene les na, heeft ze het helemaal goed gedaan.
Toch is ze erg zenuwachtig als ze weer in de kleine wachtzaal zit. De blauwe plekken op haar billen zijn intussen vervaagd, maar niet weg, zag ze vanochtend in de spiegel. Het doet geen pijn meer als ze gaat zitten, maar ze heeft niet veel zin om uit te vinden hoe het voelt als ze erop geslagen wordt.
Het duurt lang deze keer. De vorige afspraak is vast wat uitgelopen. Of lijkt het maar zo? Haar telefoon geeft aan dat het 16u59 is. Eindelijk gaat de deur open en nodigt Matthias haar uit om hem te volgen naar zijn kantoor. Joke bijt op haar tong om geen opmerkingen te maken over op tijd komen. Dat zou hij vast niet kunnen waarderen…
“Hoe is het gegaan?” begroet Matthias haar.
“Wel goed geloof ik.”
“Mooi zo! Ben je nog te laat gekomen?” vraagt hij dan. Zijn stem klinkt plots streng.
“Nee,” antwoordt Joke snel. Te snel? Maar ze is geen enkele keer te laat gekomen. Voor de les waar ze niet heen is geweest, was ze ook niet te laat, want ze is niet geweest. En de vraag was of ze te laat was gekomen, niet of ze naar de les was geweest. Ze begint te zweten, maar Matthias lijkt het niet op te merken.
“Goed gedaan! Laten we dan nu even je notities bekijken.”
Hij bladert door de map die Joke hem aanreikt.
“Dit ziet er weer allemaal heel goed uit.” Dan zwijgt hij even en fronst hij zijn voorhoofd. “Waar zijn de notities van publiekrecht?” vraagt hij dan.
De les die ze gemist heeft… “Eh, bij een vriendin. Die wilde ze even bekijken om haar eigen notities te verbeteren.” Het is niet eens gelogen: Marie heeft haar notities van vorige week.
“Ok,” antwoordt Matthias. “Heb je nog vragen? Dingen waar je zit? Bepaalde problemen?”
Joke schudt haar hoofd.
“Dan zie ik je volgende week,” zegt hij. “Ik ben trots op je, je hebt het goed gedaan!”
Geen pak slaag dus deze keer, oef. Waarom voelt ze zich dan zo rot? Dat komt omdat ze gelogen heeft, fluistert het stemmetje in haar hoofd, terwijl ze door de deur naar buiten stapt en haar fiets van het slot haalt.
Als ze terug op haar kot komt, zit het haar nog steeds niet lekker. Vorige week had ze tegen Marie verklaard dat het best fijn voelde om met een schone lei opnieuw te kunnen beginnen. Dat heeft ze nu niet. Nu heeft ze alleen een kanjer van een schuldgevoel. Twijfelend bekijkt ze Matthias’ kaartje, dat op haar koelkast vasthangt met een blauwe magneet. “Slaagsleutels”, staat er in grote letters. “Studiebegeleiding.” En dan een telefoonnummer en een mailadres. Zou ze? Is dat wel een goed idee?
In een opwelling start ze haar computer op en opent ze een nieuwe mail.

“Dag Matthias,” typt ze. “Er is iets wat ik daarnet niet verteld heb. Je vroeg me of ik nog te laat was gekomen en ik antwoordde van niet. Dat was ook zo, ik was niet te laat. Maar de eerste dag na onze vorige afspraak heb ik me overslapen. Mijn wekker ging niet af en ik werd pas wakker toen de les al bezig was. Daarom ben ik dan maar niet naar de les geweest. Het spijt me. Ik zal het deze week beter doen. Joke”

Voor ze zich kan bedenken, drukt ze op verzenden.

Slaagsleutels (4)

Als Joke terug bij haar kot is, staat Marie al voor de deur. “Heb je een lekke band?” vraagt ze, als ze Joke naast haar fiets ziet lopen.
“Nee,” antwoordt die. “Ik zag het niet zitten om op het zadel heen en weer te botsen…”
Marie begrijpt de hint en grijnst. “Zo erg?” vraagt ze.
Joke knikt en haalt haar sleutel uit haar zak. Ze opent de deur en nodigt Marie mee uit naar binnen.
“Ik ga me eerst even omkleden hoor,” waarschuwt ze, voor ze naar de badkamer verdwijnt. Moeizaam wurmt ze zich uit haar spijkerbroek. Auw, wat doet dat pijn… Voorzichtig legt ze haar handen op haar billen. Ze stralen warmte uit. Zou ze in de spiegel kunnen kijken? Die hangt vrij hoog, maar als ze op de rand van de douche gaat staan, kan ze misschien wel haar billen zien. Dat lukt inderdaad. Joke slaat een hand voor haar mond als ze de dieprode kleur, doorspekt met hier en daar wat blauw, waarschijnlijk van die paddle, gadeslaat. Geen wonder dat het pijn doet!
Snel trekt ze een rokje aan en dan loopt ze terug naar haar kamer, waar Marie op haar wacht.
“Ik blijf geloof ik maar even rechtstaan,” grimast ze.
“Hij heeft je dus goed te pakken gehad,” antwoordt Marie. “Ik dacht dat je naar alle lessen geweest was?”
“Ja, maar toen kwam hij erachter dat ik een keer te laat was geweest en dat ik ook een keer mijn boeken was vergeten. Hij ging door het lint.”
“Ik kan me er iets bij voorstellen,” knikt haar vriendin medelijdend. “Blijf inderdaad maar even rechtstaan. Dat is trouwens gemakkelijker om bij het fornuis te kunnen om te koken,” knipoogt ze.
“Koken?” vraagt Joke.
“Ja, we zouden toch samen eten. Of heeft hij je geheugen eruit gemept?” Marie grinnikt om haar eigen mop.
“Nee, maar ik dacht dat we pizza konden bestellen of zo. Ik kook eigenlijk nooit,” geeft ze toe.
“Nooit?”
Joke schudt haar hoofd. “Geen zin in. Iets bestellen is veel makkelijker.”
“Zorg maar dat Matthias dat niet hoort.”
“Hoezo, daar heeft hij toch niets mee te maken?”
“In principe niet, nee. Maar ik liet ooit eens vallen dat ik probeerde om wat gewicht kwijt te raken en toen besloot hij om samen met mij een aantal regels op te stellen daarvoor. Ik moet elke dag zelf koken en mag geen chips eten.”
“Echt? Maar… Dat kan hij toch niet zomaar voor je beslissen?”
“Nee, dat hebben we samen beslist. Al heb ik er op sommige momenten wel spijt van hoor… Zoals nu, ik zou best wel een pizza willen.”
“Tja, ik heb echt niets in huis om klaar te maken,” zegt Joke. “En de winkel op de hoek is al gesloten.”
“Dan moet het maar.” Marie haalt haar schouders op. “Een keertje zondigen kan geen kwaad. Het levert hooguit pijnlijke billen op.”
“Weet je het zeker?” Joke twijfelt. “Ik wil niet dat je door mijn schuld…” Ze kan de woorden niet uitspreken.
“Ja, doe maar gewoon. Ik heb echt heel veel zin in een pizza, dat is al tijden geleden!”

Joke loopt heen en weer voor de deur van de aula. De les begint pas over tien minuten, maar ze hoopt Marie eerst nog even te spreken. Die had twee uur geleden een afspraak met Matthias en Joke wil weten of ze niet te hard in de problemen is gekomen door die pizza. Anders is het haar schuld…
Drie minuten voor de les begint, komt Marie toe.
“Hoe gaat het?” schiet Joke op haar af. “Was hij niet te erg?”
“Nee, het viel wel mee,” glimlacht Marie.
“Was hij niet boos over die pizza?”
“Ik heb uitgelegd dat de winkel al dicht was en dat er dus niet veel anders op zat. Hij snapte ook wel dat het maar een keertje was en vond het daarom niet erg.”
“Dus je hebt geen straf gekregen?” vraagt Joke opgelucht.
Marie schudt haar hoofd. “Zolang ik me verder maar gedraag…” Ze steekt haar wijsvinger in de lucht en zwaait die overdreven voor Jokes gezicht heen en weer in een imitatie van Matthias. Beide meisjes beginnen te giechelen. Dan gaan de deuren van de aula open en stroomt de vorige groep naar buiten, waarna zij binnen kunnen. Ze nemen naast elkaar plaats achteraan in de aula.
“Zou hij eigenlijk weten dat we elkaar kennen?” fluistert Joke, terwijl de prof iets op het bord schrijft.
Marie haalt haar schouders op. “Geen idee. Vast niet. Ik bedoel, misschien weet hij dat we sommige lessen allebei volgen, maar kijk eens rond, er zit hier een paar honderd man. Hij gaat er vast niet vanuit dat we elkaar kennen, laat staan dat we van elkaar weten dat we naar hem gaan.”
Joke knikt. Dat klinkt logisch. Om een of andere reden lucht het haar ook op. Het is fijn om een vriendin te hebben met wie ze dit kan delen. Maar Matthias hoeft dat daarom nog niet te weten. En hij hoeft al helemaal niet te weten hoe ze soms de draak steken met hem. Dat lijkt haar beter voor de gezondheid van haar billen en die van Marie…
Dan richt ze haar aandacht op de prof vooraan. Die is al enkele zinnen ver in zijn betoog. Snel buigt ze zich over haar cursusblok en begint ze notities te nemen. De pijn in haar billen is dan wel weggetrokken, bij de dagelijkse inspectie van haar billen in de spiegel, merkte ze vanochtend dat er nog een grote bruingele vlek zit. Een goede herinnering om haar best te doen. Matthias had gezegd dat hij haar notities wilde zien, ze mag dus geen half werk leveren.

