De storm had bijna een halve meter sneeuw achtergelaten en het had veertien dagen geduurd voor alle eilandbewoners weer over stroom en een werkende telefoonlijn konden beschikken. De spanning tussen Marjo en Robert die er heerste aan het begin van de storm in aanmerking genomen, verstreek de rest van de tijd die ze samen doorbrachten erg ontspannen. Robert leerde Marjo klaverjassen en zij liet hem wat ideeën zien voor handgeverfde versierselen die gebruikt konden worden om de badkamers en de gastenverblijven te decoreren.
Hoewel ze het eng vond Robert de volgende ochtend onder ogen te komen, lukte het haar zich weer relatief snel bij hem op haar gemak te voelen. Al snel voelde het weer als voor het pak op haar billen, maar dan beter. De sfeer tussen hen beiden was luchtig. Het kostte haar geen moeite af en toe uit volle borst te lachen. Hem ook niet trouwens. Wat aanvankelijk als sarcastisch ervaren werd, was nu alleen maar grappig. De irritatie die ze gevoeld had, was helemaal verdwenen.
Het pak op de billen had hen beiden veranderd in mensen die voor de ander de moeite waard waren.
Marjo was blij dat ze weer bij Robert in de smaak viel. De verraadster in haar had door het laatste pak slaag plaats gemaakt, voor een zoete fantasie, om nog maar te zwijgen van de nagloeiende blauwe plekken die ze af en toe inspecteerde. Nu de verraadster de benen had genomen, kon ze, in zijn nabijheid, weer de volwassen vrouw zijn.
Robert was verbaasd over de attitudeverandering die het meisje dat voor hem werkte door het pak billenkoek had ondergaan. Ook al was Marjo met haar negentien jaar nog betrekkelijk jong, op de één of andere manier was ze een stuk volwassener dan een heleboel vrouwen van zijn eigen leeftijd die hij kende. Haar neiging om zich over te geven aan puberaal gedrag wanneer zo moe of gestresst was, had niet zoveel met haar leeftijd te maken, maar veel meer met haar karakterstructuur. Robert had het idee dat Marjo zich tot op bejaarde leeftijd brutaal en tegendraads zou gedragen als ze gefrustreerd was of op haar huid gezeten werd. Die wetenschap baarde hem echter geen enkele zorgen, zeker niet nu hij wist hoe ze op een pak op haar blote bips reageerde. Haar af en toe hautaine houding had zelfs een onweerstaanbare aantrekkingskracht op hem.
Terwijl de weken dat ze samen aan het werk waren verstreken, voelde Robert zich steeds meer tot haar aangetrokken. Haar spontane lach en haar open karakter hadden een geweldige aantrekkingskracht op hem. Alles wat ze dacht of voelde was duidelijk aan haar af te lezen, aan haar houding, gedrag en de dingen die ze zei. Over het algemeen was ze vrolijk en enthousiast over de dingen die ze wou doen en de dingen die voor haar van belang waren. Robert had nog nooit iemand als haar gekend. Maar hij maakte zich in toenemende mate zorgen over de dingen die hij voor haar voelde. Het leeftijdsverschil van bijna 10 jaar was op zich nog niet zo’n probleem. Wel dat ze nog maar net uit de schoolbanken vandaan was. Een jaar geleden had ze een leerling uit zijn klas kunnen zijn. Naar het idee van Robert waren de seksuele gevoelens en de emotionele verbondenheid die hij voor haar begon te voelen, een absoluut taboe, waar hij zich niet mee in zou laten.
Robert hield de rem op zijn gevoelens. Hij had de tijd. Hij wilde zich concentreren op het renoveren en het heropenen van ‘Zeezicht’. Dit ging vooralsnog niet samen met het aangaan van een vaste relatie. Als Marjo ervoor koos voor hem te blijven werken nadat de hele renovatie klaar was, dan zou hij dit van harte toejuichen. Als dit niet het geval was en ze zou in navolging van haar leeftijdsgenoten van het eiland naar de vaste wal trekken, dan zou hij het ook wel redden. Als ze wel zou blijven, bedacht hij zich, dan zou hij over een aantal jaren er altijd nog serieus over na kunnen denken. Hij hoopte vurig dat ze zou besluiten te blijven, maar hij peinsde er niet over iemand deelgenoot hiervan te maken, uit angst dat er een rel zou ontstaan. Hij was ook niet van plan om haar dromen over het leven aan de wal, voor zover ze die zou hebben, te verstoren. Hij wist uit eigen ervaring hoe sterk de wens was bij de jeugd om het eiland te verlaten.
