Het blijkt een eindje buiten de stad te zijn. Ik fiets door glooiende heuvels, heel veel groen. Het is warm en ik zweet in  de zware stof van het uniform. De stem van Google maps laat me halt houden voor een groot gietijzeren hek. Voor me zie ik een lange oprijlaan die leidt naar een enorm landhuis.  Zandstenen torentjes aan beide kanten en heel veel grote ramen. Naast het hek staat een paal met een paar bellen. Ik druk op de bovenste. Na enige tijd hoor ik een krakende stem. Wie ik ben en wat ik kom doen. Ik geef de informatie en daarop zwaait het hek open. Ik parkeer mijn fiets tegen het hek en loop de lange laan af. Een raar gevoel bekruipt me, is dit wel een goed idee..?

Een ronde stenen trap leidt naar een grote toegangsdeur. Daar aangekomen twijfel ik weer. Na enige traag voort tikkende seconden pak ik de grote stalen klopper en laat deze met een zware bons tegen de eikenhouten deur vallen. Een man doet open. Weer de vraag wie ik ben en wat ik kom doen. Achter de man zie ik opeens de verwende dochter opdoemen. 

`Nou nou, wie we daar hebben, als dat onze snotneus parkeerwachter niet is, wat kom jij hier doen?” Over mijn woorden struikelend leg ik de reden van mijn komst uit. De dochter lacht hardop. “Je excuses, haha, ik weet niet of mijn moeder daarin geïnteresseerd is. Maar wacht maar even op dat bankje daar, dan zal ik het aan haar vragen”.

Ik zit alleen in een hele grote hal. Portretten aan de muur lijken me spottend aan te kijken. Het getik van een enorme wandklok is het enige geluid. Ik transpireer zo mogelijk nog harder. Het duurt even voordat er weer wat gebeurt. Dan komt de man die voor mij de deur opende op me toegelopen. “Mevrouw Von Sweelinck kan je nu ontvangen in de voorkamer, volg mij maar”. Ik loop achter hem aan tot we bij een nieuwe deur komen. Hij klopt er drie keer op en ik hoor een krachtige stem ‘binnen’ roepen. De bediende opent de deur en duwt me haast naar binnen. Achter mij hoor ik de deur dichtslaan. 

Ik sta in een grote kamer. Ik staar naar een grote fauteuil voor het raam. Daar zit de vrouw die ik herken van het incident op straat. Ze is nu gekleed in een groen broekpak en dat geeft haar een nog voornamere en strengere uitstraling. Naast haar, met de handen nonchalant op de leuning van de stoel, staat haar dochter. Ze kijkt me meewarig, bijna spottend aan. 

De vrouw kijkt me weer aan met die indringende blik en gebaart me dichterbij te komen. 

“Mijn dochter zegt me dat je hier bent om je excuses aan ons aan te bieden. Je bent zeker gestuurd door je baas?“

“Nee mevrouw, ik ben uit mezelf gekomen’, lieg ik.

“Naast een onbeholpen, brutale vlegel ben je ook nog een leugenaar, want ik heb je baas net gesproken”

Ik kijk naar beneden als een betrapt jongetje.

“Dus bied eerst je excuses maar aan voor het liegen van daar net”

Ik prevel een sorry, terwijl ik vermijd haar aan te kijken.

“Kijk, dat is al een veel betere houding dan daar straks. Maar waarom zou ik nu willen luisteren naar je excuses, na alle scheldwoorden die je naar ons hoofd hebt geslingerd?”

Ik geef haar nu een eerlijk antwoord en vertel haar dat ik mijn baan zou verliezen als ze de zaak zou doorzetten en dat ik hoop dat ze me kan vergeven.

“Vergeven, haha!”, schampert ze, “Dan zou je er wel heel makkelijk van af komen, vind je niet?

Misschien, heel misschien, zou ik je kunnen vergeven als je toch een bepaalde boetedoening ondergaat”

Ik kijk haar schaapachtig aan.

“een boetedoening die past bij je kinderachtige en brutale gedrag”

Ik zie hoe de dochter moeite moest doen om haar lach in te houden. Ze buigt zich naar haar moeder toe en fluistert iets voor mij onhoorbaars in haar oor.

“Ja, je hebt helemaal gelijk liefje. Dat vind ik een heel goed idee!

Marie-Christine en ik vinden dat je voor je gedrag straf hebt verdiend”

“ …eh…eh…straf…mevrouw..?“, stamel ik.

“Ja, straf, voor je brutale en totaal respectloze gedrag naar ons. En ik ben wellicht bereid de aanklacht in te trekken als jij…hoe heet je ook alweer?”