Ze is laat. Erg laat. Haar afspraak met Matthias is om 17u en het is nu al 16u55. Gelukkig is het niet ver, maar ze zal zich toch moeten haasten om nog op tijd te zijn. Ze vloekt. Snel rent ze de trap af en bevrijdt haar fiets uit het fietsslot. Eigenlijk moet ze naar links vertrekken om dan het blokje om te rijden, anders rijdt ze tegen de richting, maar in een poging om nog op tijd te komen, besluit ze om toch maar naar rechts te rijden. Het is maar een klein stukje, een paar honderd meter.
Ze duwt haar trappers stevig in en fietst zo snel als ze kan de straat uit. Voorbij de bocht, roept iemand haar plots na: “He, juffrouw! Stop eens even.”
Ze kijkt om. Het is een politieagent. Nee hé…
“Gehaast?” vraagt die.
Ja, duh… Waarom zou ze zich anders zo in het zweet trappen? Hijgend knikt ze.
“Tja, ik vrees dat dat toch geen goede reden is om tegen de richting te fietsen. Nu zul je helaas nog wat later zijn.”
Rotzak. Joke kan hem wel slaan.
“Mag ik je identiteitskaart even?”
“Ik ben echt heel laat, kunt u dit niet voor één keer door de vingers zien?” smeekt Joke.
De agent schudt zijn hoofd. “Nee nee,” antwoordt hij betuttelend. “De regels zijn er voor iedereen. En het staat overal heel duidelijk aangegeven dat deze straat eenrichtingsverkeer is.”
Joke rolt met haar ogen en haalt haar identiteitskaart uit.
“Dat zag ik, jongedame. Let maar op dat ik er geen smaad aan de politie bijschrijf.”
Nu komt de stoom vast uit haar oren, maar ze slaagt erin om haar gezicht in de plooi te houden terwijl de agent een boete van 150 euro uitschrijft. 150 euro!
“Ziezo,” zegt hij tevreden, terwijl hij haar het papiertje toesteekt. “Binnen de drie dagen te betalen. En voortaan je aan het verkeersreglement houden hoor.”
Als ze eindelijk het gebouw van SLAAGSLEUTELS betreedt, staat de deur naar Matthias’ kamer al open. Hij kijkt op en wenkt haar naar binnen. De moed zakt Joke in de schoenen.
“Het spijt me,” stamelt ze.
“Nu ben je alweer te laat,” stelt Matthias vast. “Ik dacht dat we daar vorige week nog maar net een gesprekje over gevoerd hadden.”
Ja, vast, een “gesprekje”, denkt Joke stilletjes bij zichzelf, maar ze weet wel beter dan het uit te spreken.
“En nu ben je maar liefst achttien minuten te laat. Achttien!”
“Ik kon er niets aan doen!” roept Joke uit. “Het is allemaal de schuld van die politieagent!”
“Welke politieagent?” vraagt Matthias. Joke is nog steeds te verontwaardigd om de gevaarlijke toon in zijn stem op te merken.
“Die die het nodig vond om me een boete te geven,” briest ze. “Enkel omdat ik tweehonderd meter in de verkeerde richting fietste. Het was maar tweehonderd meter! Wat maakt dat nu voor verschil?”
Verontwaardigd kijkt ze Matthias aan. Ze schrikt als ze de blik in zijn ogen ziet.
“Ga even zitten,” zegt hij. “Begrijp ik het goed dat jij, een rechtenstudent, een boete hebt gekregen omdat je je niet aan de verkeersregels hield?”
“Een belachelijke regel,” stuift Joke weer op. Matthias houdt zijn hand omhoog om haar te laten zwijgen.
“Het doet er niet toe wat jij van die regel vindt. De wet is de wet, daar heb je je aan te houden. Dat zou je als rechtenstudent moeten weten. Of wil je straks een strafblad?”
“Zo’n simpele overtreding komt heus niet op mijn strafblad terecht hoor,” antwoordt Joke verontwaardigd, omdat Matthias niet haar kant kiest.
“Nee, de eerste keer niet. Maar als dit nog gebeurt, dan wellicht wel. Dan blijft het vast niet bij een boete van…” Hij kijkt haar vragend aan.
“150 euro!” vult Joke behulpzaam aan. “Dat is toch ferm overdreven!”
“Blijkbaar niet, want je lijkt niet in te zien dat je dit vooral aan jezelf te danken hebt.”
Eindelijk hoort ze het scherpe randje in zijn stem en ziet ze de donkere blik in zijn ogen.
“Maar… ik… Ik wilde gewoon niet te laat zijn!” stamelt ze.
“Dan had je maar wat eerder moeten vertrekken,” vindt Matthias. “Nu ben je nog veel later, mét een boete erbovenop.”
Joke zwijgt.
“Goed, dat handelen we straks wel af. Laten we het eerst even over je lessen hebben.”
Er trekt een kriebel door Jokes buik. Zou hij bedoelen…? Nee toch… Maar terwijl ze het denkt, weet ze al dat dat precies is wat Matthias bedoelt. Misschien wordt hij wat milder als hij haar notities ziet en hoort dat ze naar alle lessen is geweest. Snel trekt ze haar rugzak open en haalt ze haar mappen eruit.
Zenuwachtig bijt ze op haar nagels terwijl Matthias aandachtig de bladen een voor een bekijkt.
“Dit ziet er vrij goed uit,” zegt hij eindelijk. Ze kijkt op en wordt getrakteerd op een warme glimlach. “Je kunt het best,” gaat hij verder. “Dit zijn prima notities. Hiermee zul je vlot je examens kunnen voorbereiden. Als je zo verder doet en naar alle lessen gaat en dit soort notities neemt, dan zie ik het helemaal goedkomen.”
Joke bloost. Ze is blij dat hij zo tevreden is.
“Dit bevestigt wat ik al dacht: je kunt het best, het ontbreekt je gewoon aan de nodige discipline. Maar daar kan ik je bij helpen.” Matthias grijnst.
De sadist. Hij vindt het gewoon leuk om haar te slaan! Natuurlijk vindt hij dat leuk, schiet het door Joke heen, waarom zou hij het anders doen? Maar het werkt ook wel. Kijk maar naar deze notities. En ze is naar elke les geweest. Dat is haar vorig semester niet één keer gelukt. Ze glundert. Nu zal hij het te laat komen en die boete hopelijk door de vingers zien.
“Was je wel voor alle lessen op tijd?” vraagt Matthias dan. Hij kijkt haar aandachtig aan. Joke schuifelt met haar voeten. Wat is het toch met die blik? Als hij zo naar haar kijkt, wordt ze meteen klein. Dan kan ze ook niet liegen. Gelukkig is hij in een goed humeur door haar notities.
“Ik was één keertje vijf minuten te laat,” geeft ze toe. “Maar de les was nog niet begonnen, dus het gaf niet.”
“Hm,” is Matthias’ enige reactie.
Joke kijkt hem aan, maar moet na enkele seconden haar blik neerslaan.
“Dat te laat komen is toch een terugkerend probleem bij jou,” zegt Matthias dan, terwijl zij de nerven in het hout van het bureau bestudeert.
“De les was nog niet begonnen, zeg ik toch. Het gaf niet.”
“Daar heb je geluk mee gehad, maar dat wist je niet vooraf. Voor hetzelfde geld was de les wel al begonnen en was je echt te laat. Net zoals je vandaag te laat was.”
Joke kijkt op om te protesteren, maar slikt haar woorden in als ze zijn blik opvangt.
“Daar moeten we geloof ik maar even aan werken,” besluit Matthias.
Hij schuift een balpen en wat papier naar haar toe.
“Hoeveel was die boete ook alweer?” vraagt hij dan.
“150 euro,” antwoordt Joke met tegenzin, ook al vermoedt ze dat hij het heus nog wel wist.
“Juist. Dan mag jij 150 keer schrijven ‘Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen’.”
Joke staart hem aan. Strafregels? Echt?
“Moet ik het nog eens herhalen?” vraagt Matthias gespeeld onschuldig. Je kunt het beter opschrijven. En nummer elke regel.”
Verward richt Joke haar blik op het papier. ‘Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen’, schrijft ze. Opnieuw kijkt ze Matthias aan, maar die staart ondoorgrondelijk terug. Met een zucht zet ze de balpen terug op het papier. ‘Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen. Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen.’ Keer op keer schrijft ze de zin over. Ze kijkt op als ze Matthias een lade hoort opentrekken, maar zijn ogen dwingen de hare terug naar het papier. ‘Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen. Ik zal voortaan…’ Wat is Matthias intussen aan het doen? Zit hij naar haar te kijken? Nee, hij leest een boek. Ze kan niet zien welk: de omslag ligt op het bureau. Toch kan hij niet heel aandachtig aan het lezen zijn, want meteen als ze opkijkt, trekt hij een wenkbrauw op. Snel schrijft ze verder. ‘Ik zal op tijd komen om…’ Oei, wat doet ze nu? Ze doorkrast de zin en begint opnieuw. ‘Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen.’ Dat is beter. Zenuwachtig probeert ze vanuit haar ooghoeken Matthias’ reactie te peilen, maar zijn blik is nog even ondoorgrondelijk als daarnet.
Zin na zin schrijft ze verder. Af en toe stopt ze om haar hand even open en dicht te knijpen tegen de kramp. Matthias zit nog steeds te lezen of doet alsof. In elk geval geeft hij geen reactie meer. Nog voor ze aan zin 100 zit, is de kramp in haar hand permanent aanwezig, knijpen helpt niet meer. Nog iets meer dan 50 te gaan. ‘Ik zal voortaan…’ Wat is dit saai! Joke zucht theatraal. Moet dit echt? Even overweegt ze om de pen neer te gooien, maar ze besluit om dat toch maar niet te doen. Geen goed idee. ‘Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen. Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen.’ Haar handschrift wordt steeds slordiger en de woorden beginnen door elkaar te lopen in haar hoofd. ‘Ik zal voortaan op tijd komen door niet…’ Nee, dat klopt niet. Opnieuw schudt ze haar rechterhand even uit voor ze de zin doorstreept. 138. Nog 12 te gaan.
Even later legt ze de balpen opgelucht neer. Ze stopt haar rechterhand tussen haar benen in een poging de kramp tegen te gaan. Deze zin zal ze vannacht dromen, dat weet ze nu al.
“Klaar?” vraagt Matthias overbodig.
Ze knikt. Opnieuw die opgetrokken wenkbrauw en die blik die haar zo klein maakt.
“Ja, Matthias,” zegt ze kleintjes, terwijl ze naar het bureau kijkt.
“Laat eens zien.” Hij neemt het blad en laat er zijn ogen over glijden. “Hmm.”
Gespannen wacht Joke af of er nog een iets minder neutrale reactie komt. Dan staat hij plots recht. “Sta maar op.”