*********
Het niet kunnen beschikken over elektriciteit, behalve het aggregaat voor de boiler, vertraagde het proces van de verbouwing, toch bleven ze goed op schema door veranderingen in het werkschema aan te brengen en andere klussen aan te pakken. Die winter werden ze met nog drie vergelijkbare stormen verrast, hetgeen het totaal aantal dagen zonder stroom op zeventien bracht. Ondanks dat,toen het voorjaar aanbrak en alle sneeuw gesmolten was en de bomen in knop stonden, waren er nog slechts enkele kleine karweitjes aan de binnenkant van ‘Zeezicht’ te doen en hoefde aan de buitenkant alleen nog maar aandacht besteed te worden aan de markiezen en de dakveer, alvorens ze de eerste gasten zouden kunnen ontvangen.
Halverwege januari, met de ontdekking die ze op het internet had gedaan in haar achterhoofd en het verlangen een excuus te hebben om af en toe achter de computer te zitten, was Marjo met een plan gekomen een website voor het pension te maken en had net zolang doorgezeurd tot Robert hiermee akkoord was gegaan. Het gaf haar een excuus om ’s avonds een paar uur achter internet te zitten. Marjo benutte deze tijd goed en fabriceerde een uitnodigende site voor het pension. Ze bouwde subpagina’s over het eiland, haar geschiedenis en de dingen die er te beleven vielen. Ze had het idee een fotoserie te maken die het eiland in haar volle schoonheid liet zien.
Marjo maakte ook bijna dagelijks een verkennende tocht door de wereld van de billenkoek. Het bouwen van de website was een ideale dekmantel, zodat ze urenlang achter de computer kon werken. Soms verloor ze zich helemaal in de sites waar ze verhalen kon lezen en de discussies op een forum kon volgen. En als ze daarmee bezig was verzon ze uitvluchten, dat ze veel werk was kwijtgeraakt door een kleine stroomstoring, zodat ze Robert uit kon leggen waarom ze hem die avond geen nieuw werk kon laten zien.
De eerste versie van de website ging halverwege februari de lucht in en vrijwel onmiddellijk begon de site bezoekers te trekken. In het begin waren er nog niet veel reacties in de vorm van email en telefoontjes, maar nadat ze er in geslaagd waren een hyperlink op de site van de plaatselijke VVV en de waddenvereniging te realiseren, stroomden er dagelijks reacties binnen.
In de week van Pasen stond de heropening van ‘Zeezicht’ gepland en was het pension helemaal vol geboekt.
Eind maart was het souvenirwinkeltje klaar om in gebruik genomen te worden en kon de plaatselijke dames er hun intrek nemen. Robert was verbaasd geweest over zijn aanbod het winkeltje te heropenen. De dames waren erg opgewonden en dankbaar geweest. Ze beschouwden het winkeltje meteen als hun eigen bezit en hadden hun eigen inbreng omtrent de inrichting. En als Robert niet snel genoeg was met de renovatie, maanden ze hem aan tot meer spoed. Meer dan eens nam één van de dames haar man mee om te helpen met de verbouwing om de snelheid er in te houden.
Souvenirs waren een belangrijke bron van neveninkomsten voor de vrouwen van de vissers. Het vooruitzicht dat ze hun werk op één plaats konden verzamelen sprak veel van de vrouwen aan.
Toen de dames het pandje betrokken hadden begon Marjo te werken aan een uitbreiding van de website van het pension waar aandacht besteed werd aan het winkeltje. De hoop bestond dat na verloop van tijd de bezoekersaantallen zo hoog zouden zijn dat zelfs verkoop via het internet tot de mogelijkheden zou behoren.
Eén van de onbedoelde effecten van een groepje vrouwen op het terrein van het pension was dat toen Robert op zoek ging naar een vaste kok, een aantal gegadigden zich aankondigden zonder dat er geadverteerd hoefde te worden. De voorbereidingen draaiden op volle toeren en de opening van ‘Zeezicht’ kwam steeds dichterbij. In alle scenario’s die de revue gepasseerd waren,werd overigens in geen enkele gesproken of Marjo wel zou blijven als de laatste klusjes geklaard waren. Robert wachtte erop dat Marjo haar interesse zou laten blijken en Marjo was in afwachting van een aanbod van een baantje in het nieuw geopende pension.
