Wetenschappelijk onderzoek

Al sinds zijn vroegste kindertijd was Olivier een man van de wetenschap. Op zijn zesde verjaardag kreeg hij een scheikundedoos. Zijn ouders wisten ternauwernood te voorkomen dat het huis tot op de grond toe werd afgebrand. Na die dag werd kleine Olivier langzaam richting de sociale experimenten geduwd. Tot grote geruststelling van zijn ouders vond hij daar zijn passie en zijn ware talent. In groep acht wist hij feilloos aan te tonen dat mensen snel geneigd zijn te zwichten voor groepsdruk. Met een aantal handlangers wist hij zijn klasgenoten ervan te overtuigen dat alle stokken even lang waren, terwijl het eigenlijk drie verschillende maten betrof. In de tweede klas werd Milgrams experiment herhaald (36% van de klas gaf een ‘dodelijke’ schok) en in de vijfde klas werden alle gymlokalen omgetoverd tot een gigantische gevangenis.

Kleine Olivier groeide op tot een rijzige man. Met zijn 1.90 m , stevige postuur en blauwe ogen had hij een flinke aantrekkingskracht op zijn medestudentes, en zelfs -studenten, aan de universiteit. Helaas voor hen was Olivier reeds getrouwd met de wetenschap en zag hij hen totaal niet staan. Natuurlijk, zelfs hij was wel eens in de kroeg te vinden, genietend van een koud pilsje na een succesvolle tentamenweek of een afgerond onderzoek, maar hoe de dames ook krullen van hun haar maakten of visten naar een telefoonnummer, ze gingen allen onverrichterzake en duidelijk teleurgesteld terug naar huis.

Inmiddels is Olivier in zijn laatste jaar aangekomen. Dat betekent, zo mogelijk, nog meer aandacht voor de studie. Bovenal betekent het dat een onderwerp voor de afstudeerscriptie gevonden moet worden. Alle goeie experimenten lijken al eens gedaan, en voor de dertiende keer een nieuw licht schijnen op een proef die in de jaren 30 of 40 voor het eerst is uitgevoerd levert niet de scriptie op om een succesvolle studie cum laude af te ronden. Bij het rondstruinen op het internet komt hij weer uit bij het onderwerp dat hem van kleins af aan fascineert: pijn. Ter inspiratie heeft hij zich zelfs ingeschreven bij een sociale netwerksite voor liefhebbers van BDSM. Terwijl hij de bijdragen van de gebruikers doorleest, klikt het in zijn hoofd.

Een verhalenreeks beschrijft een toenemende reeks aan straffen. De hoofdpersoon van de verhalen, een dame van Oliviers leeftijd, krijgt billenkoek toegediend om haar beter te laten studeren. De wiskundige logica van de reeks ontglipt hem niet; bij elke editie wordt de toegediende straf strenger en zwaarder. Toch lijkt er een discrepantie te zijn. Van 150 klappen met een leren riem gaat het over naar 6 tikken met een cane. Voor Olivier lijkt dat niet logisch, maar de ‘stoute dame’ in het verhaal vindt de stok veel erger. Hier moet iets inzitten; pijnbeleving bij verschillende personen, gevat in een uitgebreide studie met herhaalde testen. Voor Oliviers geestesoog staat in een keer de hele proefopzet vast. Die 9 kan hem nu al niet meer ontgaan!

Nadat hij de licht geschokte professor Alsvanoudts van zijn proefopzet heeft weten te overtuigen, met behulp van een door vrienden van de rechtenfaculteit opgesteld document waarmee de universiteit zich vrijwaart van elke mogelijke schadeclaim, begint Olivier met werven. Hij heeft een aardig budget weten vrij te krijgen voor zijn proef. Niet te lang geleden is namelijk uit onderzoek gebleken dat medicijnen, zelfs eenvoudige zoals pijnstillers, veel minder vaak op bijwerkingen getest worden bij vrouwen dan bij mannen. Door zijn belofte aan de medische faculteit dat zijn pijnstudie uitsluitend op vrouwen zou worden toegepast, had hij niet alleen gratis pijnstillers om uit te delen gekregen, maar werd er ook een subsidiepotje opengetrokken voor het werven van proefpersonen.

Op het prikbord van de universiteit verschijnt al snel de oproep voor Oliviers proef.

Gezocht: Proefpersoon (v) voor wetenschappelijke test op het gebied van pijnbeleving. Onderzocht wordt hoe twee verschillende soorten pijnprikkels worden ervaren. De testen zijn verdeeld over twee sessies. Betaling geschiedt na voltooiing van de tweede sessie.

• Eerste sessie: 1 oktober 2019
• Tweede sessie: 15 oktober 2019
• Locatie: proefruimte 1c, sociale faculteit, UvH.
• Vergoeding: 25 euro na afronding tweede sessie
• Tijd: 15 min/sessie
• Verklaring omtrent gezondheid vooraf in te vullen
• Vrijgave van beeldmateriaal en no-claim waver verplicht
• Partiële naaktheid (billen) noodzakelijk voor toedienen pijnprikkels
• Combinatie met studie naar pijnbestrijding mogelijk

(contactgegevens zijn vanwege de AVG onzichtbaar gemaakt)

Over het een-na-laatste punt had Olivier nog lang getwijfeld, maar uiteindelijk besloot hij dat er anders misschien te veel boze proefpersonen weg zouden gaan. Tegelijkertijd maakte dit de oproep intrigerend genoeg om ook op sociale media gedeeld te worden.