Zenuwachtig doet Joke wat haar gezegd wordt. Hoe moet ze zich een houding aanmeten? Wat moet ze met haar handen? Ze betrapt zichzelf erop dat ze aan haar vingers staat te wriemelen en houdt daar snel mee op.
“Buig je voorover en zet je handen op het bureau.” Matthias legt het blad met de door haar geschreven regels voor haar neus. Dan trekt hij met een snelle haal zijn riem uit zijn broek en legt die ernaast. Hij draagt een brede, zwarte, leren riem. Wat zou hij ermee willen? Gaat hij haar daarmee slaan? Met zijn riem? Jokes hart begint sneller te kloppen als ze de intussen bekende kriebel in haar onderbuik voelt. Zou het veel pijn doen? Daar gaat ze snel achter komen vreest ze.
Intussen is Matthias achter haar gaan staan en tilt hij haar rokje op – deze keer geen spijkerbroek, ze weet intussen wel beter. Hij legt het op haar rug en trekt daarna langzaam haar onderbroek naar beneden tot aan haar knieën. Nu heeft hij vol zicht op haar blote billen, en alles daartussen… Joke is blij dat ze hem niet hoeft aan te kijken. Het voelt onwennig om de lucht rechtstreeks op haar billen te voelen, zonder beschermend laagje stof.
“Twee doorgekraste zinnen,” zegt Matthias. Zonder verdere waarschuwing begint hij haar te slaan met zijn vlakke hand.
“Ow!” roept ze uit. Ze was zo gefocust op haar naakte billen dat ze dit helemaal niet had zien aankomen. Ze danst heen en weer, maar houdt haar handen wel op het bureau.
Even later stopt hij. “Hoeveel waren dat er?” vraagt hij.
Weet zij veel… “Ik weet het niet,” antwoordt ze.
Een harde klap op elke bil volgt.
“Auw, auw!”
“Wat had ik je vorige keer gezegd over met twee woorden spreken?”
“Ik weet het niet, Matthias!” roept ze uit. God, moet hij daar nu echt weer over beginnen? Ze voelt zich boos worden. En hoe moet zij weten hoeveel het er waren, hij had niet gezegd dat ze moest tellen!
“Dan proberen we nog eens.” Hij zegt het heel rustig. Meteen begint hij opnieuw te slaan. Deze keer telt Joke wel. Na twintig klappen houdt het op.
“Wel?” vraagt Matthias.
“Twintig,” zegt ze, na even diep adem te hebben gehaald.
Hij klakt even met zijn tong. “Twintig Matthias,” corrigeert ze snel.
Nu neemt hij de riem van het bureau en wijst met zijn andere hand naar het blad papier. “Om de boodschap nog wat meer te laten doordringen, ga ik je nu slaan met deze riem. Na elke slag zeg je het nummer en lees je de zin die je geschreven hebt.”
Dat zijn 150 klappen. Met de riem. Hopelijk is die niet zo erg als die paddle van vorige keer. Veel tijd om erover na te denken krijgt ze echter niet. De eerste slag landt op haar billen.
“Ow!” roept ze. Dat brandt!
Dan herinnert ze zich dat ze moet lezen. “Eén. Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen.”
Meteen landt de tweede slag. “Twee. Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen.”
De derde slag landt gemeen op de overgang tussen haar billen en bovenbenen. In een reflex doet ze haar handen naar achteren om zich te beschermen.
“Houd je handen op het bureau,” klinkt het achter haar. “Deze telt niet. Opnieuw.”
Met tegenzin plaatst Joke haar handen opnieuw op het bureau. De riem landt op dezelfde plaats als daarnet.
“Auwauwauw!” Haar voeten dansen in het rond, maar ze houdt met veel moeite haar handen op hun plaats. “Drie. Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen.” De pijn klinkt door in haar stem. Nu al.
“Vier. Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen.”
De vijfde slag landt opnieuw op de overgang tussen billen en bovenbenen en opnieuw laat ze het bureau los.
“Deze telt niet,” klinkt het onverstoorbaar achter haar.
Weer landt de riem op hetzelfde gevoelige plekje en weer schieten Jokes handen naar achteren.
“Zo werkt het niet,” moppert Matthias. Hij loopt naar de kast en opent een van de deuren. Joke ziet niet wat hij uithaalt, maar daar komt ze al snel achter: met snelle bewegingen bindt Matthias haar polsen aan elkaar. Het andere uiteinde van het touw haakt hij vast aan een lusje achter het bureau. Hij spant het touw strak aan, waardoor Jokes hele bovenlichaam op het bureau belandt. Nu kan ze haar handen niet meer beschermend voor haar billen houden. Veel andere bewegingen laat het touw trouwens ook niet toe. Ze kan nog een beetje met haar voeten dansen, maar niet veel. Geen enkele kans om de riem te ontwijken.
“Zes!” roept ze uit bij de volgende slag. “Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen.”
“Nee, niet zes,” zegt Matthias. “De vorige telden niet. We zitten nog maar aan vijf.”
Moedeloos laat Joke haar hoofd op haar armen zakken, om het bij de volgende slag met een ruk op te tillen.
“Zes!” roept ze weer. “Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen.”
Ze raakt in een patroon: de klap opvangen, tellen, de zin lezen, de klap opvangen, tellen, de zin lezen. Ze weet nauwelijks meer wat ze zegt en telt nog enkele keren verkeerd, waarna de klap opnieuw moet en ze weer even bij de les is. Matthias verdeelt de slagen over het hele oppervlak van haar billen en bovenbenen. Alles brandt.
Eindelijk zijn ze bij de laatste klap. “Honderdvijftig,” perst Joke eruit. “Ik zal voortaan op tijd vertrekken om niet te laat te komen.” Dan legt ze haar hoofd op haar armen en huilt ze voluit en met lange halen.
Na een tijdje dringt het tot haar door dat Matthias zijn hand op haar rug heeft gelegd en haar voorzichtig aait. Het kalmeert haar. Eindelijk wordt ze weer rustig.
“Stil maar, je hebt het goed gedaan.” Er klinkt warmte door in zijn stem.
“Is het voorbij?” vraagt ze, nog wat nasnikkend. Haar armen liggen nog steeds vastgebonden voor zich uitgestrekt.
“Bijna.”
Dat ene woordje brengt haar bijna tot wanhoop. “Maar de 150 zijn voorbij,” kreunt ze.
“Ja. Maar we moeten ook nog de achttien minuten afrekenen die je te laat was.”
Nog achttien slagen met de riem? Echt? Ze begint opnieuw te huilen.
“Je kunt het,” zegt Matthias. “Ik weet dat je het kunt. En ik weet ook dat je hierna niet snel nog eens te laat zult komen.”
Ondanks de pijn ontsnapt er een klein lachje aan Jokes keel. Nee, dat denkt ze ook niet.
De laatste achttien, een voor elke minuut die je te laat was voor onze afspraak, krijg je met de grote paddle.
De grote paddle? Was de vorige dan een kleine? Blijkbaar wel… De paddle die Matthias nu uit de kast haalt, kan in één keer het volledige oppervlak van haar beide billen beslaan. Achttien klappen…
“Ben je er klaar voor?” vraagt Matthias. Hij aait haar nog een keer over haar rug, dan verdwijnt zijn hand. Ze voelt het hout tegen haar billen leunen.
Joke knikt en zet zich schrap. De eerste klap duwt alle lucht uit haar longen. Ze houdt niets over om te schreeuwen. Dat komt pas enkele seconden later. Matthias geeft haar even de tijd om bij te komen, daarna volgt de tweede slag. Gelukkig moet ze niet tellen, want dat zou ze nu echt niet kunnen opbrengen. Ze kan niet meer denken. Haar hoofd is leeg. Enkel de pijn bestaat nog. Dat, en Matthias’ stem, die rustig de slagen telt. En het gewicht van zijn linkerhand, die hij na de derde klap op haar rug heeft gelegd. Deels om te zorgen dat ze stil blijft liggen, deels als steun. Ze is niet alleen. Hij is bij haar, hij sleept er haar doorheen.
… Zeventien, achttien.
Ze heeft niet meteen door dat het voorbij is. Alles is pijn. Ze huilt hardop en zonder schroom. Alle schaamte, alle barrières zijn weggevallen. Matthias blijft nog een tijdje staan, terwijl zijn hand opnieuw over haar rug aait. Als haar ademhaling weer rustiger en minder gierend wordt, trekt hij haar onderbroek voorzichtig op over haar gehavende billen en laat hij haar rokje terug naar beneden vallen. Dan loopt hij naar de andere kant van het bureau om haar armen los te maken. Nog wat nasnikkend komt ze overeind. Ze draait met haar schouders om de stijfheid eruit te krijgen. Met de rug van haar hand wrijft ze de tranen uit haar ogen. Om zich een houding te geven, zoekt ze naar een zakdoek in haar rugzak. Ze ontwijkt Matthias’ blik terwijl ze haar neus snuit.
“Ga zitten,” zegt hij.
“Moet dat?” antwoordt ze met een klein lachje, dat op een snik lijkt.
Matthias lacht nu ook.
“Daarom heb je zeker van die harde houten stoelen,” zegt Joke met een waterig glimlachje.
“Uiteraard!” Matthias grijnst.
Voorzichtig laat Joke zich op een stoel zakken.
“Ik ben trots op je,” zegt Matthias, terwijl hij een glaasje water voor haar uitschenkt. “Je hebt het heel goed gedaan.”
Joke bloost en kijkt naar het bureau, terwijl ze een paar slokjes neemt. Haar keel voelt inderdaad droog aan. De aders kloppen in haar pijnlijke billen, terwijl ze zo stil mogelijk blijft zitten.
“Ik wil nog even herhalen dat je notities echt heel goed waren. Doe zo verder. Ga naar elke les, wees op tijd. Die laatste instructie krijgt de nadruk. Joke knikt heftig. Ze komt nooit meer ergens te laat. Nooit meer. En ze gaat ook niet meer tegen de richting rijden, hoeveel haast ze ook heeft.
“Gaat het weer?” vraagt Matthias als ze haar glaasje water op heeft.
Joke knikt. En ze meent het ook. Ze voelt zich vreemd licht. Alsof ze alles aan kan. Behalve te lang zitten.
“Goed, dan zie ik je volgende week. Als er tussendoor wat is, dan heb je mijn nummer.”
Snel staat ze recht. Oef, dat is beter. Haar arme billen…
Matthias grijnst als hij haar gezicht ziet en zelf kan ze er ook wel een beetje om lachen. Volgende week krijgt hij geen reden om haar billen te bewerken, dat neemt ze zich heilig voor.