Medio maart, was Marjo bezig met de allerlaatste loodjes van het project. Toen Robert mevrouw de Boer had aangesteld als kok, was Marjo merkte boos en verdrietig tegelijkertijd. Waarom had Robert niet aan haar gedacht voor dat baantje? Zij had per slot van rekening veel geïnvesteerd in het opknappen van het pension en ze had al veel ervaring in het werken van het pension van haar oom en tante. Ze wist goed wat er in zo’n bedrijf allemaal kwam kijken! Toen hij besloot personeel aan te nemen had hij op zijn minst aan haar kunnen denken. Deze gedachten tezamen met anderen hadden haar is de afgelopen weken flink beziggehouden.
Het oude bekende gevoel, verloren te zijn, maakte haar boos en kribbig. Hetzelfde gevoel dat ze gevoeld had toen ze Robert voor het eerst ontmoet had. Marjo werd geconfronteerd met haar grootste angst, dat ze geen raad wist hoe ze met de grote boze buitenwereld zou moeten omgaan. Ze wilde niet gaan studeren en ze wilde ook niet in een fabriek gaan werken. En nog het meest van alles wilde ze niet terug naar het leven dat ze geleid had voor ze naar Vlieland gekomen was. Ze wilde op het eiland blijven. Sinds ze het baantje bij Robert had gehad, was de druk van de ketel geweest, ze hoefde geen ingrijpende keuzes over de rest van haar leven te nemen. Nu voelde Marjo die druk echter weer toenemen.
Toen haar oom haar vroeg hoe het met Roberts plannen stond voor het hoogseizoen nu alle verbouwingen achter de rug waren, raakte Marjo nog meer over haar theewater.
‘Ik weer er niets van, hij heeft niets gezegd’, was het enige wat ze uit kon brengen.
‘Vraag hem er dan naar of ga anders solliciteren naar een baantje in de fabriek aan de wal’, was het advies dat ze kreeg. ‘Je moet er een beetje haast mee maken Marjo. Je kunt hier niet je hele leven een beetje rond blijven lummelen. Je bent nu een grote meid. Tijd om je eigen leven op te gaan bouwen’.
Tante Bea nam het voor Marjo op door te zeggen dat er nog ‘tijd genoeg’ was, toen oom Wim er in maart voor het eerst over begon. Maar Wim had zijn vrouw het zwijgen opgelegd en gedreigd haar een flink pak slaag te geven als ze er telkens haar neus in zou steken.
Haar tante was een perfect klankbord voor Marjo voor haar zorgen op dit gebied. Ze wist niet wat ze zou moeten doen. Maar Marjo kon het niet opbrengen er uit zich zelf over te beginnen, zelfs niet tegen haar tante, dat ze het liefst op het eiland wilde blijven. Het viel niet mee dat te delen, het geheim dat ze het diepste geheim van allemaal was. Haar grootste wens was niet alleen dat ze voor Robert zou kunnen blijven werken,maar ook dat hij van haar zou gaan houden en haar als zijn vrouw zou kiezen.
Het bleef zich melden in haar dagdromen en haar fantasieën toen ze aan het werk was. De angst dat het nooit zover zou komen, beïnvloedde haar stemming steeds meer toen begin april de afronding van de verbouwing steeds dichterbij kwam.
Als ze ‘s avonds in haar bed lag, dwaalden Marjo’s gedachten af naar fantasieën en dromen over het samenzijn met Robert. Ze wilde dat hij haar zou kussen, en ze fantaseerde dat hij haar eerst een pak op haar billen gaf om daarna keer op keer de liefde met haar te bedrijven. Als ze met Robert zou trouwen kon ze niet alleen op het eiland blijven,maar dan kon ze ook steeds in zijn buurt zijn. Ze kon hem kussen en aanraken zoals ze dat zo graag wilde. Marjo wilde zo graag dat Robert van haar zou houden, dat het pijn deed.
Het feit dat hij zo onverschillig tegen haar deed en haar behandelde alsof zij zijn zusje en nog een kind was, begon haar steeds meer te irriteren.