In de daaropvolgende dagen druppelt de mailbox van Olivier langzaam vol. Sommige potentiële kandidaten worden afgeschrikt als bij navraag blijkt dat sporen van het toedienen van de pijnprikkels mogelijk nog enkele dagen zichtbaar zijn. Hoewel oktober buiten het bikiniseizoen ligt, wordt dit toch als een drempel ervaren. Anderen laten zich evenwel inplannen en er zijn zelfs enkele enthousiaste reacties als inderdaad blijkt dat ze, voor de wetenschap, op hun billen geslagen gaan worden.

Op de vroege ochtend van 1 oktober staat Olivier fluitend op. Na het ontbijt pakt hij zijn koffertje, als iedere dag, om zijn plastic zakje met brood in te stoppen. Deze keer maakt hij wat extra ruimte. Uit een zakje haalt hij drie identieke, brede, zwartleren riemen. Hij vouwt deze op en legt ze naast het brood in zijn koffertje. Hij klikt de koffer dicht, trekt zijn jas aan en neemt de tekenkoker mee die bij de deur staat. Daarin zitten vijf ‘senior’ canes, zo werd hem aangeprezen. Het zou zonde zijn als een proef vanwege materiaalpech zou mislukken, maar zo lijkt er zeker voldoende voorbereiding te zijn. Olivier doet de deur open en ziet dat de zon schijnt. Dit wordt een prachtige dag.

Al voor 8 uur komt Olivier binnen bij de proefruimte. Daar treft hij deze aan zoals hij enkele weken geleden heeft uitgeschreven en gisteren heeft ingericht. Net buiten de deur staat een houten bank. Hij heeft deze bij tweedehands bij de NS op de kop weten te tikken, toen zij overgingen naar prettiger zittend materiaal. Direct bij binnenkomst staat een bureau met een comfortabele stoel, waarin Olivier zijn aantekeningen kan maken. Aan de andere kant van het eiken gevaarte staat een kleine houten kruk, waar de proefpersonen de laatste verklaringen kunnen ondertekenen. Tegen dezelfde muur staat ook een kapstok, waar Olivier zijn jas aan hangt. Hij tapt wat water van het mobile waterpunt dat hij tegen een kleine vergoeding heeft kunnen regelen en loopt terug naar het bureau.

Nippend aan zijn water kijkt Olivier nog een keer rond of hij niets vergeten heeft. Als hij vanaf zijn stoel de kamer inkijkt, ziet hij aan de rechterkant een groot stoffen scherm staan. Hierachter kunnen de proefpersonen hun onderkleding uittrekken en een van de klinische mintgroene schorten aantrekken. Het doel is tweeledig; er zullen geen kledingstukken in de weg zitten, maar de zedigheid van de proefpersonen blijft, in ieder geval tijdelijk, bewaard. Aan de linkerkant staat de proefopstelling. Hier heeft Olivier zelf wat moeten knutselen. Na conclaaf bij zijn collega’s van rechten is het idee om de proefpersonen vast te binden van tafel gegaan. Dit lag wat gevoelig in combinatie met de clausule waarin is aangegeven dat de proefpersoon op elk moment de proef kan beëindigen. Van een stalen picknicktafel heeft hij echter toch nog een acceptabele oplossing weten te maken. Door de tafel smaller te maken, kwamen de bankjes dichter bij elkaar te staan. Vervolgens heeft Olivier een deel van de bank weggehaald, zodat de bankjes aan beide kanten uitstaken ten opzichte van de tafel. Met leren kussens op de bankjes worden de knieën en ellenbogen van de proefpersonen ondersteund, terwijl een concaaf kussen op de tafel voor de juiste ondersteuning van de buik zorgt. Een hoger, langwerpig kussen aan het uiteinde zorgt voor de juiste ondersteuning van de heupen en verzekert dat de billen van de proefpersoon het hoogste punt van haar lichaam vormen, zodat ze een zo duidelijk mogelijk doelwit vormen voor Olivier. Zo kan er zo min mogelijk misgaan tijdens de uitvoering van de proef.

Aan de voorkant, achterkant en op 45 graden naar rechts staan camera’s gemonteerd. Deze zijn door Olivier met een knop te bedienen. Tot slot staat achter de proefopstelling, tegen de gladde witte muur, nog een kast met meetapparatuur en andere kleine benodigdheden. Olivier staat op, pakt zijn instrumenten en loopt over de koude linoleumvloer richting de witte muur. Een voor een hangt hij de canes en de riemen aan de haakjes. Dan loop hij naar de kast en controleert nog een keer de stuklijst. Hij neemt vast een doos tissues mee en zet deze op zijn bureau. Dan loopt hij richting deur, knipt het Tl-licht van het raamloze lokaal uit en stapt naar buiten. Hij sluit de deur achter zich en wacht op de eerste afspraak van de morgen.