Slaagsleutels (3)

Ze is naar alle lessen geweest. Een keer was ze wel haar boeken vergeten (oeps) en een andere les was zo saai dat ze nauwelijks notities heeft genomen, omdat ze bijna in slaap viel. Dat ze de avond ervoor tot 2u was weggeweest, terwijl de les om 9u begon, zal daar wel niet bij geholpen hebben. Maar… Ze is naar alle lessen geweest. Matthias zal geen excuus hebben om haar opnieuw over zijn knie te leggen.
Ze wordt nog steeds rood als ze eraan terugdenkt. En straks staat ze opnieuw oog in oog met hem. Hoe moet ze zich gedragen? Welke houding moet ze zich aanmeten? Ze vindt het allemaal maar ongemakkelijk.
Vorige week, tijdens het etentje met Marie, had het zo natuurlijk geklonken. Maar nu weet ze het niet meer zo zeker. De waarheid is dat ze het nooit zeker heeft geweten. Ze zag gewoon geen andere uitweg dan die tweede afspraak maken. De zenuwen vreten zich een weg door haar buik terwijl het college compleet aan haar voorbij gaat. Ze heeft geen idee waar de professor het over heeft. Maakt niet uit, ze is aanwezig in de les. Meer had Matthias niet gevraagd. Dus hij zou niet moeilijk kunnen doen. Toch?

