“Nee, dat is te gemeen, je moet lief voor me zijn!” zeg je tegen Paul. Hij komt dichterbij. Hij kijkt dreigend en je krimpt ineen. “Heb je soms geen straf verdiend voor je gejok?” “Nou, ja, wel een beetje…” “Een beetje?” zegt hij nog iets scherper. “Volgens mij is doen alsof je ziek bent best wel ernstig. Ernstig genoeg voor een flink pak op je billen!” Je probeert het nog een keer: “Ja, maar niet daarmee!” Ineens gaat alles heel snel. Paul staat op en duwt je naar achter, zodat je met je rug op het bed valt. In een soepele beweging tilt hij eerst je benen omhoog en trekt vervolgens je pyjamabroek omlaag, of eerder omhoog in deze positie, en begint dan hard op je nu blote billen te slaan met zijn vrije hand. “Au, stop!” roep je nog, maar Paul stopt niet. Je weet niet wat erger is, deze verschrikkelijke positie of de klappen die in een moordend tempo op je billen en bovenbenen blijven landen. “Denk je nog steeds dat je iets te zeggen hebt over de straf die je krijgt?” “Nee, Paul!” “Nee, daddy,” antwoordt hij, een subtiele hint dat alles nog goed is en je herhaalt zijn woorden terwijl je tevergeefs probeert een beetje aan de kant te wurmen. Dan houdt het ineens op en heb je even de tijd om adem te komen. Heel even dan, want Paul heeft inmiddels de haarborstel gepakt. “Nee, daddy, alsjeblieft, dat doet te veel zeer!” “Ga je luisteren?” vraagt hij. “Ja!” schreeuw je bijna. “Ja wat?” “Ja, daddy!” “En niet meer zelf bepalen wat er gebeurt?” “Nee, daddy!” Dan laat hij je benen los en helpt je overeind, om je meteen over zijn schoot te geleiden. De eerste klap met de borstel doet zeer, de tweede is erger en vanaf daar wordt het ook niet beter. Je spartelt, tenminste, voor zover dat gaat en je smeekt. “Au daddy, stop, alsjeblieft!” Het haalt weinig uit. Na een tijdje voel je de kracht om weerstand te bieden wegvloeien. Je spieren ontspannen zich en je begint zachtjes te huilen. Hierdoor heb je ook nauwelijks in de gaten dat Paul gestopt is met slaan. Hij haalt zijn arm onder je borst door en tilt je met een grote beweging op zijn schoot. Dat je rode, gevoelige billen opvallend uitsteken is nu alleen maar fijn, zo kan hij ze zachtjes masseren terwijl je op zijn schouder uithuilt en tot rust komt. “Gaan we nog doen alsof we ziek zijn?” zegt hij zacht. “Nee, daddy,” zeg je even zacht terug en je schudt je hoofd. Met zijn vinger veegt hij een traan van je wang. “Goed zo. Kom, ik help je even in bed”. Voorzichtig tilt hij je op en helpt je met je kleren, iets minder voorzichtig duwt hij nog even hard tegen de gevoelige huid. “Ik pak nog even wat te drinken,” zegt hij terwijl je onder de dekens ligt te knuffelen. Hoe lang dat duurt, zul je nooit weten, want nog voor hij terug is, val je rozig in slaap.
Naar het hoofdmenu