De spanning begon zich weer aardig op te bouwen. Het begon met af en toe een brutaal antwoord als Robert haar vroeg iets te doen. Dit veranderde al snel in zwaar sarcasme. Marjo liet haar boze buien het meest spreken wanneer mevrouw de Boer in de buurt was of wanneer ze aan het eind van de dag de deur uitging. Alhoewel ze het allemaal niet bewust deed, was de boosheid die ze voelde meestal op zijn ergst aan het einde van de dag, als er weer een dag verstreken was en Robert niets had gezegd over haar toekomst op ‘Zeezicht’.
Op de woensdag voor de eerste gasten zouden komen, bereikten dingen een onvermijdelijk hoogtepunt. Het begon toen mevrouw de Boer uiteindelijk haar mond opendeed nadat Marjo Robert een grote mond had gegeven,nadat hij haar gevraagd had de laatste hand te leggen aan één van de gastverblijven,in plaats van, zoals ze zelf gedacht had, achter de computer te zitten. Marjo haar grote mond had het gewenste effect, Roberts gezicht werd rood van woede. Als mevrouw de Boer niet in de kamer geweest was, dan was de emmer overgelopen, wist Marjo. Deze wetenschap gaf haar het lef er nog een schepje bovenop te doen. De verraadster hielp haar te ontdekken hoe leuk het was om Robert boos te maken tot het punt dat hij niets liever zou doen dan haar een ongenadig pak op haar blote bips te geven, in situaties waarin hij dit niet kunnen waarmaken. Dit was veel spannender en gaf meer bevrediging dan wanneer ze dit deed in situaties waarin hij meteen tot actie over zou kunnen gaan.
‘Als ik niet beter wist, jongedame, dan zou ik denken dat je die man probeert uit te dagen je te ontslaan’, mevrouw de Boer keek Marjo aan, terwijl Robert de keuken verliet om buiten aan het werk te gaan.
‘Oh ja? Hoe zo me ontslaan? Waarvan ontslaan? Nog even en dan werk ik helemaal niet meer voor hem? En ik wil wedden om dat schamele maandsalaris van je dat hij me niet eens zal missen’. Marjo kon het niet helpen iets van haar pijn in haar antwoord door te laten klinken. De oude vrouw pikte het onmiddellijk op.
‘Iemand zou jullie beide een flink pak slaag moeten geven. Iedere domoor kan zien dat jij op hem wacht en hij op jou’.
‘Wat weet u daar nu van? Nieuwsgierigheid won het van de gekwetstheid die Marjo voelde.
‘Alles wat ik weet is dat het de hoogste tijd is dat jullie eens wat besluiten nemen voor de eerste gasten arriveren. Jullie lijken wel gek te denken dat jullie het ene moment wel weten hoe het allemaal moet en tegelijkertijd helemaal niets regelen? Een stelletje gekken zijn jullie! Het hele gezicht van mevrouw de Boer werd rood.
‘Ik ga hem niet om een baantje smeken! Hij is de baas hier!’, Marjo zette haar handen op haar heupen. Ze straalde één en al verzet uit.
‘Je stelt je op als een onhandelbaar meisje, jongedame! Het kan helemaal geen kwaad je kaarten open op tafel te leggen. Zeg wat je op je lever hebt. Jij wilt toch ook weten waar je aan toe bent?’ Mevrouw de Boer deed het geweldig. Haar overtuigingskracht deed het verzet bij Marjo breken.
‘Nee, als hij me wil hebben, kan hij me dat gewoon vragen’, was het enige antwoord dat ze kon bedenken en om het gesprek te beëindigen liep ze de keuken uit om de kwasten en de sjablonen te pakken en naar boven te gaan om het laatste karweitje af te maken.
De frustratie zat hoog en ze kookte van woede. ‘Als iedere gek het kon zien, dan was Robert wel de grootste gek die er bestond!
‘En hoe kon dat oude wijf me vertellen dat ik degene ben die mijn kaarten open op tafel moet leggen. Hij is degene die moet besluiten of hij me nog nodig heeft of niet. Het is verdomme niet aan mij om hem te vertellen dat hij hulp nodig heeft bij het huishouden en het vermaken van de gasten. Wat denkt hij wel niet? Dat hij ze binnenlaat, ze hun kamer laat zien en dat verder alles van zelf gaat? De onnozele hals zou waarschijnlijk op de bank gaan zitten met een krant en hopen dat alles verder wel vanzelf zou gaan. Alles wat hij zou moeten doen is kijken naar tante Bea en oom Wim en hij zou weten dat er meer nodig is dan een oud fossiel in de keuken om een bedrijf als dit te runnen’.