Tijdens het wachten neemt hij het draaiboek nog een keer door. De proefpersoon schudt zijn uitgestoken hand en volgt hem naar de proefruimte. Daar neemt zij plaats op de kruk terwijl hij iets te drinken pakt. Hij loopt terug en geeft de beker aan, vervolgens neemt hij plaats aan zijn bureau. De proef wordt toegelicht. Ja, haar billen zullen daadwerkelijk bloot zijn en ja, hij zal haar met een riem of een stok gaan slaan, maar dat is allemaal voor de wetenschap! Olivier denkt nog even terug. Aan het begin van de proef speelde hij nog met het idee om een machine te bouwen die elke slag met precies dezelfde kracht toedient. Dit bleek toch niet binnen het budget te passen. In plaats daarvan heeft hij, elke dag, zijn slagtechniek geoefend. Hiermee konden de riemen meteen worden ‘ingeslagen’, wat volgens de kenners de kwaliteit van het instrument ten goede kwam.

Oliver heeft zijn aandacht weer bij de doorloop. Hij pakt een formulier uit het midden van de stapel en vraagt of ze dit goed wil doorlezen en ondertekenen. Op de formulieren heeft hij groene en rode stickers geplakt. Hiermee wordt willekeurig gekozen of de proefpersoon in kwestie eerst met de riem of met de cane geslagen wordt. Dan wijst hij haar naar het scherm, waar ze zich kan omkleden. De broek en onderbroek worden vervangen door een schort. Wanneer de dame in kwestie weer verschijnt, wordt ze door Olivier naar de bank begeleid. Terwijl ze plaatsneemt op de bank, pakt Olivier zijn meetinstrumenten en legt deze achter haar neer. Met enkele geruststellende woorden trekt hij de twee flappen aan de onderkant van het schort uit elkaar en plakt deze aan de zijkant van haar buik.

Met een kleurenmeter bepaalt hij de complexie van haar huid. Met een meetlint meet hij de afstand van het stuitje tot de plek waar bil naar been overgaat, en van heup naar heup. Noodzakelijk, om een schatting te kunnen doen van het aantal zenuwuiteinden. Voor de flexibiliteit van de huid heeft hij geen correcte meetmethode kunnen vinden in de literatuur, maar enkele strategische kneepjes en een scoresysteem moeten toch tot een eerlijke vergelijking leiden. Dan gaan de meetinstrumenten terug in de kast en pakt Olivier de afstandsbediening. Met een druk worden alle camera’s geactiveerd. Een voor een controleert hij of ze de juiste beelden opnemen. Dan kijkt hij in de voorste camera, herhaalt de proef, de proefpersoon en het instrument.

Op dat punt zijn er twee mogelijkheden. Naar schatting wordt de helft van de proefpersonen nu met de riem geslagen. De slagzone is hierbij bepaald als net onder het stuitje tot 3 centimeter onder het begin van de billen, met de nadruk op het vlezige midden en het zitgedeelte. Olivier is rechtshandig, wat tot gevolg zal hebben dat de rechterflank het zwaarder te verduren krijgt. Wanneer dit bij alle personen zo is, zou dit echter niet tot problemen moeten leiden. Hij slaat in een stevig tempo door, zodat de planning niet in gevaar komt. Op aanraden van een vriendin wordt op ‘stop!’ niet gereageerd. Alleen wanneer er ‘Wetenschap!’ geroepen wordt, komt de proef ten einde. Terwijl de billen steeds roder worden, kan het natuurlijk zijn dat er sprake is van toenemend geschreeuw of huilen. De microfoons op de 4 camera’s zijn uitstekend in staat dit geluid op de vangen en te verwerken in de analyse.

Wanneer er met de cane begonnen wordt, ligt het tempo natuurlijk veel lager. Met een wekkertje heeft Olivier geoefend, tot hij elke 20 seconden een slag kan toedienen. De eerste landt bovenaan de billen. Elk volgend exemplaar landt een klein stukje langer. De metingen vooraf komen hier van pas om de tussenafstand te bepalen. De laatste slag eindigt in de hoek tussen benen en billen. Dan wordt de cane teruggehangen aan de haak. Ook nu wordt de kleur van de billen bepaald, net als de stevigheid. Dan wordt het schort weer in positief gebracht en is de proefpersoon vrij zich weer terug aan te kleden.

Tot slot neemt de proefpersoon nog een keer plaats op de houden kruk en vult zij de vragenlijst in. Hierin kan zij met een cijfer haar eigen pijnbeleving aangeven. Bij de tweede proef kan ze aangeven wat ze zelf het pijnlijkst vond. Verder worden nog wat controlevariabelen gevuld, zoals de status van de maandelijkse cyclus. Hierna wordt nog een keer de hand geschud en neemt de proefpersoon afscheid. Alles klopt helemaal in het hoofd van Olivier. Hij hoort voetstappen en een schaduw verschijnt op de vloer. De eerste proefpersoon is gearriveerd.