Ze kijkt op haar telefoon om te zien hoe laat het is. Niet dat tijd ertoe doet, nu ze in haar eentje op vakantie is, maar het is de macht der gewoonte. Nog een halfuurtje lezen, dan ergens avondeten gaan scoren, beslist ze. Geen nieuwe appjes van Jan. Ook daarom keek ze op haar telefoon. Hij heeft nu al twee uur lang niet meer gereageerd. Ach, hij is vast bezig. Met stoom afblazen, grinnikt ze bij zichzelf. Ze is al vijf dagen in haar eentje in dit hutje, een huisje kun je het niet noemen. Een woonkamer en keuken in één, een douchehok met wasbak en een slaapkamer waar er net een tweepersoonsbed in past. Maar meer heeft ze ook niet nodig. Deze week is van haar alleen. Om te wandelen, te zwemmen, te lezen, te doen waar ze zin in heeft. Er even uit te zijn. Ver weg van alles en iedereen. Ook van Jan, die ze nu ongestoord kan plagen. Na deze week volgen er vast consequenties. Onwillekeurig schuift ze op haar billen heen en weer. Dat zal ze na die consequenties wel een tijdje niet meer kunnen. Maar laten we wel wezen: of ze zich nu gedraagt of niet, als ze terug is, slaat hij haar toch wel. Dan kan ze deze week even goed losgaan en er plezier aan beleven. Met een grijns neemt ze haar boek er weer bij. Even later legt ze het weer neer. Ze heeft helemaal geen zin om straks nog de deur uit te gaan. Daarom neemt ze haar telefoon terug en bestelt pizza. Die geleverd wordt. Dan kan zij heerlijk verder lezen.
Er wordt aan de deur geklopt. Ze fronst. Die pizzajongens zijn wel heel snel. Maar wanneer ze de deur opentrekt, verbleekt ze. Dat had ze niet verwacht. Totaal niet. Snel doet ze de deur weer dicht en leunt ertegenaan.
*******
Jan kijkt verbluft naar de deur die zo pardoes in zijn gezicht werd dichtgegooid. Dan grijnst hij. Dit had ze duidelijk niet verwacht. Hij heeft haar totaal overdonderd. Mooi zo. Opnieuw klopt hij aan. “Ik ben niet thuis,” roept ze. Nu schiet hij hardop in de lach.
De deur gaat open op een kier. Meteen legt hij zijn hand ertegen en duwt die zachtjes verder open. Ze houdt de deur open, maar zegt niets. Ze laat hem er wel langs. Even blijft hij staan. Met de rug van zijn wijsvinger tikt hij zachtjes tegen haar wang. “Dag meisje.” Hij probeert haar blik te vangen, maar ze durft hem duidelijk niet aan te kijken.
******
Haar benen zijn pudding. Dat tikje op haar wang… De kriebels gieren door haar buik. Haar keel zit toe. “Dag Jan,” perst ze er dan uit.
“Had je me niet verwacht?”
Ze hoeft de pretlichtjes in zijn ogen niet te zien om te weten dat ze er zijn. En hoe. O, hij vindt dit heerlijk, haar zo te overdonderen. En overdonderd is ze. Kom op, meid, raap jezelf samen, denkt ze.
Jan is al op de bank gaan zitten. “Mooi hier.” Hij wijst door het grote raam naar buiten, waar je niets anders dan bomen ziet. “Je kunt hier regelrecht het bos in.” Zijn ondertoon en bijbedoelingen ontgaan haar niet.
“Ik heb lang gereden en lust wel een kopje koffie,” zegt hij dan.
Nou ja, zeg. Dat komt hier binnen in haar territorium alsof het de normaalste zaak van de wereld is en eist dan bediend te worden. Maar ze is nog te overdonderd om te protesteren.
******
“Alsjeblieft.” Het is het eerste woord dat ze uitspreekt, sinds hij hier is.
“Dank je, meisje,” zegt hij. “Je had me duidelijk niet verwacht.”
Ze schudt haar hoofd.
“Tja, dan had je je maar wat beter moeten gedragen op de app. Ik vrees dat dit geen gezelligheidsbezoekje wordt. Voor jou toch niet. Ik vind het reuzegezellig.”