Marjo was in de volgende uren bezig om de onzichtbare mevrouw de Boer en Robert de waarheid te vertellen.
Tegen koffietijd die ochtend had Marjo een humeur om op te schieten. Tegen die tijd had mevrouw de Boer ook met Robert gesproken. Hij had samen met de oude vrouw zitten lachen en was het helemaal met haar eens dat de recente uitbarsting van Marjo bewees dat ze het er moeilijk mee had dat haar baantje binnenkort op zou houden. Hij was het er mee eens dat hij er eerder over had kunnen beginnen, wat er met Marjo moest gebeuren als de verbouwing helmaal klaar was, maar dat hij hoopte dat ze hem had laten merken wat ze zelf wilde.
‘Ik zou willen dat u haar op een even directe manier te woord staat, als dat ze momenteel zelf doet. En wel nu! Om vredesnaam en om het welzijn van mijn oude gevoelige oren, vraag ik u het met haar op te nemen. Biedt haar dat baantje aan en laat de vrede in dit huis terugkeren. Haar groffe taalgebruik en haar grote mond zitten me tot hier!’ Robert glimlachte bij het horen van de woorden van de oude vrouw. Het was lang geleden dat hij zo was toegesproken. Het zorgde ervoor dat hij niet langer twijfelde hoe hij Marjo één en ander voor zou leggen.
Ze wist het nog niet,maar mevrouw de Boer of geen mevrouw de Boer, mejuffrouw Marjo zou toch een toontje lager moeten zingen als ze zou willen blijven. Eerst zou hij de juiste omstandigheden creëren voor hij haar een baantje zou aanbieden. Hij bedacht dat dit het beste tussen neus en lippen zou kunnen gebeuren als ze samen aan het werk waren, dus toen Marjo beneden kwam voor een kop koffie, zei Robert dat hij haar hulp buiten nodig had als haar pauze erop zat.
Marjo’s antwoord klonk afgemeten. ‘Ik heb nu even pauze. Als die voorbij is kom ik naar buiten.
Ze zag dat mevrouw de Boer verstijfde terwijl ze over het aanrecht gebogen zilver stond te poetsen. De oude vrouw schudde haar hoofd, maar Marjo kon haar gezichtsuitdrukking niet zien. Robert liet het passeren. Hij zou er wel mee afrekenen als de tijd er rijp voor was.
Marjo nam alle tijd en rekte haar pauze wel een half uur, totdat mevrouw de Boer er iets van zei.
‘Het is al bijna etenstijd, ga nu eindelijk eens naar buiten om die man te helpen. Als jullie te laat zijn voor het middageten zullen jullie tot het avondeten honger hebben. Het is hier geen restaurant!
‘Ach houd je stil! Ik was al onderweg’, gromde Marjo terwijl ze haar lege koffiemok in de gootsteen neerzette.
‘Omspoelen!’, waarschuwde mevrouw de Boer, terwijl ze zich naar Marjo omdraaide die er vandoor probeerde te gaan.
‘OK! OK! U hoeft niet zo raar te doen!’, Marjo deed de kraan open en spoelde de kop om.
‘Weg!’, mevrouw de Boer joeg het brutale meisje met een dreigende handbeweging alsof ze haar een tik zou geven, de keuken uit.
Ze vond Robert op een ladder. Hij was het hek aan het schilderen.
‘Hoe ziet het er van daar uit? Riep hij naar beneden toen hij haar aan zag komen.
‘Wel goed, hoor’.
Loop eens een eindje de weg op en kijk eens hoe het er van daar uitziet. Vertel me eens of het groen van het hek wel genoeg contrasteert met het groen van het huis’.
‘Laat je me daarvoor hier heen komen? Om je schilderwerk te bekijken? Ik zei je toch al dat het er goed uit ziet!’, Marjo deed haar armen over elkaar en verschoof haar gewicht naar één been. Haar rechterbeen verraadde haar irritatie door er mee op de grond te tikken. Haar gezicht straalde arrogantie uit.