Iets na 17u staat ze weer in het deprimerende halletje. Ze is een beetje te laat omdat ze nog snel na de les terug naar haar kot is gegaan om een jeansbroek aan te trekken. Die heeft dikkere stof, waardoor ze minder zal voelen, en dan loopt ze ook niet het risico dat de aanzet tot haar billen te zien zal zijn, zoals vorige keer. Niet dat hij haar zal slaan, want ze is naar alle lessen geweest. Dus ze heeft geen straf verdiend.
Ze gaat de wachtkamer binnen en ploft neer op een stoel. Zenuwachtig bijt ze op haar nagels. Was het wel zo’n goed idee om terug te komen? Ze wil hier eigenlijk helemaal niet zijn. Wat als hij straks toch weer… Haar kaken zijn vast nu al vuurrood, dat ziet Matthias natuurlijk ook meteen. Ze kan zich nu al geen houding geven, wat wordt dat als ze straks oog in oog met hem staat?
Nee, nope, echt niet. Geen sprake van. Ze doet dit niet. Vastberaden neemt ze haar handtas, die ze op de stoel naast zich had gegooid, en staat ze recht. Vlak voor ze de klink van de deur wil vastnemen, vliegt deze echter open.
“Kom maar binnen,” begroet Matthias haar. Stik. Te laat. Hij kijkt haar even spottend aan, omdat ze zo vlak voor zijn neus staat en duidelijk terug op weg naar buiten was. Of verbeeldt ze zich dat nu maar?
Nu kan ze in elk geval niet meer zomaar weglopen. Gedwee volgt ze hem naar de andere kamer. Alles ziet er nog hetzelfde uit als vorige keer: hetzelfde imposante, ouderwetse bureau, dezelfde twee harde, houten stoelen, waar ze op plaatsneemt.
“Hoe is het gegaan?” steekt Matthias meteen van wal, nadat hij om het bureau heen is gaan lopen en is gaan zitten. Hij heeft zijn ellebogen op het bureau geplaatst, steunt met zijn kin op zijn handen en kijkt haar aandachtig aan.
“Ik ben naar alle lessen geweest,” antwoordt Joke snel.
“Heel goed!” Matthias kijkt haar glunderend aan. Dan verandert zijn blik. Die wordt… donkerder. “En was je daar wel telkens op tijd? Of kwam je net zoals hier te laat?”
“Ik was maar twee minuten te laat,” vaart Joke uit. “En toch moest ik nog in de wachtzaal wachten, dus wat maakt het uit?”
Ai… Dat had ze misschien beter niet gezegd. Nu wordt Matthias blik pas echt donker. Strak kijkt hij haar aan. Even doet ze een poging om terug te kijken, maar dan slaat ze toch haar ogen neer. “Het maakt uit, omdat het een vorm van respect is om op tijd te komen. Dat ik nog het dossier van de vorige persoon aan het wegstoppen was, doet er niets aan af dat jij hier op tijd had moeten zijn.”
“Het was toch maar twee minuten,” mompelt Joke tegen het donkerbruine hout van het bureau.
“Was je in de les ook telkens maar twee minuten te laat?” vraagt Matthias, met extra nadruk op het woord “maar”.
Nu zwijgt Joke.
“Kijk me eens aan.”
Ze richt haar blik op tot haar ogen de zijne ontmoeten. Wat heeft die man een enge blik. Nee, eng is niet helemaal het woord. Doorgrondend. Alsof hij zo door haar heen kijkt. En dat is eng. Maar er is ook iets anders. Het is niet alleen maar eng. Hij wil haar niet tot de grond brengen, haar vernederen om haar te vernederen. Hij wil tot haar doordringen om haar te helpen. Interesse, dat is het. Hij is oprecht geïnteresseerd in haar. Wil haar helpen om goede resultaten te bekomen. Ook als hij daarvoor even streng moet zijn. En streng is hij zeker.
Joke slikt. Hoorbaar.
“Ik was één keer een kwartier te laat,” zegt ze dan stil. “Maar ik ben naar alle lessen geweest! Daar ging het toch om, niet of ik op tijd zou zijn of niet,” windt ze zich op, terwijl ze hem nu recht aanstaart. Verdorie zeg, ze zou zich toch niet zomaar laten doen. Ze is geen klein kind!
“Jawel, daar gaat het wel om,” antwoordt Matthias rustig. “En dat weet je best. Daar gewoon aanwezig zijn en zitten te slapen, of de helft van de les missen omdat je te laat komt, daar heb je niets aan. Je moet naar je lessen gaan om er wat van op te steken. Anders kun je evengoed je boeken thuislaten en daar wat op je telefoon door Facebook gaan zitten scrollen.”
Wist hij het? Verwonderd kijkt Joke hem aan. Nee, dat kan niet, dat kan hij niet weten. Hij zegt maar wat.
Maar Matthias heeft haar verwarring al gezien.
“Wat?” vraagt hij. “Vertel me niet dat dat exact is wat je gedaan hebt…” Zijn stem klinkt dreigend.
“Eh…” Paniek. Wat moet ze zeggen? Dit gesprek gaat helemaal de verkeerde kant op.
“Joke… Kijk me aan.”
Ze doet een poging om haar blik op te richten, maar meteen als ze de strenge blik op zijn gezicht ziet, laat ze haar blik terugzakken naar het bureau.
Matthias staat op en loopt naar de andere kant van het bureau. Hij torent boven haar uit, terwijl zij kleintjes op haar stoel zit. Met zijn rechterhand neemt hij haar kin vast en tilt hij haar hoofd op, zodat ze niet anders meer kan dan hem aankijken. Dat, of haar ogen sluiten.
“Wil je me iets vertellen?” vraagt hij. Zijn stem klinkt gevaarlijk kalm.
“Eh… Ik, ehm… Ik ben één keer mijn boeken vergeten naar de les,” zegt ze. Ze zou overal willen zijn, behalve hier. Overal willen kijken, behalve naar Matthias, die er schijnbaar heel rustig onder blijft. Ze voelt de bui al hangen.
“Dat kan toch niet,” dondert hij dan. Hij laat haar kin los en neemt haar in plaats daarvan bij de arm. Joke zet zich schrap, ze denkt dat ze wel weet wat er nu gaat komen. Maar ze is verkeerd: Matthias gaat niet zitten en hij trekt haar ook niet over zijn knie. In plaats daarvan marcheert hij haar naar de hoek van de kamer tegenover het grote bureau.
“Ga hier maar even in de hoek staan,” zegt hij. “En denk maar even na over waarom je daar staat. Waarom in de les aanwezig zijn, niet genoeg is. En waarom je dat zelf had moeten weten, aangezien je toch oud genoeg bent om zover na te denken. Je studeert rechten aan de universiteit, je hoort in elk geval zover te kunnen nadenken.”
Hij duwt haar richting de muur. Joke durft niet protesteren. Met haar gezicht naar de muur gericht, blijft ze in de hoek staan. Ze hoort hoe Matthias terug achter zijn bureau gaat zitten. Daar heeft hij vast goed zicht op haar.
“Leg je handen maar op je hoofd,” hoort ze hem zeggen.
Nee… Hoeveel vernederender kan dit nog worden? Even aarzelt ze, maar de spanning in de kamer is om te snijden. Ze durft zich niet te verzetten. Dus brengt ze langzaam haar armen omhoog en legt ze haar handen op haar hoofd, dat ze naar beneden laat zakken tot ze de vloer kan zien.
In de hoek gezet als een klein kind, met haar handen op haar hoofd… Ze is verbijsterd. En ze voelt zich heel, heel, heel klein. Want Matthias heeft gelijk, ze wist best dat gewoon in de les aanwezig zijn niet was wat hij bedoelde. Ze moet opletten en notities nemen.
Na een paar minuten zegt Matthias dat ze zich om mag draaien en naar hem mag komen. Opgelucht haalt ze haar handen van haar hoofd. Ze ontwijkt zijn blik. Ze kan hem nu echt niet aankijken. Met gebogen hoofd staat ze voor het bureau.
“Waarom doe je dit, meisje?” vraagt Matthias zacht. “Waarom saboteer je jezelf zo? Je zit al in de les, dan is het een kleine moeite om ook echt op te letten. Voor mij hoef je niet naar de lessen te gaan. Je moet het voor jezelf doen. Omdat JIJ wil slagen. Niet omdat ik wil dat jij slaagt. Natuurlijk wil ik dat en ik zal er alles aan doen om je te helpen, maar je moet het vooral zelf doen. Ik kan je enkel een duwtje in de juiste richting geven.”
Een traan loopt over Jokes wang. Ze veegt hem weg met de rug van haar hand.
“Ik geloof dat de boodschap begint aan te komen,” merkt Matthias op, terwijl hij recht staat. Hij neemt plaats op de stoel naast Joke. “Volgens mij weet je wel wat er nu gaat gebeuren. Je hebt straf verdiend. Vind je ook niet?” Joke knikt. Ze is bang. Bang voor de pijn, voor de vernedering. Bang om opnieuw over zijn knie te moeten. Maar Matthias heeft wel gelijk. ZIJ heeft de kantjes ervan af gelopen. ZIJ heeft zich niet genoeg ingezet.
“Doe die broek maar uit,” hoort ze Matthias zeggen.
He, wat?! Gealarmeerd kijkt ze op. “Uit,” zegt hij ongeduldig. “Met die dikke stof ertussen voel je er toch niets van. En een echt pak slaag wordt op de blote billen gegeven.”
“Maar…”
Matthias trekt een wenkbrauw op. God, wat kijkt hij streng. “Laat het me niet nog eens zeggen.”
Ze durft niet verder protesteren. Na wat onhandig gefriemel aan de rits trekt ze haar broek naar beneden en stapt ze eruit. Ze legt hem over de leuning van de andere stoel, die waar Matthias niet op zit. Nu staat ze in haar onderbroek voor hem. Nu zou hij zeker het grootste deel van haar billen zien!
“Kom maar over mijn knie liggen,” gebiedt Matthias haar.
Moet ze… zelf? Ze had gedacht dat er niets ergers was dan over de knie getrokken worden, maar zelf moeten gaan liggen. Ze voelt zich diep vernederd. Onhandig plooit ze zich over zijn benen. Matthias wacht even tot ze goed ligt en legt dan zijn rechterhand op haar rechterbil. Ze voelt de warmte van zijn hand door de dunne stof van haar onderbroek heen. Onwillekeurig knijpt ze haar billen samen.
“Dit is straf,” spreekt Matthias haar toe. “Straf omdat je de kantjes ervan af hebt gelopen. Als je naar de lessen gaat, dan moet je opletten, notities nemen. NIET te laat komen, NIET je boeken vergeten zijn, NIET op je telefoon zitten spelen. Is dat goed begrepen?”
Joke knikt. Een harde klap landt op haar rechterbil.
“Ik vroeg: is dat goed begrepen?”
“Auw! Ja!” roept ze.
Een even harde klap landt op haar linkerbil.
“Met twee woorden spreken,” zegt Matthias onverstoord.
Joke is in de war. Twee woorden? Ze snapt het niet.
“Ja ja?” antwoordt ze vragend.
Een salvo aan klappen landt op haar billen.
“Auw auw auw auw auw!” Ze spartelt, maar Matthias heeft haar stevig vast. Ze kan niet weg.
“Dat is dus ‘Ja Matthias’,” zegt hij haar voor. “Laten we dat nog een keer proberen: is dat goed begrepen?”
“Ja Matthias,” antwoordt Joke kleintjes. Ze had kunnen weten dat hij dat bedoelde, maar ze kan niet nadenken in deze positie.
“Goed zo. Ik zal ervoor zorgen dat je dit niet meer vergeet.”
Dan voelt Joke hoe zijn twee handen de rand van haar onderbroek beetnemen en langzaam over haar billen schuiven.
“Nee…” zegt ze, terwijl ze haar handen naar achteren zwaait om haar tegen te houden.
“O jawel, een pak slaag wordt op de blote billen gegeven, dat zei ik net al.”
“Nee,” smeekt Joke weer. Maar haar onderbroek is al tot aan haar knieën afgezakt en Matthias is opnieuw begonnen met slaan. Zijn hand bewerkt elk plekje van haar billen en ook de overgang tussen haar billen en benen.
Het doet pijn. Echt pijn. Veel meer dan vorige keer. Dat was niets geweest, beseft ze nu. Slechts een voorproefje om zijn … methoden duidelijk te maken. Als het niet zoveel pijn deed, had ze gegrinnikt omwille van de pauze voor methoden, maar de situatie is daar nu echt niet naar en het doet veel te veel pijn.
Plots stopt het. Even blijft Joke liggen, daarna probeert ze recht te krabbelen. Oef, het is voorbij. Haar billen zijn vast vuurrood. Maar Matthias houdt haar tegen.
“We zijn nog niet klaar,” zegt hij rustig.
Niet? Maar… Het doet al zoveel pijn! Plots verschijnt er iets in haar blikveld. Het is een soort houten plankje waar enkele gaten in geboord zijn.
“Weet je wat dit is?” vraagt Matthias haar.
Joke schudt haar hoofd. Een harde klap landt op de overgang tussen haar rechterbil en -bovenbeen.
“Auw! Nee Matthias,” corrigeert ze zichzelf.
“Dat is beter,” klinkt het tevreden. “Dit is een paddle. Daar ga ik je nu nog twintig klappen mee geven, tien op elke bil, zodat de boodschap echt goed doordringt, zeg maar.”
Wat? Wil hij haar slaan met dat ding? Ze krijgt echter niet veel tijd om erover na te denken. Even aait het hout over haar beide billen, dan landt de eerste klap op haar linkerbil.
“AAAAUUUWWWW.” Ze schreeuwt het uit. Dit is heel wat erger dan de hand. Ze had gedacht dat het daarnet al pijn deed, maar dit is nog tien keer erger. Wat zegt ze, honderd keer erger. Twintig klappen… Dat overleeft ze nooit!
De ene na de andere harde klap met de paddle landt op haar billen. Joke gilt en kronkelt om onder de slagen uit te komen, maar Matthias houdt haar stevig vast. Ze kan geen kant op.
Eindelijk valt de laatste klap. Snikkend blijft Joke liggen. Haar weerstand is gebroken. Matthias geeft haar even de tijd.
“Sta maar op,” zegt hij dan. “Je mag je broek weer aantrekken.” Zelf loopt hij terug naar de andere kant van het bureau. Nasnikkend wurmt Joke zich in de broekspijpen. Ze grimast even als ze de broek over haar billen trekt. Nu was een rokje stukken comfortabeler geweest. Het voelt alsof haar billen behoorlijk gezwollen zijn. Ze is vast bont en blauw.
“Ga nog even zitten,” wijst Matthias naar de stoel als ze klaar is.
Heel voorzichtig laat ze zich op de harde, houten stoel zakken. Een fonkeling in Matthias ogen wijst erop dat hij een grijns onderdrukt.
“Goed, dan maken we nog een paar afspraken voor komende week,” zegt hij. “Jij gaat naar alle lessen. Je komt op tijd voor alle lessen. Je let op in de les en je neemt notities. Volgende week kom je terug en je neemt je notities mee. Dan kunnen we die samen bekijken om te zien of daar iets aan bijgeschaafd moet worden.”
Joke knikt. Ze neemt zich vast voor om het deze week goed te doen. Helemaal goed te doen. Niet meer de kantjes ervan af te lopen.
Even later staat ze buiten in de zon. Mensen lopen af en aan, komen uit winkels, gaan andere winkels binnen. Gek, hoe de wereld gewoon door is gegaan, terwijl zij daarbinnen was. Terwijl zij in de hoek stond en een pak slaag kreeg. Een blos stijgt opnieuw naar haar wangen. Haar billen gloeien en branden in haar broek. Ze kan niet wachten tot ze op haar kot is en die broek uit kan doen om de schade te inspecteren in de spiegel. Dan krijgt ze haar fiets in het oog en ze kreunt. Ze wil nu echt niet op dat zadel gaan zitten… Dan gaat ze maar te voet. Met haar fiets aan de hand neemt ze zich opnieuw voor om het de komende week echt goed te doen. Dat ze de komende dagen vast pijnlijk zal zitten, zal daar wellicht wel bij helpen om haar eraan te herinneren.