Ze kijkt hem vuil aan. Mooi zo, er zit nog pit in. Na al die brutale appjes had hij ook niets anders verwacht. Maar het schokeffect van hem onverwacht voor de deur te zien staan, heeft duidelijk gewerkt, want normaal is ze pas zo stil en gedwee NA een pak slaag, niet ervoor al.
*****
“Ik denk dat je wel weet waarom ik hier ben.”
Het is geen vraag, maar ze antwoordt toch. “Die appjes…” Voor het eerst sinds hij hier is, kijkt ze hem aan. Ze had zich niet vergist, er staan inderdaad pretlichtjes in zijn ogen zo helder als de helderste ster.
“Je dacht toch niet dat je zomaar die toon met mij kon aanslaan?”
“Eigenlijk wel,” haalt ze haar schouders op. “Na deze week had je me toch wel geslagen, of ik nu brutaal was geweest of niet.”
“En nu sta ik hier. Ik hoop niet dat je nog gepland had om te gaan zwemmen tijdens de komende dagen.”
“Eigenlijk wel. Dus me nu een pak slaag geven zal niet lukken. Helaas,” voegt ze er nog gauw aan toe.
Hij schiet in de lach. Shit, dat is geen goed teken. “Ik heb pizza besteld,” probeert ze. “Die wordt straks geleverd.”
“Lekker,” hij knikt. “Die houden we wel warm in je oventje. Of ik leg hem even op je billen als ik met je klaar ben. Dan warmt hij vast ook weer snel op.”
Ze steekt haar tong naar hem uit. Meteen beseft ze haar vergissing, want hij staat op en neemt haar oor in een houdgreep. “Auwwww.”
“Wat mag jij niet doen?”
“Veel dingen,” piept ze.
De pijn in haar oor wordt intenser. Fout antwoord, dat wist ze zelf ook wel.
“Mijn tong naar je uitsteken,” kermt ze daarom snel.
“Ach kijk, zie je wel, dat weet je best. Waarom doe je het dan toch?”
Ze haalt haar schouders op. De greep op haar oor blijft onverminderd.
“Ik weet het niet,” roept ze uit.
Eindelijk laat hij haar oor los. “En waarom doe je zo brutaal over de app? Weet je dat ook niet?”
Ze kijkt naar de grond. Ze weet het wel: omdat het leuk is. En grappig. Omdat ze ervan houdt om de stoom uit zijn oren te laten komen en zijn handen te laten jeuken terwijl ze veilig is. Behalve dat ze dus niet veilig was, blijkt nu. Maar dat kan ze niet zeggen.
“Ga er maar even in de hoek over nadenken.”
*****
Hij drinkt de laatste slok van zijn koffie op. Ilse staat intussen al zo’n tien minuten in de hoek. Heeft ze de tijd gehad om wat te bekomen van de schok dat hij zo plots voor haar deur stond.
“Kom maar hier,” geeft hij aan.
Schoorvoetend draait ze zich om en komt voor hem staan. “Het spijt me,” zegt ze.
“Ik geloof er niets van,” lacht hij. “Straks, dan zal het je spijten.”
Haar mondhoeken trekken even, maar ze weet beter dan zelf ook in de lach te schieten. Jammer.
“Doe je broek en onderbroek naar beneden en kom over mijn knie liggen.”
*****
Urgh. Ze haat dit moment. En ze houdt ervan. Vreselijk is het.
Langzaam maakt ze de knoop van haar broek los en stroopt ze de stugge stof langs haar benen naar beneden. Haar onderbroek volgt. Dan gaat ze over zijn knie liggen. Ze knijpt haar ogen stijf dicht in afwachting van wat er gaat komen.
Met zijn hand wrijft hij even over haar billen, dan begint hij te slaan. Hard.
“Even iets aan de jeuk doen,” refereert hij aan een van haar appjes.
“Die anti-jeukzalf vond ik een beter voorstel,” mompelt ze. Dat levert haar twee klappen op haar bovenbenen op.
“Dit werkt beter,” antwoordt hij tevreden. Waarom klinkt hij zo tevreden? Ze zou een diepe zucht slaken, maar krijgt er niet de tijd voor. De klappen regenen neer op haar billen. Ze branden, nu al. Iets zegt haar dat dit nog maar het begin is.