’Loop naar de weg en kijk van een afstand naar de kleuren. Het is zinloos dat ik al die tijd investeer en later blijkt dat de kleuren niet voldoende contrasteren’. Robert bleef geduldig, maar herhaalde streng zijn instructies.
Marjo zuchtte, rechtte haar rug en stampte in de richting van de weg. Toen ze daar aankwam draaide ze zich om en ervoer nog steeds dezelfde weerstand als die ze daarvoor had ervaren. Hoewel haar hoofd er niet naar stond, moest ze toegeven dat het resultaat er indrukwekkend uitzag. Het huis was zachtgroen geaccentueerd met drie verschillende soorten groen. Het stak prachtig mooi af tegen ze bomen die er achter stonden en het hek op de voorgrond. ‘Zeezicht zag er prachtig mooi uit’.
’En?’, riep Robert toen Marjo niets liet blijken.
‘Het is prachtig’, riep Marjo terug.
‘OK, kom dan maar terug hierheen’.
Marjo sjokte langzaam terug of haar bijna iets onmogelijks gevraagd werd.
De krokussen langs de oprit stonden in knop. Het was het bewijs van het veranderende seizoen. De winter was echter nog niet helemaal verslagen. Het was waarschijnlijk dat deze nog een paar laatste stuiptrekkingen zou laten zien. Maar spoedig zou het helemaal lente zijn.
Robert stak zijn kwast in de verfpot en begon de ladder af te klimmen, om tegelijk met Marjo beneden in de tuin te zijn.
‘En Marjo? Heb je bedacht hoe je je hier verder nuttig gaat maken wanneer je klaar bent met die laatste kamer?’ De vraag was helder en eenvoudig, maar bracht Marjo in verwarring.
‘Nee’, loog ze.
‘Waarom niet?, vroeg Robert enigszins verbaasd.
‘Ik heb er gewoon nog niet over nagedacht’, loog ze opnieuw.
‘Het is niet zo dat je vanaf nu alleen maar wat achter de computer kunt hangen, als dat is wat je in gedachten hebt’, de opmerking was bedoeld om haar te prikkelen maar om haar tevens te laten merken dat hij verwachtte dat ze zou blijven komen.
‘Dat denk ik ook helemaal niet’, Marjo koos de aanval als reactie op wat zij dacht dat een insinuatie was dat ze de kantjes eraf liep en dat het werk dat ze aan de website besteed had, niet telde.
‘Ik dacht dat je zei dat je er nog niet over na gedacht had?’, Robert glimlachte naar haar. Hij kon haar een beetje op de kast jagen, maar omdat hij vond dat ze toch al iets af te rekenen hadden, besloot hij het spel niet te lang laten duren.
‘Dus?’, Marjo verstrakte. ‘Ik was niet van plan om hier de luilak uit te blijven hangen. Ik heb er dus helemaal nog niet over nagedacht’.
‘Je zou willen blijven neem ik aan?’
‘Hangt er van af’.
‘Waar van af?’
Ik blijf hier niet alleen hangen om alleen het vuile werk, zoals het schoonmaken van de toiletten en het doen van de afwas’.
‘Niemand heeft gezegd dat je dat moet doen. Je hebt tot nu toe toch ook niet alleen het vuile werk gedaan, of wel?’
‘Soms wel’.
‘Oh ja? Is dat zo? Stond jij de septisch tank schoon te maken, terwijl er een halve meter sneeuw lag?’
‘Nee, maar ik heb wel bijna de hele winter al het hout gehaald’.
‘Je mag ook wel wat minder aangename klusjes doen, dat doen mevrouw de Boer en ik ook. Ik zou zeggen dat het op de lange termijn allemaal wel in evenwicht is. Ben je nu van plan om te blijven, of niet?’ Robert maakte een eind aan de discussie en ging recht op zijn doel af.
‘Ga je een scanner aanschaffen en laat je de website aan mij over?’ Marjo bracht de enige dingen ter sprake die ze als onderhandelingspunten kon bedenken.
‘Ik zal een scanner, fax en printer in één aanschaffen. Misschien wel een hele nieuwe computer, als we een goed eerste seizoen draaien. Hoe klinkt dat?’
‘OK. Dan blijf ik. Marjo knikte. Ze vond het een goede deal vanuit haar kant bekeken. Ze ontspande zichtbaar.
’Dan nog twee dingen van mijn kant’, het was de beurt aan Robert om zijn kaarten uit te spelen.