Slaagsleutels (2)

Ze gaat niet terug. Ze maakt geen tweede afspraak. Absoluut niet. Wat denkt die man wel? Haar over de knie leggen?! Dat gaat toch zomaar niet! Neenee, ze gaat echt niet terug. Ze ijsbeert heen en weer op haar kot. Is dit serieus echt gebeurd?
Plots staat ze stil. Vanavond zal haar moeder bellen om te vragen hoe het gegaan is. Wat moet ze haar vertellen? Ze kan toch moeilijk gaan zeggen dat ze als een klein kind over de knie werd gelegd. Dat gelooft ze nooit. Of erger: ze zou misschien vinden dat Matthias er goed aan gedaan had. Nee… Dat niet. Maar ze kan dit echt niet gaan vertellen. Niemand mag dit ooit te weten komen. Maar hoe legt ze dan aan haar moeder uit dat ze geen tweede afspraak wil maken? Dat kan ook niet. Ze zit vast. Geen uitweg mogelijk. En niemand die ze in vertrouwen kan nemen. Want niemand mag dit ooit te weten komen! Ze gaat door de grond als ze er alleen nog maar aan denkt. Zij, Joke, een negentienjarige vrouw, over de knie gelegd door een man die ze nog maar net ontmoet had. Omdat ze niet naar al haar lessen was geweest. Als straf. Het schaamrood stijgt haar opnieuw naar de wangen. Plots kan ze wel inzien hoe dit soort studiebegeleiding werkt. Niemand wil dit een tweede keer meemaken, dus doet iedereen netjes wat er gevraagd wordt. Zoals Marie: die is echt in elke les aanwezig, doet alle opdrachten en ze had heel goede punten bij de examens. Marie! Waarom heeft ze daar niet eerder aan gedacht? Marie weet vast hoe Matthias te werk gaat. Marie is degene die haar naar hem gestuurd heeft, nota bene! Ze moet met haar praten. Misschien kan zij haar helpen om een uitweg te vinden. Of kunnen ze elkaar helpen. Niemand gaat toch vrijwillig terug naar die schoft om een pak slaag in ontvangst te gaan nemen.
Jokes verontwaardiging groeit met elke seconde die ze er meer over nadenkt. Uiteindelijk heeft ze zichzelf zo opgewerkt dat de vier muren van haar kot op haar afkomen. Ze moet hier weg. Ze pakt haar telefoon en haar sleutels en loopt naar buiten.

Marie kijkt niet verbaasd als ze Joke voor de deur ziet staan. “Kom binnen,” zegt ze. “Ik ging eigenlijk net beginnen koken, eet je mee?”
“Eh, wat? Ja, ik… Ja, is goed.” Joke voelt zich nogal overdonderd. Ze was in een opwelling naar Maries kot gegaan en had bij haar aangebeld. Nog geen halve seconde later had ze daar spijt van gekregen, maar voor ze zich kon omdraaien en weglopen, had Marie de deur al opengedaan. Bijna alsof ze haar verwacht had, maar dat kon toch niet? Had Joke haar verteld dat ze vandaag een afspraak had bij Slaagsleutels? Ze zoekt haar geheugen af. Misschien had ze het laten vallen in de les vanochtend, ze weet het niet meer.
Joke legt haar sleutels en telefoon op tafel en laat zich op een stoel neerploffen. Ze grimast. Haar billen zijn nog wat gevoelig door de brute behandeling die ze eerder hebben moeten ondergaan.
Intussen zet Marie een pot water op het vuur en begint ze worteltjes te snijden. Ze schuift Joke een snijplank, mesje en een bundel selder toe. “Snij jij de selder? Ik maak spaghetti. Hopelijk vind je dat lekker.” Joke knikt en gaat aan het werk. Even blijft het stil, op het gehak van de messen op de houten planken na.
“Ben je al bij Slaagsleutels geweest?” vraagt Marie dan.
“Daar kwam ik eigenlijk voor,” zegt Joke. “Wist jij van zijn… “methoden”?” Ze maakt met haar vingers twee aanhalingstekens in de lucht en houdt een pauze voor het woord, net zoals Matthias had gedaan.
Marie schiet in de lach. “O wauw, dat is zo’n goede imitatie,” grinnikt ze.
Joke kan niet anders dan meelachen. Eigenlijk is het ook best grappig, zoals hij dat zegt.
“Maar dat wist je dus?” vraagt ze.
“Ja,” antwoordt Marie.
“Waarom doe je dat? Waarom blijf je daarheen gaan?”
“Omdat het werkt,” antwoordt ze eenvoudig.
Als ze Jokes blik vol onbegrip opvangt, gaat ze verder: “Kijk, jij voelt je rot over je resultaten van vorig semester, toch? En je weet zelf ook wel dat je meer had kunnen doen. Maar dat heb je niet gedaan. En je weet ook dat de kans klein is dat je dat dit semester wel zult doen.”
Joke opent haar mond om te protesteren, maar sluit die daarna weer. Marie heeft gelijk: het semester is nog geen twee weken ver en ze heeft al een les gemist en nog geen enkele opdracht gemaakt. Ze is wel al elke avond uit geweest. Het is nog maar het begin van het semester, dat haal ik nog wel in, denkt ze, maar al terwijl ze het denkt, weet ze dat ze zichzelf wat zit wijs te maken.
“En na zo’n pak slaag, dan voel je je beter. Dan hoef je je niet meer schuldig te voelen of voor de kop te slaan. Dan is het je vergeven en kun je met een schone lei opnieuw beginnen, opnieuw proberen. Al doet het natuurlijk wel verdomd zeer.” Marie trekt een lelijk gezicht.
Joke weet niet goed wat zeggen. Ze snapt wel ergens wat Marie bedoelt. Beschouw dit maar als straf omdat je er vorig semester zo’n potje van gemaakt hebt, had Matthias gezegd. En het had zeker als straf aangevoeld: de vernedering, de pijn,… Maar er was nog iets geweest. Iets wat ze op het moment zelf niet had kunnen benoemen, maar wat door Maries woorden kwam bovendrijven. Zorgzaamheid. Matthias was streng geweest. Ze rilt nog als ze terugdenkt aan zijn doordringende blik, maar hij had haar ook het gevoel gegeven dat hij er voor haar wilde zijn. Dat hij wilde dat ze zou slagen. Dat hij alles zou doen om haar daarbij te helpen en te ondersteunen. Inclusief haar straffen als ze mislukte, om haar te motiveren.
“Maar…” sputtert Joke. “Hij kan dat toch niet zomaar doen?”
Marie haalt haar schouders op. “Blijkbaar wel. Zolang er mensen zijn die naar hem toe gaan… Voor mij werkt het in elk geval. Ook al zie ik vreselijk tegen elke afspraak op,” geeft ze toe. “Het doet ook zo verdomd zeer.”
“En hij kijkt zo streng,” rilt Joke. “Net alsof hij dwars door me heen keek. Ik kon wel door de grond zakken.”
“Zie je wel, je bent er ook bevattelijk voor,” knikt Marie.
Joke wordt rood. Wil ze daar wel bevattelijk voor zijn? Dit gesprek met Marie loopt helemaal anders dan ze verwacht had.
Intussen is de spaghetti klaar. Marie schept twee borden uit.
“Heb je de prof van verbintenissenrecht nu al gemaild?” vraagt ze, het onderwerp veranderend.
“Nog niet,” Joke schudt haar hoofd. “Misschien kan ik hem volgende les gewoon aanspreken?”
“Dan moet je wel gaan,” grijnst Marie.
“Jaja, ik ben niet van plan om vlug nog een les over te slaan.”

Als Joke een uurtje later terug naar haar eigen kot wandelt, weet ze niet meer goed wat te denken. Dit was ook de eerste keer dat ze echt tijd doorbracht met Marie, buiten de lessen dan, en ze vond haar sympathieker dan ze had gedacht. Tijdens het eten hadden ze over koetjes en kalfjes gebabbeld en alle proffen even overlopen. Elk om beurt hadden ze een imitatie ten beste gegeven tot ze allebei niet meer bijkwamen van het lachen. Ja, het was geheel onverwacht een gezellige avond geworden.
Ze is net bezig haar schoenen uit te trekken als haar telefoon gaat. Haar moeder. Om te vragen hoe de studiebegeleiding gegaan was.
“Wel ok, neem ik aan,” antwoordde Joke.
“Hebben jullie ook afspraken gemaakt? Gaat hij je concreet begeleiden? Wanneer ga je terug?” Een spervuur van vragen wordt op haar afgevuurd.
“Hij wil dat ik eerst en vooral naar alle lessen ga. Als ik dan vragen heb, dan kunnen we die samen bekijken.”
“Mooi zo. Houd je er maar aan!” Even klinkt de stem van haar moeder net zo dreigend als die van Matthias. “Wanneer is je volgende afspraak?”
“Daar moest ik morgen voor bellen. Hij had zijn agenda niet bij,” verzint ze snel.
“Hmm…” Hierdoor daalt hij in de achting van haar moeder, weet Joke. Dat kan nooit kwaad… Als ze er dan toch mee wil ophouden, dan is de deur op een kier gezet. Want zonet heeft ze haar eigen lot bezegeld: morgen moet ze bellen om een tweede afspraak te maken. Daar komt ze niet meer onderuit. Ze krijgt er kriebels van in haar buik. Zenuwen. Ze kan maar beter zorgen dat ze écht naar alle lessen gaat deze week…

Slaagsleutels (1)

O-o… Joke staart naar het scherm. Al haar vakken staan opgelijst, met ernaast het behaalde cijfer. En het is niet goed. Helemaal niet goed. In paniek klikt ze de pagina dicht. Ok, dit is niet gebeurd. Ze sluit haar ogen. Dan opent ze haar webbrowser opnieuw en gaat ze naar het studentenportaal. Ze geeft haar studentennummer en wachtwoord in en klikt op “examenresultaten”. Dezelfde lijst verschijnt. De cijfers zijn niet veranderd. Natuurlijk niet. Ze had ook wel aangevoeld dat het niet zo goed was gegaan. Het was haar eerste semester aan de universiteit geweest en ze had geen idee gehad wat te verwachten. Bovendien, aan de universiteit studeren, dat was toch uitgaan, drinken en daarna lang uitslapen? Naar de lessen gaan en uren boven je boeken hangen, nah. Ze had wel een poging gedaan hoor, maar het lukte haar gewoon niet zich te concentreren. De stof was ook zo droog. Daarom heette het waarschijnlijk les-”stof”.
Het volgende semester zou ze het beter moeten doen. Veel beter. Anders zouden haar ouders de geldkraan dichtdraaien en mocht ze gaan werken. “Mocht”, alsof het een voorrecht was. Zonder diploma zou het moeilijk worden om iets te vinden. Iets wat ze wilde doen dan. Ze zou vast wel een baantje aan de kassa bij de supermarkt of als poetsvrouw kunnen vinden, maar daar haalt ze haar neus voor op. Goed dan, volgend semester beter.
“Nu weet ik waar me aan te verwachten,” zei ze tegen haar ouders. “De eerste keer als je examen aflegt aan de unief, heb je helemaal geen idee wat voor vragen er gesteld gaan worden. Veel mensen maken die fout. Maar nu weet ik het wel en zal het beter gaan.”
Haar vader had ongelovig gekeken, maar haar moeder had geknikt. Goed dan. Volgend semester beter, anders ga je volgend jaar gaan werken.
Met een steen in haar maag vertrekt ze op zondagavond opnieuw naar Leuven. Ze is niet de enige met teleurstellende resultaten, leert ze van studiegenoten die eveneens de trein nemen. Geen ramp, vinden de meesten. Dat was te verwachten. Volgende keer beter.
“Ga je straks mee nog wat drinken?” vraagt Stephanie.
“Ik weet niet,” antwoordt Joke. “Morgen heb ik om 9u al college.
“We gaan toch niet lang. En iedereen gaat! Kom gewoon mee!”
“Goed dan.” Stephanie heeft gelijk. Het semester is nog niet eens begonnen, ze kan best wat gaan drinken. Ja, ze moet betere resultaten halen, maar uitgaan is ook deel van het studentenleven.

