“Ik kies… het magische kasteel,” besluit je. Naomi juicht en Tessa pruilt even, al schiet ze ook gauw in de lach. Het is best een eindje lopen, maar het is nog steeds prachtig weer en een wandeling is zeker geen straf. Een groot deel van het publiek is al richting de uitgang en daardoor staat er eigenlijk geen wachtrij. Binnen een minuut voel je hoe de beugel van het karretje tegen je middel aangedrukt wordt en kan de rit beginnen. Die rit brengt je langs alle kamers van het kasteel, van de rijk gevulde eettafels en danszalen tot de wapenkamers. Overal zijn geanimeerde poppen geplaatst, levensecht. Je weet ook wel waarom Naomi hier zo graag naartoe wilde of eigenlijk waarom jullie dit allemaal een leuke attractie vinden. In de kerkers onder het kasteel zijn er niet alleen gespeelde gevangenen die op middeleeuwse wijze worden gemarteld, er zijn ook enkele dames van lichte zeden die wiegen met hun blote billen terwijl ze met hun gezicht naar de muur staan te wachten op hun straf, terwijl een ongelukkige lotgenote over een tafel is vastgebonden en er met een grote leren riem van langs krijgt. Een gewaagd, en voor jullie ook fascinerend, schouwspel dat ondanks de kritiek die het de laatste jaren gekregen heeft, door de parkeigenaren met hand en tand verdedigd wordt.
Wanneer de rit is afgelopen, ben je weer aardig in een melige stemming. “Was je weer aan het staren naar dat meisje dat met de riem krijgt, Naomi?” begin je. “Nee hoor, daar zou ik nooit naar kijken, ik ben een net meisje,” antwoordt ze hautain. “Ja ja, jij zou nooit denken aan billenkoek toch?” zeg je smalend wanneer je haar op haar broek slaat. “Dat zet ik je betaald!” schreeuwt Naomi en ze rent achter je aan, terwijl ook Tessa kans ziet zich met de situatie te bemoeien. Tot ineens… Weer diezelfde parkmedewerker. Hij staat met zijn armen gekruist voor jullie neuzen. “Volgens mij had ik jullie al heel vaak gewaarschuwd of niet?” De stemming slaat direct om en je weet niet goed wat te zeggen. “Nou, uit het park zetten heeft niet zoveel zin denk ik, zo vlak voor sluitingstijd. Ik denk dat het gepaster is om jullie op de rode lijst te zetten.” “Nee! We komen hier zo graag!” roept Tessa uit. Je voelt je hetzelfde, maar je schaamt je te veel om iets te zeggen. “Kun je niet iets anders verzinnen? Dat we helpen opruimen ofzo?” probeert Naomi nog. “Daar hebben we gewoon personeel voor. Maar omdat jullie zo geïnteresseerd zijn in straf, weet ik nog wel een manier om dit op te lossen.”
Niet veel later ga je met het schaamrood op de kaken door een onderhoudsdeur van het Magische Kasteel. Waarom je dit hebt toegezegd, weet je ook niet meer precies, al was het misschien beter dan op de zwarte lijst terechtkomen. “Ga maar naast de poppen staan.” Een voor een schuifelen jullie richting de poppen. “Gezicht naar de muur” is het volgende commentaar. “En nu billen blootmaken!” klinkt de laatste opdracht. Met trillende vingers maak je aarzelend de knoop van je broek los en trek je die naar beneden, vervolgens gevolgd door je ondergoed. Naast je zie je dat Tessa en Naomi hetzelfde doen. “Zo, ik ga de rit weer aanzetten. Over een kwartier is de laatste rit en dan kom ik jullie ophalen.” Je durft niet te kijken of te praten, je wil alleen zo stil mogelijk blijven staan en zo te zien denken je vriendinnen er niet anders over. Je hoort hoe aangekondigd wordt dat, met excuses voor het ongemak, de rit nu weer hervat wordt. De muziek begint weer te spelen en je hoort hoe de karretjes rijden. Dan nog het dilemma, moet je met je heupen wiegen om niet te veel op te vallen? Naomi besluit dat te doen en al gauw volgen jij en Tessa ook maar. Wat is dit beschamend zeg! Maar goed dat niemand je gezicht kan zien en dat je niemand hoeft aan te kijken. Af en toe denk je gelach te horen en beeld je je in hoe er naar je gewezen wordt, maar of dat zo is zul je nooit weten.
“Zo, gaan jullie je de volgende keer beter gedragen?” vraagt de parkmedewerker als de rit stilstaat en jullie naar buiten gelaten worden. “Ja meneer,” roepen jullie in koor. “Mooi, dan richting de uitgang, het park gaat zo sluiten. Eenmaal buiten proesten jullie het uit van de schaamte, het ongemak en het ongeloof. “Wow, oké, dat was echt heel erg, maar misschien ook wel een heel klein beetje leuk,” durft Tessa toe te geven. Misschien denk je er wel hetzelfde over.
Op het station