Dan wordt er plots aan de deur geklopt. Jan houdt op met slaan. De pizza! Die was ze helemaal vergeten. Gered door het geklop, denkt ze, terwijl Jan naar de voordeur loopt. Zelf gaat ze zo zitten, dat het niet opvalt dat ze halfnaakt is. Ze hoort hoe Jan de pizza aanneemt en de deur terug sluit.
“Zo, die ruikt lekker,” merkt hij op.
“Zonde om koud te laten worden,” probeert ze.
“Je hebt gelijk,” antwoordt hij tot haar verbazing. “Dek de tafel maar.”
Ze reikt naar haar broek, maar een strenge blik houdt haar tegen.
“Jij dekt de tafel, ik ben zo terug.”
*****
Hij hoeft niet ver de deur uit om te vinden wat hij zoekt. Hij raapt een lange tak van de grond en zwiept er een paar keer mee door de lucht. Perfect. Nu nog even in de koffer van de auto kijken… Een badborstel en een kokosmatje. Hij had getwijfeld of hij het wel moest meenemen, maar nu is hij blij dat hij het tot zijn beschikking heeft.
Ilse is er minder blij om. Haar blik verraadt haar meteen als ze ziet wat hij heeft meegenomen. Maar de tafel is netjes gedekt en er ligt zelfs al een stuk pizza op elk bord.
“Netjes,” knikt hij. De badborstel en de opgeraapte tak mogen op de tafel, naast de pizzadoos, mooi in het zicht. Dan weet ze wat haar nog te wachten staat. Het kokosmatje legt hij zorgvuldig op een van de stoelen.
“Zitten,” wijst hij. Heerlijk, hoe zorgelijk ze kijkt. Begint ze te beseffen dat het geen goed idee was om aan te dringen om eerst te eten? Ach, ze had er al de hele tijd niets over te zeggen. Dit was al lang beslist, eigenlijk al op het moment waarop ze zei dat ze pizza verwachtte.
“Smakelijk.” Over de tafel heen glimlacht hij haar niet-zo-onschuldig toe.
“Smakelijk,” mompelt ze terug.
“Deze stoelen zitten best goed,” merkt hij op.
Dat komt hem op een boze blik te staan. Hij schiet in de lach. Geweldig idee van hem om hierheen te komen en haar een toontje lager te laten zingen. Dit gaat ze niet snel vergeten, daar zorgt hij wel voor.
******
Werktuigelijk kauwt ze op haar stuk pizza. Ze proeft nauwelijks wat erop ligt. Daarvoor prikken de haartjes van de kokosmat te venijnig in haar billen. Moet ze straks echt nog de badborstel en die tak voelen? Haar buik wordt klein van angst. Ze slikt de pizza door, maar die blijft half steken in haar keel.
“Drink een slokje water.”
Moet hij nu echt alles zien? Toch doet ze wat hij zegt. Zonder hem aan te kijken. Dat kan ze niet. Niet meer. Al de hele tijd niet eigenlijk. Ze had nooit verwacht dat hij hier zomaar voor de deur zou staan. Anders was ze niet zo brutaal geweest in haar appjes. Had ze hem niet uitgedaagd. Letterlijk tegen hem gezegd dat ze toch veilig was, wat wou hij doen? Dit dus…
Eindelijk is de pizza op. De kokosmat prikt verschrikkelijk. Ze wil niets liever dan gaan verzitten, maar weet uit ervaring dat de pijn dan alleen maar erger wordt.
“Sta maar op.”
Ook dat doet ze liever niet. Opstaan is het pijnlijkste deel. Maar ooit moet het toch. Dus dan maar beter meteen. Met haar handen duwt ze op de tafel om zichzelf steun te geven. Jan kijkt zwijgend toe. De rotzak. Die geniet hiervan. Zij ook, maar nu nog niet. Achteraf pas. Nu is ze vooral bang voor wat komen gaat.
*****
Hij neemt haar bij haar bovenarm en troont haar mee naar de bank. Die heeft een brede leuning aan de zijkant, waar ze vast mooi overheen past. Inderdaad komen haar voeten nog net aan de grond. Haar bovenlichaam ligt comfortabel op de bank. Haar billen steken hoog de lucht in. Perfect.
Even bewondert hij het patroon van kleine, rode spikkeltjes, veroorzaakt door de kokosmat. Dat moet pijn doen. Hij wrijft eroverheen met zijn hand en voelt het reliëf. Mooi zo. Het gaat nog veel meer pijn doen.