De volgende ochtend wordt ze om 8u55 wakker. Ze heeft barstende hoofdpijn. En ze heeft al haar kleren nog aan. Blijkbaar heeft ze zonder zich uit te kleden op haar bed laten vallen. Dat bespaart haar in elk geval de tijd die ze normaal nodig heeft om zich om te kleden. Onder dreunend protest van haar hoofd, haast ze zich naar buiten. Ze neemt haar fiets uit het rek en twijfelt even, maar aangezien er geen politie-agent te zien is en ze zo al te laat is, besluit ze om toch maar tegen de richting te fietsen. Dat stomme eenrichtingsverkeer ook. Om 9u07 stormt ze de collegezaal binnen en neemt ze achterin plaats. De prof kijkt even verstoord op, maar reageert niet.

Marie zit enkele stoelen verderop en zwaait even naar haar. Zwakjes zwaait Joke terug. Auw, wat doet haar hoofd pijn. Te veel gedronken natuurlijk. Ze had niet moeten meegaan met Stephanie. Maar het klonk zo verleidelijk. En het was ook erg gezellig.
Veel kreeg ze niet mee van wat de professor vertelde. Gelukkig was het nog maar het eerste college met veel algemene informatie. Niets al te belangrijks dus.
Na de les komt Marie haar tegemoet. “Hoe gaat het?” vraagt ze.
“Koppijn,” antwoordt Stephanie nors.
Marie grijnst even.
“Ik had niet willen komen, maar mijn ouders waren woedend over mijn slechte resultaten. Ik moet het dit semester echt beter doen. Heb ik wat belangrijks gemist tijdens de eerste minuten, voor ik er was?”
Marie schudt haar hoofd. “Nee, hij heeft zichzelf gewoon even voorgesteld. Je weet wel, de gebruikelijke blabla.”
Joke knikt. Oef, dat is al iets. De eerste les heeft ze toch al niets gemist. Goed begonnen,…
“Hoe doe jij dat toch?” kreunt Joke. “Je gaat naar alle lessen, haalt goede resultaten,… Waarom kan ik dat niet? Ik had me vorig semester zo voorgenomen om het goed te doen, maar toch heb ik veel te veel lessen gemist en te weinig tijd aan mijn bureau doorgebracht. Waar haal jij de discipline vandaan?”
Marie kijkt haar even nadenkend aan. Discipline… Het codewoord.
“Tja,” zegt ze. “Mijn studiebegeleider helpt me daar wel bij.”
“Heb jij een studiebegeleider?” Joke kijkt haar verwonderd aan.
“Hij motiveert me om naar de lessen te gaan en om het werk te doen,” legt Marie uit.
“En helpt dat dan?”
“Ja hoor. Het is echt begeleiding op maat. Wacht, ik geloof dat ik zijn kaartje heb zitten.”
Ze rommelt even in haar tas. Een heleboel papiertjes dwarrelen naar de grond.
“Ach, hier heb ik het.” Ze steekt Joke het kaartje toe. “Houd het maar, ik heb het niet meer nodig. Zijn nummer staat intussen in mijn telefoon en het adres ken ik ook al.”
SLAAGSLEUTELS, leest Joke.
“Bedankt,” zegt ze, terwijl ze het kaartje in haar broekzak steekt. “Ik zal er eens over nadenken.”
“Doe dat. Nu moet ik wel naar mijn volgende les, anders kom ik al meteen in het begin van het semester in de problemen.” Met een knipoog verdwijnt Marie naar haar fiets. Joke kijkt haar even na en gaat dan op zoek naar haar eigen fiets. Misschien is die studiebegeleiding nog niet zo’n slecht idee.

De eerste week gaat redelijk goed. Enkel het college op vrijdagochtend haalt ze niet, ook al start het pas om 11u. De eerste donderdagavond van het semester betekent feest en ook Joke kon de verleiding niet weerstaan. Pas na de middag kwam ze uit haar bed gerold. Ach, wel, geen ramp.
De les van 11u is de enige van de dag, dus besluit ze vast te pakken en de trein te nemen. Op het station komt ze opnieuw Marie tegen, die dezelfde trein wil nemen.
“He, ik zag je niet vanochtend bij verbintenissenrecht,” merkt ze op.
“Klopt, ik heb me overslapen. Heb ik iets belangrijks gemist?”
“Ja, nogal. Hij heeft een hele uitleg gegeven over hoe het examen werkt. Bovendien moet iedereen een presentatie houden. We hebben allemaal onze naam op een lijst moeten zetten, zodat hij de onderwerpen kon verdelen.”
“Shit,” kreunt Joke. “Hopelijk wordt die lijst volgende week nog aangevuld.”
“Misschien,” zegt Marie, maar ze kijkt weifelend.
Verdorie, al meteen in de eerste week heeft ze haar slaagkansen voor een vak aanzienlijk kunnen doen slinken. Hopelijk kan ze het nog rechtzetten door een mailtje te sturen naar de prof. Ze kan zeggen dat ze ziek was. Niet helemaal onwaar, aangezien ze ‘s nachts een paar keer heeft overgegeven, ook al kwam het dan door de drank en niet door een virus…

“Hoe was je eerste week?” vraagt haar moeder als ze thuis komt.
“Best goed hoor,” antwoordt Joke.
“Ben je wel naar al je lessen geweest?”
Joke rolt met haar ogen. Het ondervragen begint al.
“Ja-ha. Enkel die van vanochtend niet, ik voelde me echt niet goed.”
Haar moeder kijkt sceptisch. “Te veel gedronken gisterenavond zeker? Dat begint al goed!”
“Hé zeg, heb eens een beetje vertrouwen in me.” Joke zet een beledigd gezicht op.
“Vertrouwen moet je verdienen. Je resultaat vorig semester was beneden alle peil. Dus zolang jij niet toont dat het je menens is, heb ik geen vertrouwen.”
“Wel, ik ga studiebegeleiding volgen.” Meteen nadat ze het eruit gefloept heeft, heeft Joke er al spijt van.
Haar moeder daarentegen kijkt op. Ze lijkt blij verrast. “Kijk, dat bedoel ik,” roept ze uit. “Eindelijk toon je initiatief! Wat een goed idee! Wij zullen het betalen. Maar dan moet je me beloven dat je naar elke sessie gaat.” Plots klinkt haar stem weer streng. “Eén gemiste afspraak en je kunt gaan werken. Zullen we het zo afspreken?”
“Wat? Maar…” sputtert Joke tegen.
“Neenee, geen gemaar. Jij gaat studiebegeleiding volgen. Een schitterend idee! Maak maandag maar meteen een afspraak.” En ze loopt de kamer uit. Joke blijft achter, zichzelf vervloekend om haar loslippigheid. Ze was helemaal niet van plan geweest om naar die studiebegeleiding te gaan. Dat had ze niet nodig, ze kon het best zelf. Ze wilde alleen dat haar moeder haar met rust liet. En nu hing ze eraan vast. Ze zuchtte heel diep.

Maandagavond wil ze net haar jas nemen om de deur uit te gaan, nog even wat gaan drinken met Stephanie, als haar telefoon overgaat.
“Hallo?” antwoordt ze.
“Heb je al een afspraak gemaakt met die studiebegeleider?” Haar moeder valt meteen met de deur in huis.
“Ook hallo,” antwoordt Joke. “En nee, ik heb geen tijd gehad, ik had de hele dag college.” Dat is waar, maar ze had over de middag best even kunnen bellen. Maar toen had ze er geen zin in gehad. Dat zou ze vast nooit hebben.
“Morgen wil ik dat je belt, hoor. Je mag dit niet uitstellen. Morgenavond bel ik je opnieuw en dan kun je maar beter een afspraak gemaakt hebben!”
De telefoon gaat uit. Joke moppert in zichzelf. “Ik zal een afspraak maken, voor over vijf jaar!” Maar ze weet ook dat ze daar nooit mee wegkomt. Als ze niet elke avond een telefoontje wil, dan kan ze maar beter morgen even bellen. De telefoon niet opnemen is geen optie, ze ziet haar moeder er best voor aan om de trip naar Leuven te maken om te controleren of alles wel goed gaat.
Met een binnenmondse vloek trekt ze de deur achter zich dicht. Ze kan wel een biertje gebruiken nu.