“…eh…Stefan mevrouw..”

“…als jij, Stefan, ook vindt dat je daarvoor straf hebt verdiend, dus ik vraag het je gewoon: vind jij, Stefan, ook dat je straf verdiend hebt?”

Tegenover me zit een vrouw van, zo schat ik toch, dik veertig jaar, met geblondeerd haar, mij aan te kijken met haar autoritaire en indringende ogen, ongeduldig wachtend op een antwoord. Haar dochter staat naast haar fauteuil met een brede glimlach om de mond te genieten van mijn ongemak met de situatie. Mijn hersenen maken overuren. Boetedoening, straf, waar heeft dat mens het over. Ik realiseer me inmiddels wel dat ik mee moet doen aan dit showtje, anders ga ik mijn baan zeker verliezen..….”ja mevrouw, ik verdien straf”.

“Kijk, dan zijn we het met elkaar eens. Je gaat nu met je rug naar ons toe voor het raam staan, terwijl Marie-Christine en ik gaan overleggen welke straf je gaat krijgen”.

Ik krijg een kop als een boei. Ik voel me als een klein jongetje dat op de gang wordt gezet.

Terwijl ik zo voor het raam sta hoor ik ze achter mij fluisteren. Ze houden er blijkbaar van om me lang in spanning te houden, want een hele poos nadat het fluisteren is geëindigd word ik pas weer geroepen.

“Stefan, draai je om en kom hier voor ons staan”

Het zweet breekt me nu echt aan alle kanten uit, terwijl ik zo moet gaan staan.

“Marie-Christine en ik zijn er uit”. Ze richtte zich nu tot haar dochter, die het allemaal reuzegrappig lijkt te vinden. “Liefje, vertel jij Stefan eens wat voor straf jullie kregen als je brutaal en niet respectvol was geweest tegen mama of papa? “

De dochter lijkt nu zelf ook even van haar stuk gebracht. “….eh…dan kregen wij een pak voor ons broek, mama”. 

“Juist, dan kregen jullie een ouderwets pak voor de broek. En omdat jij je vreselijk respectloos heb gedragen tegen ons allebei, hebben we dat voor jou ook in gedachten, Stefan, een flink pak voor je broek!”

Er valt een enorme stilte in de kamer. Ik kan niet geloven wat ik net heb gehoord, mijn mond valt open van verbazing.

“Ja Stefan, nu ben je plotseling een stuk stiller dan daar straks. Maar ik ga het je makkelijk maken: de keus is om je straf te accepteren en als je voldoende boetdoening hebt gedaan in onze ogen, dan trek ik de aanklacht in. Als je de straf niet accepteert, dan verdwijn je nu onder onze ogen uit en ga ik door met de aanklacht. Dus wat zal het zijn?”

Ik voel hoe het zweet parelt op mijn voorhoofd…waar ben ik in terecht gekomen? Hier zitten twee vrouwen die beweren dat ze me een pak voor mijn broek gaan geven en dat ik dat moet accepteren om mijn baan te kunnen behouden…het bloed stijgt naar mijn hoofd en ik val bijna flauw..

“We hebben niet de hele dag de tijd, Stefan, dus ik wil nu je antwoord!”

 …..eh..ja mevrouw”

“En wat bedoel je met eh…ja?”

Ik struikel bijna over de woorden…”eh…eh…ik kies voor de straf mevrouw…”

“Dat lijkt me een heel verstandige keuze. Heb je wel eens een pak voor je broek gehad Stefan?”

“…..nee..nee..mevrouw”.

“Nou, dat wordt dan hoog tijd voor brutale vlegels zoals jij!. Ga krom staan met je gezicht naar die muur”

Het duurt even voordat dit tot me doordringt. Ik dacht nog even dat ze een spel met me speelde, maar ze meent het echt, ze gaat me slaag tegen mijn billen geven omdat ik haar en haar dochter heb uitgescholden….…

“Nou, komt er nog wat van?”

Aarzelend draai ik me om en ga staan met mijn handen op mijn knieën. Ik voel hoe de stof van mijn uniformbroek strak trekt over mijn billen.

Na weer een hele tijd zo gestaan te hebben, hoor ik hoe ze opstaat uit haar grote stoel en achter me komt staan. Dan mept ze een paar keer tegen mijn bips. Ik voel een enorme schaamte over de hele situatie. Na weer een pauze mept ze nog een paar keer, nu met meer kracht. Ik moet mijn evenwicht herstellen om niet voorover te vallen. Deze vrouw kan meppen…dan is het voorbij. Dat valt nog heel erg mee, bedenk ik me. Pijn deed het niet echt, de schaamte was veel erger.

Geef een reactie