“Heb je enig idee hoeveel brutale appjes je me de afgelopen dagen hebt gestuurd?”
Ze schudt haar hoofd.
“Vijftig? Honderd? Tweehonderd?”
Haar billen knijpen samen. Ze vreest het antwoord.
“Ik heb ze niet geteld,” geeft hij dan toe. Ze ontspant weer. “Maar ik denk dat we gemakkelijk aan honderd komen.
Ze houdt haar adem in, merkt hij.
“Honderd is een mooi getal, vind je niet?”
Ze schudt haar hoofd.
“Tweehonderd dan? Is dat beter?”
“Nee!”
Twee harde klappen op haar bovenbenen.
“Nee, Jan,” corrigeert ze snel.
“Goed zo. Honderd dus.” Hij houdt de badborstel even tegen haar billen aan, haalt hem weg en laat de eerste klap neerkomen. Dan de tweede op de andere bil.
Ilse kreunt van de pijn.
“Nog achtennegentig te gaan,” zegt hij opgewekt.
*****
“Het spijt me,” snikt Ilse. “Ik zal niet meer zo brutaal zijn.” Haar billen voelen alsof iemand er een gloeiende pook tegen houdt. Badborstel na kokosmat valt niet aan te raden, echt niet.
Jan lacht. “Ik geloof er niets van. Je zult heel even niet meer zo brutaal zijn. Daarna begint het weer.”
Daar heeft ze geen weerwoord op. Niet echt. Ze weet zelf ook dat het zo werkt. “Het spijt me echt,” jammert ze. “Het doet zoveel pijn.”
“Kijk, dat geloof ik wel.” Hij strijkt even met zijn hand over haar gezwollen billen. Comfortabel zitten lezen zal de rest van haar vakantie geen optie meer zijn.
“Nu nog de tak,” geeft hij aan.
Ilse schrikt. “Nee!” roept ze uit. Die tak, die was ze al vergeten. “Ik kan niet meer,” jammert ze.
“Jammer dan. Dat had je maar eerder moeten bedenken toen je al die appjes stuurde om me uit te dagen. Buig maar over de tafel.”
Moeizaam komt ze overeind. Haar handen wrijven over haar billen. Ow, het doet zo’n pijn.
Ze zet haar ellebogen op tafel en duwt haar billen achteruit. Wat een rothouding ook.
*****
“Twaalf,” kondigt hij aan.
Als hij haar ogen kon zien, zou hij er angst in lezen, weet hij. Terecht. Deze laatste twaalf zullen tellen. Deze straf zal ze zich nog lang herinneren.
De eerste klap mikt hij in het midden van haar billen. Dan werkt hij gestaag naar onder. Na de vierde is ze beginnen snikken. Toch gaat hij verder. Dit heeft ze nodig.
“Nog twee,” kondigt hij aan.
“Ja, Jan,” snikt ze. Mooi zo. Dit is wat hij wil horen. Die brutale appjes zullen voortaan even achterwege blijven.
Hij houdt de tak tegen haar bovenbenen.
“Nee!” Haar handen vliegen naar achteren, willen haar benen afschermen.
“In positie.”
Ze luistert. Vrijwel meteen. “Goed zo,” zegt hij. Dan laat hij de tak neerkomen. Hard. Ze schreeuwt het net niet uit.
“De laatste…” Vrijwel meteen haalt hij uit, op exact dezelfde plek. Nu schreeuwt ze wel.
Hij gooit de tak weg en slaat zijn armen om haar heen.
“Het is goed, meisje,” fluistert hij. “Je hebt het goed doorstaan. Ik ben trots op je.”
******
Als ze een paar uur later in bed ligt, op haar buik, grijpt ze haar telefoon om Jan nog even een welterusten-appje te sturen. Na de straf is hij nog even gebleven en hebben ze een serie gekeken, maar toen moest hij terug naar huis.
“Niet meer zo brutaal, oké?” Zijn waarschuwing ging vergezeld van een stevig kneepje in haar rechterbil. “Owwww, nee, Jan.”
“Voor heel even dan,” had ze eraan toegevoegd, nadat ze de deur achter hem had dichtgedaan. Even twijfelt ze. Zou ze…?
Toch maar niet, besluit ze uiteindelijk. Even niet. Tot ze weer kan zitten.