“Met slaagsleutels.” De stem is van een man en klinkt warm en vriendelijk.
“Eh goeiedag, met Joke,” stamelt ze. “Ik hoor dat u studiebegeleiding doet en eh ik zou graag een afspraak maken.”
“Dat kan zeker. Even kijken. Ik heb straks nog een gaatje zie ik. Past 17u voor jou?”
“Eh,” aarzelt ze. Vandaag al? Dat is snel. Ze had gedacht minstens twee weken uitstel te krijgen, maar dat zal nu dus niet lukken.
“Ja, goed dan,” geeft ze toe.
“Dan zie ik je straks,” zegt de man. “Zorg dat je op tijd bent!” Plots heeft zijn stem een strenge bijklank.
“Goed,” stamelt ze, maar de man heeft al neergelegd.
Wil ze dit echt gaan doen? Eigenlijk niet, maar ze heeft geen keuze. Haar moeder heeft het duidelijk genoeg gemaakt: geen studiebegeleiding, geen geld meer. En zonder geld kan ze niet verder studeren. Dus ze zal wel moeten.

Om 16u56 staat ze voor de deur. “SLAAGSLEUTELS” staat er in het groot boven. Ze doet haar fiets op slot en belt aan. Uit pure baldadigheid had ze overwogen om vijf minuten te laat te komen, maar ze besloot het toch maar niet te doen, om geen slechte eerste indruk te maken.
De deur zwaait automatisch open. Ze stapt naar binnen in de donkere gang. Een zwak peertje straalt zijn gele licht op de blauwgeschilderde muren. Wat een lelijke kleur. Er zijn drie deuren, twee ervan met een bordje: “wc” en “wachtkamer”. De derde deur heeft geen bordje. Het is net alsof je bij de dokter komt, denkt Joke. Ze legt haar hand op de klink van de wachtkamer en duwt die naar beneden. Het is eigenlijk meer een hok dan een wachtkamer. Er staan slechts vier stoelen en daarmee is de ruimte dan ook helemaal gevuld. In het midden staat nog een klein tafeltje met boeken en folders. Geen tijdschriften of strips, maar informerend materiaal. Saai.
De deur valt vanzelf weer dicht als Joke naar binnenloopt en gaat zitten. Blijkbaar is het niet de bedoeling dat ze kan zien wie er voor haar een afspraak had als die persoon naar buiten komt.
Ze zit echter nog maar net als de deur alweer openzwaait. Een man van eind de twintig met kort, zwart haar staat voor haar. Hij draagt een donkere spijkerbroek met een lichtblauw hemd erboven. De hand die hij naar haar uitsteekt, ziet er verzorgd uit met lange, elegante vingers. Geen korte stompjes gelukkig. Dat vindt Joke belangrijk. Ze verafschuwt mensen met stompige vingers en slordige nagels.
“Jij moet Joke zijn,” zegt hij, terwijl ze zijn hand aanneemt. Hij heeft een stevige handdruk. “Ik ben Matthias.”
“Hallo,” antwoordt ze. Haar stem verraadt haar zenuwen.
“Kom maar verder,” zegt Matthias. Ze mag mee door de deur zonder bordje. Deze kamer is wel ruim, en ook lichter dan de gang en de wachtkamer, ook al zijn de ramen geblindeerd.
Er staat een groot, houten bureau met een bureaustoel erachter en twee houten stoelen ervoor. Tegen de muur links van haar staat een enorme kast, uit hetzelfde donkere hout als het bureau zo te zien. De bureaustoel ziet er een stuk comfortabelder uit dan de houten stoelen, waar Matthias naar wijst om op plaats te nemen terwijl hij zelf in de bureaustoel gaat zitten. Net alsof ze in de jaren vijftig beland en bij de directeur geroepen is.
De stoel is even oncomfortabel als hij eruit ziet.
Matthias kijkt haar aandachtig aankijkt. “Vertel het eens, waarom ben je hier?” vraagt hij.
Ze merkt dat ze het moeilijk vindt om zijn intense blik te beantwoorden, dus praat ze tegen zijn voorhoofd.
“Wel, eh, mijn resultaten van het eerste semester waren niet zo heel goed, dus ik dacht dat studiebegeleiding me zou kunnen helpen.” Ze haalt haar schouders op.
“En hoe kwam het dat je resultaten niet zo goed waren? Was je naar alle lessen geweest?”
Joke voelt dat ze wat begint te blozen. Ze schudt haar hoofd.
“Had je alle opdrachten gemaakt?”
Opnieuw schudt ze haar hoofd.
“Heb je naar je eigen gevoel genoeg gestudeerd voor de examens?”
Nu haalt ze haar schouders op, terwijl ze naar het bureau kijkt. Iets aan Matthias maakt dat ze zich klein voelt. Als hij het zo stelt, klinkt het heel logisch dat ze niet geslaagd is. Maar zo eenvoudig is het nu ook weer niet!
“Het is niet dat ik niet mijn best gedaan heb, hoor,” schiet ze in de verdediging.
“Dat zeg ik ook helemaal niet,” knikt Matthias. “Maar wellicht zie je zelf ook in dat je gedrag niet bepaald voorbeeldig is geweest.”
Ze zwijgt.
“Daar kunnen we samen aan werken, daarvoor ben je hier, is het niet?”
“Ja,” zegt ze. Er klinken veel emoties door in dat ene, korte woordje: opstandigheid, vooral, maar ook iets van vernedering. Een gevoel van tekortschieten.
“Goed,” zegt Matthias. “Ik heb bepaalde… methodes. Die zijn niet voor iedereen, maar ik denk dat jij er wel vatbaar voor zult zijn. Als je na vandaag geen nieuwe afspraak maakt, dan is dat zo, daar zal ik je niet op aankijken. Maar als je na vandaag terugkomt, dan stem je ermee in dat we dit op mijn manier zullen doen. En dan zullen er ook gevolgen zijn als je je niet houdt aan de afspraken die we samen zullen maken. Kun je je daarin vinden?”
Ze heeft geen idee wat hij bedoelt, maar het zal wel zeker? “Ja,” zegt ze daarom. Niet dat ze veel keuze heeft. Als ze geen tweede afspraak maakt, krijgt ze geen geld meer van haar ouders. Dus ze zal wel moeten.
“De eerste vereiste,” gaat Matthias verder na haar bevestiging, “is dat je naar alle lessen gaat. Dat is echt de eerste stap. Als je dat niet doet, dan kun je het al bijna vergeten om te slagen.” Joke is het hier niet mee eens, maar hij klinkt zo vastberaden, dat het haar niet het moment lijkt om tegen te spreken. Ze vindt hem al bij al maar een intimiderende figuur. En toch voelt ze zich vreemd genoeg niet helemaal ongemakkelijk. Iets aan hem maakt dat ze hem wel vertrouwt. Ook al kijkt en klinkt hij best streng.
“Heb je gehoord wat ik zei?”
Geschrokken kijkt Joke op. Blijkbaar had hij het meteen doorgehad dat ze even met haar gedachten elders was.
“Eh, ik moet naar alle lessen gaan?” Het klinkt meer als een vraag dan als een antwoord.
“Klopt en nu ga ik je even een voorproefje geven van wat er gebeurt als je dat niet doet. Op die manier kun je kennis maken met mijn… methodes. Dan kun je beslissen of je nog een tweede afspraak wil maken of niet.”
Opnieuw die rare pauze voor het woord “methodes”. Joke is nu eigenlijk best benieuwd wat hij bedoelt.
Matthias staat op en loopt om het bureau heen. Hij gaat op de stoel naast haar zitten. “Wat er nu gaat gebeuren, is een voorproefje. Een waarschuwing zeg maar. Al kun je het ook als straf beschouwen omdat je er vorig semester zo’n potje van gemaakt hebt.”
Zijn woorden zijn nog niet helemaal tot Joke doorgedrongen – waarschuwing, straf, waar heeft hij het toch over? – als hij haar bij haar arm vastgrijpt en zo over zich heen trekt. Haar benen bungelen over zijn schoot, het bloed stroomt naar haar hoofd dat naar de grond wijst.
“Als je je niet aan de afspraken houdt,” zegt Matthias kalm, “dan beland je over mijn knie en dan krijg je een goed pak slaag.”
Intussen landt zijn rechterhand op haar linkerbil. En daarna op de rechterbil. De dunne stof van haar rok biedt haar niet veel bescherming. Bovendien heeft ze het gevoel dat het vrij minieme kledingstuk wat verder omhoog is gekropen dan wenselijk is, waardoor de aanzet naar haar billen vrij te zien moet zijn.
“Dit kun je niet maken!” roept Joke uit.
“Zeker wel”, zegt Matthias. “Dit is wat er gebeurt als je je onverantwoordelijk gedraagt door niet naar alle lessen te gaan. Dit is wat je nodig hebt, dit is wat je krijgt: gevolgen voor je daden, voor de keuzes die je maakt.”
Intussen slaat hij in een gestaag tempo verder. Haar billen beginnen lichtjes te gloeien. Joke probeert van zijn schoot af te glijden, maar Matthias klemt haar arm op haar rug en doet zijn linkerbeen over haar benen, waardoor ze geen kant op kan. Hij verhoogt het tempo en de intensiteit van de klappen die op haar billen neer regenen.
“Deze week ga jij naar alle lessen, is dat afgesproken?”
“Wat, maar…”
“Geen gemaar, jongedame. Jij gaat deze week naar alle lessen. Is. Dat. Afgesproken?” De laatste drie woorden worden begeleid door de hardste klappen tot nu toe.
“Auw! Ja, ja! Ik zal naar alle lessen gaan!”
Eindelijk laat hij haar los. Snel krabbelt ze overeind. Haar ademhaling gaat in horten en stoten. Haar haar hangt in wilde pieken om haar gezicht, maar ze is te druk bezig met over haar pijnlijke billen te wrijven om daar aandacht aan te besteden.
Matthias kijkt haar onverstoord aan terwijl hij weer in zijn bureaustoel gaat zitten.
“Zo, nu weet je wat ik bedoel, hoe ik te werk ga. Zoals ik daarnet al zei: het is aan jou of je nog een tweede afspraak wilt maken of niet. Je hebt mijn telefoonnummer.”
Joke knikt, helemaal in de war door wat haar net overkomen is.
“Dan mag je nu gaan.” Matthias wijst naar de deur. “En naar al je lessen gaan hoor,” knipoogt hij.