Nadat de vorige drie keer de gekozen strap is afgewezen, neem je nu een tawse mee. Deze is wat gemener dan de straps die je had uitgekozen, maar in je hart weet je ook wel dat deze tawse niet zo gemeen is als de slipperpaddle. Sterker, het is niet eens de zwaarste tawse in de koffer, al heb je dat andere onding maar niet eruit gevist. De hoop die je had dat het zo goed zou zijn, vervliegt al zodra je Paul ziet. “Jij neemt dit volgens mij totaal niet serieus, he!” zegt hij boos. Hij grist de tawse uit je hand. “Omdraaien en broek naar beneden. Onderbroek mag je aanhouden.” Enigszins in verwarring gebracht draai je je om. “Hopelijk helpt dit je een betere keuze te maken,” zegt Paul, nog steeds boos. Je hoort de tawse zoeven en ineens voel je een enorme pijn midden op de achterkant van je benen. Voor je echt doorhebt wat er aan de hand is, haalt Paul nog twee keer uit. Je schreeuwt het uit en grijpt naar de warme huid die duidelijk een beetje hoger ligt dan de ongeschonden stukken ernaast. Je draait je half om en ziet een paar gemene, rode brandmerken in de vorm van de uiteindes van de tawse. “Trek je broek maar weer aan en ga nog maar eens zoeken.” Met je ogen naar de grond volg je de aanwijzing op. Je wrijft nog eens over je pijnlijke benen als je door de instrumenten gaat. Met tegenzin pak je de slipperpaddle eruit. Het risico lopen om nog meer ‘gemotiveerd’ te worden, zie je niet zo zitten. Je loopt met de paddle terug naar de woonkamer en geeft hem aan Paul. “Ik zie dat je dit nu wel serieus neemt,” zegt hij goedkeurend. Laten we maar beginnen. Billen bloot maken en over de knie.”

Pas later besef je dat er op zo’n moment helemaal geen schaamte is, terwijl je dat zeker wel eens hebt als je in een andere situatie je broek uit moet doen om op je billen te krijgen. Nu wil je gewoon dat het zo snel mogelijk begint of misschien vooral dat het zo snel mogelijk voorbij is en je je weer beter voelt. Je buigt over zijn schoot en gaat liggen. Daar voel je zijn hand rusten in je rug. Daar word je iets rustiger van. “Lig je goed?” vraagt hij liefdevol. Je knikt en bedenkt dan wat hij wil horen. “Ja Paul“. Je voelt heel even het koude leer tegen je achterste. Dan wordt het opgeheven en keihard neergebracht. Heel even voel je niks, behalve dat je met een behoorlijke kracht tegen Pauls been geduwd wordt. Dan begint het langzaam te branden over het hele oppervlak waar de paddle net geland is. De brand neemt nog steeds toe als de tweede klap je weer tegen zijn been aanduwt. Nog steeds neemt het gevoel toe, terwijl de klappen in een traag tempo op je achterwerk blijven regenen. Na nog geen tien klappen houd je het al niet meer en begin je te schoppen. “Stil liggen!” roept Paul streng. “Auauau, ik probeer het!” jammer je. “Niet proberen, doen!” werpt hij tegen. Je doet je best wel, maar het lukt niet. Met een diepe zucht houdt Paul even in en slaat hij zijn rechterbeen om jouw benen heen. Nu kun je geen kant meer op. Je kunt alleen nog ondergaan.

Zonder genade blijft Paul doorslaan. Het leer schroeit en bij elke klap word je door het zware instrument naar voren geduwd, waarna de pijn weer een stukje heftiger is. Nu je niet meer kunt bewegen, lukt het eindelijk om los te laten. Je laat je tranen de vrije loop en langzaam wordt het schuldgevoel vervangen voor leegte. Zo leeg zelfs, dat je eerst niet doorhebt dat Paul gestopt is met slaan en alleen nog zachtjes over je rug wrijft. “Gaat het?” vraagt hij zacht wanneer de tranen minder worden. Het lukt niet om direct te reageren, maar langzaam krijg je je ademhaling weer onder controle en kun je antwoord geven. Na nog een minuut zachtjes wrijven helpt hij je overeind om je vervolgens een stevige knuffel te geven. “Het spijt me dat ik je cadeautje heb verpest.” Het valt je niet meer zo zwaar om het te zeggen, wat precies de kracht van een goed pak slaag aangeeft. “Het is goed schatje” zegt Paul. Ineens trekt hij je weer over de knie. “Hey, het was toch goed?” roep je, half in paniek. “Ja, dat is het ook,” zegt hij, maar tegelijkertijd zie je ook dat hij over je heen buigt naar de tafel om de haarborstel te pakken. “Daarom heb je nu je cadeautje wel verdiend.” “Maar je hebt me net al geslagen,” probeer je nog. “Tsja, dat is jouw probleem, he. Volgens mij is deze borstel al pijnlijk genoeg als je niet net een pak slaag hebt gehad, nu zal het zeker wel even doorbijten zijn. Tsja…”

Paul begint te slaan en hoewel je voelt dat hij niet zo hard slaat als hij kan, merk je ook wel dat hij een gemeen ding heeft gekocht. De pijn dringt diep door in je toch al uiterst gevoelige billen. “En, hoe voelt het?” vraagt hij opgewekt. “Pijnlijk” breng je tussen geklemde kaken uit. “Mooi, dat is ook de bedoeling,” zegt hij even zo vrolijk. God, wat haat je hem toch als hij die toon aanslaat. Nou ja, je houdt vooral van hem, maar je haat hem ook. Het is ingewikkeld. Gelukkig duurt het pak slaag niet te lang, al is het lang genoeg om een beeld te krijgen van wat Paul met dat ding kan doen als hij echt wil. Deze keer wrijft hij niet alleen over je rug, maar ook zachtjes over je billen. Dat voelt wel ontspannend, pijnlijk maar ook fijn. Zo gaat het minuten door, tot Paul je overeind helpt en hartstochtelijk zoent. “Wijntje?” Daar zeg je geen nee tegen.

Het avondeten

    Geef een reactie