‘Wat?’ Marjo keek hem wat warrig aan. Op zijn gezicht stond een donkere ‘Ik bedoel het serieus’ uitdrukking te lezen.
In de eerste plaats kan ik je tot de eerste inkomsten binnenrollen alleen maar kost en inwoning bieden. Je zult hier ’s ochtends vroeg moeten zijn en soms tot laten moeten blijven, dus ik vind het het best als je hier je intrek neemt. Als het seizoen goed verloopt, dan betaal ik je € 200,= per maand. Ik zal je in oktober betalen. Niet eerder. OK?’
‘OK. Is dat alles?’, knikte ze.
‘In de tweede plaats, je houding. De afgelopen twee weken heb je je in toenemende mate gedragen als een brutale, over het paard getilde snotneus. Dat wil ik niet meer zien’.
Marjo’s ogen vernauwden zich. ‘Je kunt me niet voorschrijven wanneer ik kwaad kan zijn en wanneer niet’.
‘Nee, dat kan ik niet’, was Robert het met haar eens. ‘Maar ik kan en zal je wel voorhouden hoe ik het in dit huis wil hebben. En ik tolereer geen brutale mond of een hautaine houding, tenzij je wilt dat ik je over de knie leg’.
‘Afgesproken!’ Marjo zette haar handen op haar heupen en ging met zijn voorwaarden akkoord.
‘Mooi zo! Dan kun je nu naar je kamer gaan en wachten tot ik bij je kom om eens goed af te rekenen met die brutale houding van je.
‘Geen sprake van!’,Marjo voelde een schok door zich heen gaan.
‘Wel degelijk sprake van! Je hebt me gehoord en ik meen het! Bovendien ben je met mijn voorwaarden akkoord gegaan als ik het me goed herinner.
‘Dat is niet eerlijk! Ik ging akkoord met ‘vanaf nu’ niet met ‘nu’, klaagde Marjo.
Nu geldt het oude contract nog steeds, jongedame en je hebt nog wat van me tegoed! En nu naar boven!’ Robert draaide zich om en liep terug naar de ladder. Hij ging er helemaal vanuit dat ze hem zou gehoorzamen. Hij wist dat ze nog even zou sputteren, maar wist ook dat ze in haar slaapkamer zou zijn als hij over een uurtje boven zou komen.
Als Marjo een steen onder handbereik zou hebben op het moment dat hij zijn rug arrogant naar haar toe keerde en van haar verwachtte dat ze zijn orders zou gehoorzamen, dan zou Robert wel eens gewond hebben kunnen raken. Marjo moest zich erg inhouden de ladder die hij beklom niet om te duwen.
Marjo ging terug in het huis en stampte met veel lawaai door de keuken.
’Handen wassen! Het eten is over een kwartiertje klaar!’, meldde mevrouw de Boer toen Marjo passeerde.
‘Ik hoef geen eten! Je kunt het in een plek steken waar de zon niet schijnt!’, siste Marjo. Ze rende met drie treden tegelijk de trap op. Vervolgens klapte ze de deur zo hard dicht dat het hele huis trilde. Robert voelde het zelfs buiten op de ladder en bedacht dat het geen zin had haar lang in haar vet te laten gaarkoken. Het zou haar humeur alleen maar verder verslechteren. Hij trok een grimas, klom de ladder af en liep naar het huis.
‘En? Blijft ze of vertrekt ze?, gromde mevrouw de Boer tussen haar opeengeklemde kaken toen Robert de keuken instapte en in de la bij het kooktoestel begon te rommelen.
‘Ze blijft’, gromde Robert terug en pakte een grote walnoten pollepel uit de la. Hij sloeg er mee in zijn linkerhand en draaide zich om in de richting van de trap.
Mevrouw de Boer grinnikte. Ze wist precies wat er ging gebeuren. ‘Het werd hoog tijd!’ mompelde ze voor zich uit. Ze schepte zichzelf een kop soep in en hoorde Marjo vloeken. Robert had haar kamerdeur opengedaan. De stemmen vervaagden weer toen de deur gesloten werd. Ze hoorde nog wat gestommel door het plafond en vervolgens kon het onmiskenbare geluid van hout dat op de blote billen van een erg berouwvol meisje sloeg, gehoord worden. ‘Zo voedt men de jeugd op!, knikte ze instemmend en zakte achterover en genoot van haar lunch.
‘Nee verdomme!’, vloekte Marjo, toen ze verrast werd door de binnenkomst van Robert.
‘Dit hebben we allemaal al vaker meegemaakt’, antwoordde hij. ‘Jazeker wel, doe je broek naar beneden en kom hier’
‘Klootzak!’
Robert liet haar verder geen keus. Hij deed de deur achter zich dicht en liep op Marjo af die opgesloten stond tegen haar bed. Hij trok haar aan haar trui naar zich toe en deed de knoop en de rits van haar broek los.
’Naar beneden ermee, en laten we zorgen dat het achter de rug is. Zijn vastberadenheid was een kracht op zich. Ondanks dat ze zich los probeerde te rukken, merkte Marjo dat ze meewerkte door haar shirt over haar bips omhoog te trekken toen Robert haar over de knie legde.
Het pak slaag begon meteen. Geen standje, geen inleiding, alleen maar harde en vastbesloten klappen. De grote pollepel was een machtig slagwapen. Het harde hout zorgde van de eerste keer dat het met haar billen in aanraking kwam voor kreten van pijn. Na amper een minuut probeerde Marjo wanhopig weg te komen en de pijn te stoppen. Haar gestribbel werd echter gemakkelijk gepareerd. Robert had geen moeite om haar handen te fixeren en haar benen tussen de zijne op te sluiten. Het pak slaag zou pas ophouden wanneer hij vond dat ze genoeg had gehad. Even later lag Marjo te huilen en te smeken dat hij op moest houden en weer even later keerden het stribbelen en de krachttermen terug. De strijd van de sterkste wil en het pak slaag duurden al met al ongeveer drieëneenhalve minuut. Toen het voorbij was, was Marjo’s keel schor van het schreeuwen, haar bips witheet en was ze ongecontroleerd aan het huilen.
Robert hielp haar overeind en deed haar spijkerbroek voor haar omhoog en liet haar vervolgens op zijn schoot zitten. Hij liet haar zonder een woord te zeggen uithuilen.
Nadat ze gekalmeerd was, pakte hij haar kin en draaide haar gezicht naar de zijne.
‘Geen brutaal gedrag meer, begrepen?’ glimlachte hij.
‘OK’, snikte Marjo en ze schudde haar hoofd. ‘Niet meer’.
Ze hing tegen Robert aan om even een paar minuten op adem te komen. Door zo dicht bij hem te zijn voelde zich opgewonden en erg rustig tegelijkertijd. Ze wilde zo graag dat hij van zou haar houden dat haar borst al even veel pijn deed als haar bips.
‘Tijd om te gaan eten, of we krijgen er van mevrouw de Boer van langs’, grijnsde Robert.
Marjo knikte en stond op.
‘Was je gezicht en knap je een beetje op en kom dan snel naar beneden, OK?’ zei Robert en deed de deur open om naar de keuken te gaan.
‘Marjo snikte nog een keer en knikte. Ze volgde hem naar de overloop en maakte een tussenstop in de badkamer voordat ze naar de keuken ging.
Ze genoten in betrekkelijke rust van hun lunch. Robert vol zelfvertrouwen, wetend dat mevrouw de Boer alles gehoord had, of tenminste vermoedde dat Marjo een stevig pak op haar bips had gehad. Robert en de oude vrouw wisselden af en toe een glimlach en een knipoog uit en wisten dat schaamte deels voor de stilte zorgde. Uiteindelijk besloot mevrouw de Bruin het ijs te breken.
‘Ik denk dat je je voortaan wel twee keer zult bedenken voor je weer zo hard met de deuren zult slaan, is het niet’, mejuffrouw Marjo?
Robert kon het niet helpen. Hij proestte het uit.
Marjo kon het ook niet langer houden. Een brede glimlach brak door op haar vuurrode gezicht. ‘Stop! Het is niet grappig’, klaagde ze.
Je hebt gekregen wat je verdiende en daar is de kous mee af. We hebben het er niet meer over, hoor je?’ Mevrouw de Bruin sloeg de spijker op zijn kop. En zo eindigde het.
En wederom sloeg het gedrag van Marjo als een blad aan de boom om. En het werk in ‘Zeezicht’ ging gewoon door. Over drie dagen zouden de eerste gasten komen.